Operation Manual

5-139
SCANNER/INTERNETFAX►FUNCTIES VOOR INTERNETFAX-ONTVANGST
ONTVANGEN GEGEVENS DOORSTUREN NAAR VASTE
BESTEMMINGEN (INSTELLINGEN INKOMENDE ROUTING)
Ontvangen internetfaxen worden automatisch doorgestuurd naar het faxnummer van een bestemming, een internetfaxadres,
een e-mailadres, het adres van een bestandsserver, een bureaubladadres of het adres van een netwerkmap.
Ontvangen gegevens kunnen naar de opgegeven bestemmingen worden doorgestuurd zonder te worden afgedrukt.
Configureer in de instellingsmodus (webversie) de instellingen voor inkomende routing. Raadpleeg de Beknopte
bedieningshandleiding voor de procedure voor het openen van de instellingsmodus (webversie).
Bij de volgende uitleg wordt ervan uitgegaan dat u de instellingsmodus (webversie) met beheerderrechten hebt geactiveerd.
U kunt heel snel instellen of gegevens voor elke doorstuurtabel al dan niet moeten worden doorgestuurd.
Selecteer bij 'Instellingen (beheerder)' [Instellingen Beeld Verzenden] → [Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan)]
→ [Beheerinstellingen] → [Inkomende routing] en tik op [Inschakelen]/[Uitschakelen] in de getoonde doorstuurtabel om de
instellingen om te schakelen.
Wanneer faxen die met deze functie zijn doorgestuurd op de doorstuurbestemming worden afgedrukt, is het niet mogelijk
om de datum en tijd van ontvangst op de faxen af te drukken. ('Ontvangstdatum/-tijd afdrukken' is uitgeschakeld.)
De ontvangen gegevens worden niet doorgestuurd naar een hyperlinkbestemming die in het opgegeven adres is
geregistreerd.
1
Klik in de 'Instellingen (webversie) op [Systeeminstellingen] → [Instellingen Beeld
Verzenden] → [Instellingen Inbound Routing (doorsturen/opslaan)] → [Beheerinstellingen].
2
In 'Inkomende routing' selecteert u [Inschakelen] en klikt u op de toets
[Indienen].
Het is mogelijk dat het voor gebruikers zonder beheerderrechten verboden is om doorstuurtabellen in dit scherm op te
slaan, te bewerken of te wissen en dat ze niet kunnen opgeven welke tabel wordt gebruikt. Stel hiertoe de selectievakjes
voor de volgende items in op .
Registreren van doorstuurtabel uitschakelen
Wijzigen/verwijderen van doorstuurtabel uitschakelen
Wijzigen van doorstuurvoorwaarde uitschakelen
Geef bij [Instelling afdrukstijl] op of het apparaat de faxen die worden doorgestuurd, moet afdrukken als inkomende
routing is ingeschakeld. Klik na het configureren van de instellingen op de knop [Indienen].
[Altijd Afdrukken]: ontvangen gegevens altijd afdrukken voordat deze worden doorgestuurd.
[Afdrukken bij fouten]: ontvangen gegevens alleen afdrukken als doorsturen als gevolg van een fout niet mogelijk is.
[Alleen opslaan bij fout]: ontvangen gegevens alleen opslaan als doorsturen als gevolg van een fout niet mogelijk is. Voor
de opgeslagen gegevens kan het foutadres worden bevestigd en kunnen de gegevens opnieuw worden verzonden.
Ontvangen gegevens
Doorsturen