Operation Manual

5-155
SCANNER/INTERNETFAX►METADATAVERZENDING
METADATA VERZENDEN
METADATA VERZENDEN
Selecteer een metadataset, voer elk item in en voer een metadataverzending uit.
U kunt metadata verzenden met de functie voor documentarchivering. Het tabblad [Data-Invoer] wordt weergegeven in het
scherm met verzendinstellingen van de functie voor documentarchivering om metadataverzending mogelijk te maken.
Daarnaast kunnen metadataverzendingen met de functie voor documentarchivering worden uitgevoerd in [Inserimento
Metadati] in de instellingsmodus (webversie).
In de modus Gegevensinvoer moet u instellingen voor metadata configureren om metadataverzendingen te kunnen uitvoeren.
Als u een verzending zonder metadata wilt uitvoeren, moet u eerst van de modus Gegevensinvoer naar een andere
modus overschakelen.
Wanneer metadata-instellingen zijn geconfigureerd of een adres is opgegeven in de modus Gegevensinvoer, is het niet
mogelijk over te schakelen naar een andere modus.
•V
oordat u de metadata-instellingen configureert, kunt u adressen in alle beschikbare modi opgeven. Nadat de metadata-instellingen zijn
geconfigureerd, kunt u alleen adressen opgeven in modi die zijn toegestaan in de geselecteerde metadata.
1
Tik op het pictogram [Data-Invoer] in het [Beginscherm] en tik vervolgens op
[Metadata-Set].
Als een specifieke metadataset als standaardset is opgegeven, gaat u naar stap 3.
Wanneer geen metadatasets zijn opgeslagen, is metadata-invoer niet beschikbaar. Sla metadata ingesteld in de
instellingsmodus (webversie) op voordat u een verzending uitvoert.
2
Tik op de toets voor de gewenste metadataset.
3
De toetsen van de in de metadataset opgeslagen items worden weergegeven.
Tik op de toets van het item dat u wilt invoeren.
4
Tik op de toets voor de waarde die u wilt invoeren en tik op de toets [OK].
Tik op de toets [Directe Invoer] om de metadatawaarde rechtstreeks in te voeren. Tik op het aanraaktoetsenbord dat
wordt weergegeven op de toets [OK]. U keert terug naar het scherm dat wordt weergegeven in stap 3.
Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op .
De selectie van de metadatawaarde annuleren: tik op de toets [Wissen].
5
Configureer de afbeeldingsinstellingen of andere instellingen en voer de
procedure uit voor het verzenden van de scan.
Configureer de opdrachtgegevensinstellingen en start de verzending met dezelfde bewerkingen als in andere modi.
Als u een adres rechtstreeks invoert, tikt u op [Druk in om adres in te voeren] om het scherm weer te geven waarin u
een adrestype kunt selecteren. Als het adrestype is geselecteerd, zoals E-mail, Internetfax, Fax, Netwerkmap of
Direct SMTP, wordt het invoerscherm voor adrestype getoond.