Operation Manual

2-79
KOPIEERAPPARAAT►ANDERE FUNCTIES
1
Plaats het origineel.
Plaats het origineel in de documentinvoerlade van de automatische documentinvoereenheid of op de glasplaat.
Als u de glasplaat gebruikt voor het scannen van meerdere origineelpagina's, moet u het origineel wijzigen en op de
toets [Z/W Start] of [Kleur Start] tikken.
AUTOMATISCHE DOCUMENTINVOEREENHEID (pagina 1-82)
GLASPLAAT (pagina 1-84)
2
Tik op de toets [Overige] en op de toets [Tandemkopie].
Op het pictogram wordt een vinkje weergegeven.
Wanneer u klaar bent met het invoeren van de instellingen, tikt u op de toets [Vorige].
De instelling van Tandemkopie annuleren:
Tik op de toets [Tandemkopie] om de instelling uit te schakelen.
3
Tik op de toets voor het aantal
exemplaren om het aantal kopieën op
te geven.
U kunt maximaal 9999 kopieën (sets) instellen. Het
opgegeven aantal kopieën wordt tussen de mastermachine
en de client machine verdeeld. Als het een oneven aantal
kopieën betreft, zal de mastermachine meer kopieën maken
dan de client machine.
Als een onjuist aantal exemplaren is ingesteld:
Tik op de toets [C] en voer het juiste aantal in.
Alle instellingen annuleren:
Tik op de toets [CA].
4
Tik op de toets [Kleur Start] of [Z/W Start] om het kopiëren te starten.
Tandemkopie annuleren:
Tik op de toets [Kopiëren annuleren] op zowel de mastermachine als de client machine.
A4
B5
B4
A3
2
1
3
4
Start
Kleur
Start
Voorbeeld-
weergave
Kleurmodus
Meerkleuren
Papierformaat
Auto
Belichting
Auto
Origineel
A4
Dubbelz. Kopie
1-Zijdig→1-Zijdig
Sorteren/groepen
Auto
Kopieerfactor
100%
Overige
Normaal
Verzenden en afdrukken
Ecoprogramma oproepen
Gegevens in map opslaan
Bestand
Geg. tijdelijk opslaan
Snelbestand
1
A4
B5
B4
A3
2
1
3
4
Aantal exempl.
A4
Huidige inst. registreren
Programmaregistratie
CA
Z/W