Operation Manual

1-53
VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN►VOORDAT U HET APPARAAT GAAT GEBRUIKEN
AirPrint
Hierna wordt de procedure uitgelegd hoe u afdrukt of een bestand verzendt op de machine met AirPrint.
Voordat u AirPrint gebruikt
Om AirPrint op OS X te gebruiken, moet u eerst de informatie over de machine op uw apparaat registreren.
Geavanceerde instellingen zijn niet nodig voor gebruik van AirPrint op iOS.
Zet AirPrint aan in de instellingen van de machine, en zet AirPrint aan op uw apparaat.
(1) Klik op [Printers en scanners] ([Afdrukken en scannen]) in Systeemvoorkeuren.
(2) Klik op de knop [+].
(3) Selecteer de naam van de machine uit de lijst, selecteer [AirPrint] bij de stuurprogramma's, en
klik op [Voeg toe].
De installatie wordt gestart, en de machine kan met AirPrint gebruikt worden.
Afdrukken met AirPrint
De afdrukprocedure is afhankelijk van de toepassing. In het voorbeeld hieronder wordt uitgelegd hoe u een
internetpagina kunt afdrukken in de versie voor iOS van Safari.
(1) Open de pagina die u wilt afdrukken in Safari.
Gebruik de menu-opties in Safari om de pagina te openen die u wilt afdrukken.
(2) Tik op .
(3) Tik op [Afdrukken].
Het menu wordt weergegeven. Tik op [Afdrukken].
(4) Selecteer de printer.
Alle printers met AirPrint in hetzelfde netwerk als het apparaat worden weergegeven. Selecteer de machine.
(5) Selecteer de afdrukinstellingen en tik op [Afdrukken].
Stel het aantal exemplaren en eventuele andere instellingen in, en tik op [Afdrukken].
Op de MX-2630N/MX-3050N/MX-3550N/MX-4050N/MX-5050N/MX-6050N is de PS3-uitbreidingskit vereist voor gebruik van
AirPrint. Om een fax via AirPrint te verzenden, is de faxuitbreidingskit vereist.
AirPrint inschakelen
Selecteer bij "Instellingen (beheerder)" de optie [Systeeminstellingen] → [Netwerk- instellingen] → [Instellingen voor externe
afdrukservices] → [AirPrint Instel.].
Als u de taak met een pincode vanaf uw apparaat verzendt, wordt de afdruktaak opgeslagen in de hoofdmap voor
documentarchivering.
Het scherm dat verschijnt, is afhankelijk van de versie van uw besturingssysteem.
De functies die beschikbaar zijn voor het afdrukken met AirPrint zijn afhankelijk van het besturingssysteem en de
toepassing.
Om met AirPrint af te drukken wanneer op de machine de functie voor gebruikersauthenticatie wordt gebruikt, dient u
[Schakel IPP-verificatie in, behalve voor het printerstuurprogramma] in "Instellingen (Beheerder)" → [Systeeminstellingen]
→ [Gebruikers -bediening] → [Standaard- Instellingen] in te schakelen.
Om in kleur af te drukken, dient u de machtiging van "Andere gebruiker" te wijzigen in een machtiging waarmee afdrukken
in kleur toegestaan is.