Operation Manual

SCANFUNCTIES
71
Scannen via een WIA-compatibele toepassing
(Windows XP/Vista/7)
Indien u gebruik maakt van Windows XP/Vista/7 kunt u de WIA-driver gebruiken om te
scannen via WIA-compatibele toepassingen.
1
Plaats het origineel dat u wilt scannen op de glasplaat/RSPF.
Voor de procedure om het origineel te plaatsen, zie "NORMAAL KOPIËREN" (p.17).
2
Na het starten van de WIA-compatibele toepassing, klik op het menu
"Bestand" en selecteer een menu om te scannen.
3
Selecteer de papierinvoerbron en het afbeeldingstype en klik op de
knop "Voorbeeld".
Het voorbeeld verschijnt nu.
Wanneer u het origineel op de glasplaat hebt
geplaatst, selecteert u "Flatbed" voor de
"Papierinvoer".
Wanneer u het origineel in de RSPF hebt
geplaatst, selecteert u "Documentinvoer" voor de
"Papierinvoer" en legt u het formaat van het
origineel vast in "Paginaformaat".
4
Klik op de knop "Scannen".
Het scannen begint en het beeld wordt in Paint geplaatst.
Gebruik "Opslaan" in uw toepassing om een bestandsnaam en map te specificeren
voor de scanafdruk en de afdruk op te slaan.
Klik op "Annuleren" om de scanbewerking te annuleren nadat u op de "Scannen"
toets hebt gedrukt.
De methode om het scanmenu te openen verschilt afhankelijk van de
toepassing. Zie de handleiding of het helpbestand van uw toepassing voor
meer informatie.
Indien u "Documentinvoer" voor de "Papierinvoer" selecteert en op de
"Voorbeeld" toets klikt, wordt het bovenste origineel in de RSPF getoond
als voorbeeld. Het vooraf bekeken origineel wordt naar de origineel-
uitvoerzone gezonden, zodat u dit terug moet plaatsen in de RSPF voor
u begint met scannen.
In Windows XP kunt u het helpbestand van een instelling raadplegen.
Klik op de knop in de rechterbovenhoek van het venster en klik dan
op de instelling.
Opmerking
Opmerking