Operation Manual

5-55
SCANNER/INTERNETFAX
Inhoudsopgave
RONDZENDOPDRACHTEN WAARIN
INTERNETFAXBESTEMMINGEN ZIJN OPGENOMEN
Als een rondzendopdracht zowel bestemmingen voor de scanmodus als de Internetfaxmodus bevat, krijgen de
instellingen van de Internetfaxmodus voorrang (afdrukstand origineel en andere diverse instellingen). Houd bij het
uitvoeren van een rondzendopdracht van dit type rekening met onderstaande informatie.
Opnieuw verzenden naar rondzendbestemmingen
De resultaten van een uitgevoerde rondzendopdracht (distributie) kunnen worden gecontroleerd in het scherm opdrachtstatus.
Als de verzending naar een of enkele van deze adressen is mislukt, stuur de afbeelding dan nogmaals naar deze adressen.
U kunt de toetsen op het display selecteren met de pijltoetsen en de [OK]-toets.
Stand plaatsing origineel
De afdrukstand van Internetfax krijgt prioriteit. Als "Instelling Verzenden Draaiing" (alleen
webpagina) is ingeschakeld in de systeeminstellingen (beheerder), wordt de afbeelding 90
graden gedraaid. Daarom wordt de afbeelding soms niet in de juiste stand weergegeven.
Verzendformaat
Als de bestandsindeling staat ingesteld op [TIFF-S] in de functie Internetfax, is verzending
alleen mogelijk in staande A4 (8-1/2" x 11") formaat.
Belichting
De instellingen van Internetfax krijgen prioriteit.
Resolutie
Als de bestandsindeling staat ingesteld op [TIFF-S] in de modus Internetfax en er een
hoge resolutie is geselecteerd in de scanmodus, wordt de resolutie gewijzigd naar
[200X200dpi].
Modus voor
bestandscompressie
De compressiemodus wordt gewijzigd naar de compressiemodus die is ingesteld bij
"Compressiemodus bij distributie" (alleen webpagina) in de systeeminstellingen
(beheerder).
Kleuren scannen
Het scannen wordt in uitgevoerd in Mono2 ongeacht de kleurenmodusinstelling.
Formaat scanbestand
Als u een rondzendtransmissie uitvoert met bestemmingen waarvoor in de
systeeminstellingen (beheerder) met "Instelling van maximum aantal verzenddata
(E-Mail)" (alleen webpagina) of "Maximumgrootte van gegevensbijlagen (map
FTP/Bureaublad/Netwerk)" een beperking is ingesteld voor de bijlagegrootte, geldt deze
limiet ook voor bestemmingen waarvoor geen limiet is ingesteld. (De beperkinginstelling
van Scannen naar E-mail of Internetfax krijgt prioriteit.)
1
Druk op de toets [OPDRACHT STATUS].
2
Roep het scherm uitgevoerde opdrachten op.
(1) Schakel over naar de modus van de
opdracht die u wilt weergeven.
Selecteer met de toetsen en druk op [OK].
De modus verandert telkens wanneer u op de toets [OK] drukt.
(2) Schakel de modus van de opdrachtstatus
over op [Voltooid].
Selecteer met de toetsen en druk op [OK].
De modus verandert telkens wanneer u op de toets [OK] drukt.
Als de rondzendopdracht naar bestemmingen van verschillende modi werd gezonden, wordt dezelfde toets voor de
rondzendopdracht in elk van deze modi weergegeven.
OPDRACHT STATU
S
OKVORIGE
Verbinden
AAA AAA
BBB BBB
CCC CCC
DDD DDD
EEE EEE
Rondzenden
Wachten
Wachten
Wachten
Wachten
Wachten
(1)
(2)