Operation Manual

6-16
SYSTEEMINSTELLINGEN
Inhoudsopgave
BEDIENINGSPANEEL (ALGEMEEN)
Faxdata Ontv/ Doorsturen
In dit gedeelte worden de instellingen voor ontvangst en doorsturen uitgelegd. Selecteer de toets [Faxdata
Ontv/Doorsturen] en configureer de instellingen.
I-Faxinstellingen
Deze instellingen kunnen worden geconfigureerd wanneer de internetfaxuitbreidingskit is geïnstalleerd.
Start ontvangst
Selecteer deze toets om meteen verbinding te maken met uw mailserver (POP3-server) en te controleren op
binnengekomen internetfaxen. Als u Internetfaxen hebt ontvangen, worden de faxen opgeroepen en afgedrukt.
Handm. Ontvangsttoets op beginscherm
Dit geeft de toets [Handmatige i-faxontvangst] in het basisscherm van Internetfaxmodus.
Ontvangen gegevens doorsturen
Wanneer de machine niet kan afdrukken omdat er geen papier of inkt meer aanwezig is, kunnen ontvangen faxen
worden doorgestuurd naar een andere Internetfaxmachine.
Controle USB-apparaat
Hiermee wordt de aansluiting van een USB-apparaat, dat is verbonden met de machine, getest. Selecteer de toets
[Controle USB-apparaat] om de aansluiting te controleren.
Raadpleeg "FAXSYSTEEMINSTELLINGEN OP HET BEDIENINGSPANEEL" (pagina 6-97) voor informatie over de
instellingen met betrekking tot de faxfunctie.
POP3 serverinstellingen moeten zijn geconfigureerd om deze functie te gebruiken. Configureer deze instellingen in het
scherm dat verschijnt als [Toepassingsinstellingen] - [Internetfaxinstellingen] in het webpaginamenu wordt geselecteerd.
•Zie "Adres voor doorsturen gegevens instellen" (pagina 6-87) in de systeeminstellingen (beheerder) van het
webpaginamenu om een adres voor doorsturen op te slaan.
Als het doorsturen is mislukt, omdat de verzending werd geannuleerd of er een communicatiefout is opgetreden, keren de
door te sturen faxen terug naar de afdrukwachtrij op de machine.
Als de eerste pagina's van een fax succesvol afgedrukt zijn, worden alleen de pagina's die niet zijn afgedrukt, doorgestuurd.
Doorsturen is niet mogelijk als er geen faxen werden ontvangen of als er geen adres voor doorsturen is geprogrammeerd.
Wanneer "Instelling vasthouden ontvangen afdrukgegevens" (pagina 6-35) is ingeschakeld, wordt u gevraagd een
wachtwoord in te voeren. Voer een correct wachtwoord in met het numerieke toetsenbord.
Het doorsturen annuleren...
Druk op de toets [OPDRACHT STATUS] en annuleer daarna de doorstuuropdracht op dezelfde manier als een
verzendopdracht.
De status van een USB-apparaat dat niet compatibel is met de machine verschijnt niet.