Operation Manual

2-130
KOPIEERMACHINE
Inhoudsopgave
EEN AFDRUKVOORBEELD VAN EEN KOPIE
CONTROLEREN (Voorbeeld)
U kunt op de toets [Voorbeeld] tikken zodat deze op het basisscherm wordt gemarkeerd en dan het origineel scannen
om een afdrukvoorbeeld van de kopie op het aanraakscherm te controleren voordat u de kopie afdrukt.
1
Plaats het origineel.
Leg het origineel met de bedrukte zijde omhoog in de invoerlade of met de bedrukte zijde omlaag op de glasplaat.
2
Druk op [Voorbeeld] zodat de toets
wordt gemarkeerd.
3
Selecteer de kopieerinstellingen en druk op de toets [START].
Nadat het origineel is gescand, verschijnt een afdrukvoorbeeld van de kopie op het aanraakscherm. De kopie wordt niet
afgedrukt totdat er op de toets [Start kopiëren] op het voorbeeldscherm wordt getikt.
4
Controleer het afdrukvoorbeeld en tik
dan op de toets [Start kopiëren].
Het afdrukken van de kopie begint.
Zie "VOORBEELDSCHERM" (pagina 2-132) voor informatie
over het voorbeeldscherm.
Als u de kopieerinstellingen moet wijzigen, tikt u op de toets [Reset].
Als u het kopiëren wilt annuleren...
Druk op de toets [STOP] ( ).
Bestand
Snelbestand
Spec. Functies
Dubbelz. Kopie
Uitvoer
Normaal
A3
1.
A4
A4R
B4
3.
2.
4.
A4
Origineel
Papierformaat
Auto
A4
Normaal papier
Auto
A4
Kopieerfactor
Belichting
Auto
100%
Voorbeeld
Voorbeeld
Reset
Weergave draaien
Start kopiëren
Functieoverz.
Output weerg.
/0010
0001