Operation Manual

4-122
FAX
Inhoudsopgave
2
Voer het faxnummer van de bestemming
in.
(1) Druk op [Adresboek] in het basisscherm.
(2) Druk op de sneltoets van de gewenste
bestemming.
Als de bestemming niet is opgeslagen in het adresboek,
voert u het faxnummer in met de cijfertoetsen.
Als subadres en wachtwoord op de sneltoets worden
opgeslagen zijn de volgende deelstappen niet nodig. Ga naar
stap 3.
(3) Druk op de [Subadres]-toets.
"/" verschijnt.
(4) Voer het subadres in via het numerieke
toetsenbord.
(5) Druk op de [Subadres]-toets.
"/" verschijnt.
(6) Voer een wachtwoord in via het numerieke
toetsenbord.
Als een wachtwoord is weggelaten in het geheugenvak van een andere machine, zijn (5) en (6) niet nodig.
3
Druk op de toets [START].
Het scannen begint.
Als u de pagina's van het origineel in de documentinvoerlade hebt geplaatst, worden alle pagina's gescand. Er klinkt een
pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.
Als u het origineel op de glasplaat scant, moet u pagina voor pagina scannen. Wanneer het scannen voltooid is, plaats dan
het volgende origineel en druk op de toets [START]. Herhaal dit tot alle pagina's zijn gescand en druk dan op [Lezen Klaar].
Er klinkt een pieptoon ten teken dat het scannen is voltooid.
Wanneer de relay-machine de fax ontvangt, zal het deze automatisch naar alle ontvangende machines verzenden die
geprogrammeerd zijn in het geheugenvak.
Om het scannen te annuleren...
Druk op [STOP]-toets ( ) terwijl het origineel wordt gescand.
Automat. Ontvangst
Faxgeheugen:100%
1
2
105 15
III III
GGG GGG
EEE EEE
CCC CCC
AAA AAA
JJJ JJJ
HHH HHH
FFF FFF
DDD DDD
BBB BBB
Globaal
Adres Zoeken
Adresinvoer
Subadres
Adresoverzicht
Voorwaarde-
Instellingen
Aan
Cc
ABCDFreq. EFGH IJKL MNOP QRSTU VWXYZ etc.
Adres sorteren
Voorbeeld
(2)
(3), (5)