Operation Manual

6
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
LET OP: Lees al deze instructies door alvorens dit apparaat in gebruik te
nemen en bewaar ze voor later gebruik.
Met elektrische energie kunt u heel wat nuttige functies uitvoeren. Dit apparaat is zodanig
ontworpen en vervaardigd dat uw persoonlijke veiligheid wordt gevrijwaard. ONJUIST GEBRUIK
KAN EVENWEL LEIDEN TOT EEN EVENTUELE ELEKTRISCHE SCHOK OF BRANDGEVAAR. Om
de ingebouwde veiligheidsvoorzieningen van dit apparaat niet teniet te doen, dient u de volgende
basisregels goed in acht te nemen bij de installatie, het gebruik en het onderhoud van de projector.
1. Lees de gebruiksaanwijzing
Lees alle veiligheids- en bedieningsinstructies
in de gebruiksaanwijzing voordat u het
apparaat gebruikt.
2. Bewaar de gebruiksaanwijzing
Bewaar de gebruiksaanwijzing voor het geval
u deze in de toekomst nogmaals nodig heeft.
3.
Neem alle waarschuwingen in acht
Neem alle waarschuwingen op het product
en in de gebruiksaanwijzing in acht.
4. Volg alle instructies op
Alle bedieningsinstructies e.d. moeten
nauwgezet worden opgevolgd.
5. Reinigen
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u
begint met schoonmaken. Gebruik geen
vloeibare reinigingsmiddelen of sprays. Reinig
het apparaat uitsluitend met een vochtige doek.
6. Hulpstukken
Voorkom problemen en gebruik geen
hulpstukken die niet door de fabrikant van
het apparaat worden aanbevolen.
7. Water en vocht
Gebruik het apparaat niet in de buurt van
water; bijvoorbeeld in de buurt van een
bad, wastafel, aanrecht, wasmachine,
zwembad of in een vochtige kelder enz.
8. Accessoires
Plaats het apparaat niet op een wankel rek,
karretje, statief, steunbeugel of tafel. Het
apparaat zou kunnen vallen en een kind of
volwassene ernstig kunnen verwonden, en
tevens kan het apparaat zelf zwaar worden
beschadigd. Gebruik uitsluitend een rek,
karretje, statief, steunbeugel of tafel die door
de fabrikant wordt aanbevolen of die bij het
apparaat wordt verkocht. Volg voor
eventuele montagewerkzaamheden altijd de
instructies van de fabrikant op en gebruik
ook uitsluitend montage-accessoires die
door de fabrikant worden aanbevolen.
9. Transport
Als het apparaat op een
verplaatsbaar rek is gezet,
dient dit voorzichtig te
worden verplaatst. Het rek
kan namelijk omvallen bij
plotseling stoppen, te
hard duwen of rijden over
een ongelijke ondergrond.
10. Ventilatie
In de behuizing van het apparaat zijn gleuven en
openingen die dienen voor de ventilatie. Voor een veilige
werking en bescherming tegen oververhitting mogen de
ventilatie-openingen nooit worden geblokkeerd of
afgedekt door het apparaat op een bed, divan, dik
vloerkleed e.d. te zetten. Het apparaat mag ook niet in
een afgesloten ruimte, zoals een boekenkast, worden
geplaatst, tenzij voor een goede ventilatie wordt gezorgd
of alle instructies van de fabrikant zijn opgevolgd.
11. Voeding
Het apparaat mag uitsluitend op de
stroomvoorzieningsbron worden gebruikt die op het
typelabel is vermeld. Raadpleeg uw dealer of het
plaatselijke elektriciteitsbedrijf indien u niet zeker bent
van het type stroomvoorziening in uw huis. Voor
apparaten die gebruikt worden op batterijen of op
andere stroombronnen wordt verwezen naar de
gebruiksaanwijzing die bij het apparaat wordt geleverd.
12. Uitvoering van de netstekker
Dit apparaat is uitgerust met één van de
volgende soorten stekkers. Als de stekker
niet in het stopcontact past, neemt u contact
op met uw elektricien.
Negeer de veiligheidsvoorziening van de
stekker niet.
a. Tweedraads (net)stekker.
b. Driedraads geaarde (net)stekker met
aardingspen.
Deze stekker past alleen in een geaard
stopcontact.
13. Bescherming van het netsnoer
Leg het netsnoer zodanig dat er niet
gemakkelijk iemand op gaat staan of dat het
snoer door een voorwerp wordt platgedrukt.
Let hier vooral goed op in de buurt van de
stekkers, bij het stopcontact en op de plaats
waar het snoer uit het apparaat komt.
14. Bliksem
Om veiligheidsredenen dient u bij bliksem of
wanneer u het apparaat langere tijd niet
denkt te gebruiken, de stekker van het
netsnoer uit het stopcontact te trekken. Dit
om beschadiging van het apparaat te
voorkomen als gevolg van blikseminslag of
plotselinge stroompieken in de stroomleiding.