Operation Manual

64
a
Programmeren
Dit hoofdstuk legt u uit hoe diverse items te programmeren.
Voordat u met programmeren start, drukt u op de
m
-toets en selecteert u, afhankelijk van het item dat u
gaat programmeren, de "6 PGM MODE" (6 PGM-modus) of "7 SD CARD MODE" (7 SD-kaartmodus) via de
toets
I
en drukt u op de toets
A
.
Basisinstructies
Deze paragraaf toont met een voorbeeld van programmering voor afdelingen, de basisprogrammering.
Programmeringsscherm
Scherm openen: Als u de "6 PGM MODE" (6 PGM-modus) selecteert, toont uw display een openingsscherm
voor programmering die overeenkomt met de door u geselecteerde modus.
Modus waarin u zich bevindt
Gebied voor numerieke invoering en statusinformatie
Programmeringsmenu: Gebruik de cursortoetsen of numerieke
toets om een optie te selecteren en druk
daarna op de toets
A
.
Scherm voor codeselectie (Dept.PLU) (afd.PLU):
Geselecteerd menu
Gebied voor numerieke invoering en statusinformatie
Codenummer en de beschrijving ervan
(In geval van PLU worden twee regels gebruikt voor één code,
code - bovenste regel, onderste regel-beschrijving)
Gebruik de cursortoetsen of numerieke toetsen om een optie te
selecteren en druk daarna op de toets
A
.
Programmeringsscherm:
Geselecteerde code
Items instellen:
Gebruik de cursortoetsen om een item te selecteren.
Om een optie te selecteren, volgt u de instructies hieronder.
Numerieke invoering: Gebruik numerieke toetsen
Tekeninvoering: Gebruik tekentoetsen
Selectieve invoering: Druk op de toets
.
om tussen opties te
schakelen of druk op de toets
z
om de
optielijst te tonen Gebruik de cursortoetsen
om de cursor te verplaatsen en druk op de
toets
z
of
A
om het te selecteren.