Operation Manual

nl Het apparaat leren kennen
10
--------
Voorgestelde waarden
Bij elke verwarmingsmethode geeft het apparaat een
voorgestelde temperatuur of stand weer. U kunt deze
overnemen of in het betreffende bereik veranderen.
Stoom
Om altijd de juiste verwarmingsmethode met gebruik
van stoom voor uw gerecht te kunnen bepalen, geven
wij hier uitleg over de verschillen en toepassingen.
--------
Meer informatie
In de meeste gevallen biedt het apparaat u
aanwijzingen en meer informatie over de zojuist
uitgevoerde actie.Druk hiervoor op de toets l.De
aanwijzing wordt enkele seconden weergegeven.
Vele aanwijzingen verschijnen automatisch, bijv. ter
bevestiging of als oproep of waarschuwing.
*
Grill, klein Grillstanden:
1 = zwak
2 = gemiddeld
3 = sterk
Voor het grillen van kleine hoeveelheden, zoals steaks, worstjes of toast en om te gra-
tineren.
Het middelste deel onder het grillelement wordt heet.
;
Pizzastand 30-250 °C Voor het bereiden van pizza's en gerechten die veel warmte van onderen nodig heb-
ben.
Het onderste verwarmingselement en het ronde verwarmingselement aan de achter-
wand zijn ingeschakeld.
.
Langzaam garen 70-120 °C Voor het langzaam garen van aangebraden, zachte stukken vlees in open vormen.
De warmte komt bij een lage temperatuur gelijkmatig van boven en van onderen.
$
Onderwarmte 30-250 °C Voor de bereiding au bain-marie en om na te bakken.
De warmte komt van onderen.
,
coolStart-functie 30-250 °C Voor de snelle bereiding van diepvriesproducten op hoogte 1. De temperatuur is
afhankelijk van de opgaven van de fabrikant. Gebruik de hoogste temperatuur die op
de verpakking staat aangegeven. De bereidingstijd is zoals aangegeven of korter.Het
heeft geen zin om voor te verwarmen
R
Warmhouden * 60-100 °C Voor het warmhouden van bereide gerechten.
ˆ
Servies voorverwarmen 30-70 °C Voor het opwarmen van servies.
* Bereiden met stoom bij deze verwarmingsmethode mogelijk (gebruik alleen met gevulde watertank)
Verwarmingsmethode Temperatuur Gebruik
P
Stomen 30-100 °C Voor groente, vis, bijgerechten, voor het uitpersen van fruit en om te blancheren
W
Regenereren 80-180 °C Voor het ontdooien van gerechten en het opbakken van gebak.
Door de toegevoerde stoom drogen de gerechten niet uit
R
Deegrijsstand 30-50 °C Om gist- en zuurdeeg deeg te laten rijzen en yoghurt te laten rijpen.
Het deeg rijst sneller dan bij kamertemperatuur. Het oppervlak van het deeg
droogt niet uit
?
Ontdooien 30-60 °C Voor groente, vlees, vis en fruit
Door het vocht wordt de warmte behoedzaam overgedragen op de gerechten. De
gerechten drogen niet uit en vervormen niet