Operation Manual

43
Flexibele slangen Gebruikt u flexibele slangen, let er dan op dat:
• De slangen niet ingeklemd of bekneld worden.
• De slangen niet aan trek- of draaikrachten
onderhevig zijn.
• De slangen bijv. niet in contact komen met
snijkanten of scherpe randen.
• De slangen niet in contact komen met
onderdelen die een temperatuur van meer dan
70 °C boven kamertemperatuur kunnen bereiken.
Zorg ervoor dat de slangen in hun volle lengte voor
controle toegankelijk zijn.
Dichtheid controleren Controleer na aansluiting van de gasleiding met
zeepsop of de verbindingen dicht zijn.