HiPath 2000 HiPath 3000 HiPath 5000 optiPoint 420 economy optiPoint 420 economy plus optiPoint 420 standard optiPoint self labeling key module Gebruiksaanwijzing
Over deze gebruiksaanwijzing Over deze gebruiksaanwijzing In deze gebruiksaanwijzing wordt het telefoontoestel optiPoint 420 economy/ economy plus/standard, aangesloten op uw HiPath 2000 en HiPath 3000 / 5000, beschreven. Alle via uw toestel te activeren functies worden beschreven. Mocht u vaststellen dat bepaalde functies niet zoals gewenst beschikbaar zijn, dan kan dit de volgende oorzaken hebben: • De functie is niet voor u en uw toestel geprogrammeerd – Neem contact op met de servicetechnicus.
Over deze gebruiksaanwijzing CE-markering De conformiteit van het toestel met de EU-richtlijn 1999/5/EG wordt bevestigd door het CE-merk. Dit apparaat is geproduceerd overeenkomstig ons gecertificeerde milieumanagementsysteem (ISO 14001). Het fabricageproces staat garant voor een minimaal verbruik van primaire grondstoffen en energie alsmede voor een minimale hoeveelheid productie-afval.
Inhoudsopgave Inhoudsopgave Over deze gebruiksaanwijzing . . . . . . . . . . . . . . . . . .2 Belangrijke opmerkingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 CE-markering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Basiskennis voor de bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . .9 Bedieningsveld optiPoint 420 economy/economy plus/standard en optiPoint self labeling key module . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave Oproepomleiding bij telefoonuitval . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Terugbelopdracht gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Terugbelopdracht achterlaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Terugbelopdracht aannemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Opgeslagen terugbelopdrachten controleren/wissen . . . . . . . . . . . Telefoonnummers voor snelkiezen onder toets opslaan . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave Externe gesprekken in de wachtstand plaatsen . . . . . . . . . . . . . . . Conferentie voeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Conferentie beëindigen (door de initiator) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . DTMF-nakiezen/toonkiezen activeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Gesprekken opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ...na intercom-melding aan een groep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave Ander toestel gebruiken als uw eigen toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 84 Ander toestel gedurende langere tijd als eigen toestel gebruiken (Mobility) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85 Info bij ontvangst van een fax-bericht/bericht op antwoordapparaat . . . 86 Diensten/functies resetten (systeemwijd wissen voor een toestel) . . . 86 Functies voor een ander toestel activeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Inhoudsopgave Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) . . . . .110 Uit de groep schakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Oproepomleiding in-/uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Nachtstand gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Oproep bijschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Schakelaars bedienen (niet bij HiPath 2000) . . . . . . . . . . . .
Basiskennis voor de bediening Basiskennis voor de bediening optiPoint 4201 economy economy plus standard Full-duplex handsfree-functie - - ; Verlicht display - - ; Headset-aansluiting - ; ; 2e LAN-aansluiting - ; ; Aansluiting voor uitbreidingsconsoles - - ; Adapterslots 0 0 2 [1] Op de onderzijde van uw toestel vindt u de naam en het type.
Basiskennis voor de bediening Stap voor stap Wegwijzer voor het lezen van de gebruiksaanwijzing De bedieningsstappen worden in de linker kolom in logische volgorde grafisch weergegeven. De symbolen hebben de volgende betekenis: n Hoorn opnemen t Hoorn terugleggen op het toestel. s Gesprek voeren. o Telefoonnummer of functiecode invoeren. dd Functiecode invoeren. u of v Insteltoetsen op het toestel indrukken. Service Toets indrukken. Luidspreker Oplichtende toets indrukken.
Basiskennis voor de bediening Stap voor stap Zo activeer ik een functie ... interactief Enkele functies zijn vanuit rusttoestand direct oproepbaar, bijv.: > omleiding in : Met < > selecteren en met : de keuze bevestigen. Andere functies zijn bij het telefoneren afhankelijk van de situatie direct oproepbaar, bijv. u belt op maar de lijn is bezet: Met : bevestigen. terugbellen of > : Met < > selecteren en met : bevestigen. info zenden ...
Basiskennis voor de bediening Stap voor stap Welke functies kan ik gebruiken? Self Labeling Key-functie Self Labeling Key (automatische toetslabels) wil zeggen dat u de toetsen van uw telefoon niet handmatig van opschriften (labels) hoeft te voorzien. Uw HiPath-systeem labelt uw functietoetsen - al naar gelang de programmering - automatisch met een standaardopschrift. Maar als u wilt, kunt u de functietoetsen ook met een eigen tekst labelen, die afwijkt van het standaardlabel Æ pagina 117.
Basiskennis voor de bediening Stap voor stap Hoe gebruik ik mijn toestel effectief? • • Ongetwijfeld hebt u collega's of externe gesprekspartners met wie u heel vaak telefoneert. Dergelijke telefoonnummers kunt onder toetsen opslaan, zodat u ze sneller en gemakkelijker kunt kiezen (telefoonnummer voor snelkiezen onder toets opslaan Æ pagina 27). Maar al te vaak is een nummer bezet. In de drukte van het werk wordt snel vergeten het later nog eens te proberen.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Telefoneren – Basisfuncties Oproepen beantwoorden Uw toestel gaat standaard met één bepaald oproepsignaal over: • • • • Bij een interne oproep gaat uw toestel eenmaal per vijf seconden over (enkel, intern belritme). Bij een externe oproep gaat uw toestel om de vijf seconden tweemaal kort achter elkaar over (dubbel, extern belritme). Bij een oproep van de deurtelefoon gaat uw toestel om de vijf seconden driemaal kort achter elkaar over (drievoudig belritme).
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap u of v Volume instellen. Toetsen zo vaak indrukken totdat het gewenste volume is ingesteld. Gesprek beëindigen. Luidspreker Toets indrukken. Lampje dooft. of Verbreken Toets indrukken. Opmerkingen over handsfree telefoneren: • Laat uw gesprekspartner weten dat u handsfree telefoneert. • De handsfree-functie werkt beter naarmate het ontvangstvolume lager is ingesteld. • Bij handsfree telefoneren bedraagt de optimale afstand tot het toestel circa 50 cm.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Meeluisteren in het vertrek tijdens het gesprek U kunt andere personen in het vertrek bij het gesprek betrekken. Laat uw gesprekspartner weten dat u de luidspreker hebt ingeschakeld. Voorwaarde: u voert een gesprek via de hoorn. Inschakelen: Luidspreker Toets indrukken. Lampje licht op. Uitschakelen: Luidspreker Toets indrukken. Lampje dooft. Kiezen/Opbellen Met opgenomen hoorn kiezen n Hoorn opnemen. o Intern: telefoonnummer invoeren.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Er wordt niet opgenomen of het toestel is bezet: Luidspreker Toets indrukken. Lampje dooft. Uw systeem kan ook zo geprogrammeerd zijn, dat u vóór het kiezen van het interne telefoonnummer de toets "Intern" moet indrukken. Voor het kiezen van een extern telefoonnummer hoeft u dan geen netlijncode te kiezen (de automatische netlijnbelegging is dan ingeschakeld; raadpleeg de servicetechnicus). Gesprek beëindigen t Hoorn terugleggen op het toestel.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Microfoon in- en uitschakelen Om te voorkomen dat uw gesprekspartner kan meeluisteren, bijv. wanneer u even met een collega ruggespraak wilt houden, kunt u de microfoon in de hoorn of de handsfree-microfoon in het toestel tijdelijk uitschakelen. U kunt bovendien de handsfree-microfoon inschakelen om een mededeling of omroep te beantwoorden die binnenkomt via de luidspreker van uw toestel (intercom-functieÆ pagina 34).
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Tweede gesprekspartner opbellen (ruggespraak) U kunt tijdens een gesprek een tweede gesprekspartner opbellen. Uw eerste gesprekspartner staat dan in de wachtstand. ruggespraak? : Bevestigen. o Tweede gesprekspartner opbellen. Terug naar uw eerste gesprekspartner: terug naar wachtende? : Bevestigen. beëindigen en terug? : of of Service qd Toets indrukken. Lampje licht op. Functiecode invoeren. Lampje dooft.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Gesprek doorverbinden Als uw gesprekspartner nog met een andere collega wil spreken, kunt u het gesprek doorverbinden. ruggespraak? : Bevestigen. o Telefoonnummer van de gewenste collega invoeren. s Gesprek eventueel aankondigen. t Hoorn terugleggen op het toestel. > 20 of doorverbinden? : Selecteren en bevestigen.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Oproepen omleiden Variabele oproepomleiding gebruiken U kunt interne en/of externe oproepen direct naar verschillende interne of externe toestellen (bestemmingen) omleiden (bij ISDN-netlijnen en een hiervoor geschikte systeemconfiguratie is omleiden naar een externe bestemming mogelijk).
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Als de functie Oproepomleiding is ingeschakeld, dan klinkt bij het opnemen van de hoorn een speciale kiestoon. Bij geactiveerde functie Inkomend DTMFnakiezen (raadpleeg de servicetechnicus) kunt u oproepen ook daarheen omleiden. Bestemmingen: fax = 870, nakiezen= 871, fax-nakiezen = 872. Wanneer u de bestemming bent van een oproepomleiding, ziet u in het display het telefoonnummer of de naam van de ’omleider’ (bovenste regel) en de beller (onderste regel).
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Als een omleiding na tijd is ingeschakeld, verschijnt na het opleggen van de hoorn op het display even de indicatie "na tijd naar: " .
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Oproepomleiding bij telefoonuitval Als uw systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u instellen dat oproepen worden omgeleid naar een interne of externe bestemming, wanneer uw toestel uitvalt. Service > *9411=CFSS in? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. of qmhee Functiecode invoeren. o Telefoonnummer van de bestemming invoeren. : Bevestigen.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Terugbelopdracht gebruiken Als een gekozen interne gesprekspartner bezet is of zich niet meldt, kunt u een terugbelopdracht achterlaten. Hierdoor hoeft u niet continu te proberen de gewenste gesprekspartner te bereiken. U wordt teruggebeld zodra, • de betreffende gesprekspartner niet meer bezet is, • de gewenste gesprekspartner die niet aanwezig was, weer een gesprek heeft gevoerd.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Weergegeven opdracht wissen: : Bevestigen wissen? Opvragen beëindigen: > : beëindigen? Selecteren en bevestigen. of Service Toets indrukken. Lampje dooft. of Luidspreker 26 Toets indrukken. Lampje dooft.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Telefoonnummers voor snelkiezen onder toets opslaan Onder toetsen van uw toestel of uitbreidingsterminal die standaard niet vast zijn voorgeprogrammeerd, kunt u nummers opslaan die u vaak gebruikt. Er kunnen externe en interne nummers worden opgeslagen, maar ook functies en procedures (meerdere bedieningsstappen) Æ pagina 63. Wanneer u een toets als Shift-toets (Æ pagina 63) hebt geprogrammeerd, kunt u een toets ook op twee niveaus programmeren.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Wanneer u een verkeerde toets ingedrukt hebt: > terug? : Selecteren en bevestigen. Alle ingevoerde cijfers worden gewist. Het systeem herkent automatisch of u een intern of een extern telefoonnummer wilt opslaan. Alleen bij interne telefoonnummers kunt u kiezen tussen "opslaan zonder LED" of "opslaan met LED". opslaan met LED? : Bevestigen.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Met snelkiestoetsen kiezen Voorwaarde: u hebt onder een snelkiestoets of naamtoets een telefoonnummer opgeslagen Æ pagina 27. Toets met opgeslagen telefoonnummer indrukken. Als het telefoonnummer zich op het tweede niveau bevindt, eerst op "Shift" drukken. Ook tijdens een gesprek kunt u de snelkiestoets indrukken. De ruggespraakfunctie wordt automatisch geactiveerd Æ pagina 19.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Toestel instellen Volume oproepsignaal wijzigen u of v In de rusttoestand van het toestel een van de toetsen indrukken. : Bevestigen. u of v Volume instellen. Toetsen zo vaak indrukken totdat het volume oproepsignaal? gewenste volume is ingesteld. : Opslaan. Toon oproepsignaal wijzigen u of v In de rusttoestand van het toestel een van de toetsen indrukken. > toon oproepsignaal? : Selecteren en bevestigen. u of v Toonhoogte wijzigen.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Displaycontrast instellen U kunt het displaycontrast in vier niveaus aan de lichtomstandigheden in de omgeving aanpassen. u of v In de ruststand van de telefoon een van de toetsen indrukken. > display-contrast : Selecteren en bevestigen. u of v Displaycontrast wijzigen (1 ... 4). De toetsen zo vaak indrukken totdat het gewenste contrastniveau is ingesteld. : Opslaan.
Telefoneren – Basisfuncties Stap voor stap Ontvangstvolume wijzigen tijdens een gesprek U voert een gesprek. u of v Volume instellen. Toetsen zo vaak indrukken totdat het gewenste volume is ingesteld. u v tegelijkertijd Opslaan. Hoek van het display aanpassen aan zitplaats U kunt de hoek van het display wijzigen. Stel het display zo in, dat u de displaymeldingen vanaf uw zitplaats goed kunt lezen. Displayverlichting Deze functie is alleen beschikbaar bij de optiPoint 420 standard.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Telefoneren – Comfortfuncties Oproepen beantwoorden Oproep voor collega gericht overnemen U hoort een ander toestel overgaan. Service Toets indrukken. Lampje licht op. > *59=gerichte overname? : Selecteren en bevestigen1. of qim Functiecode invoeren. Op het display verschijnt een opgeroepen toestel. > evtl. bladeren? : Selecteren en bevestigen totdat het gewenste toestel wordt weergegeven. oproep overnemen? : Bevestigen.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Oproep afwijzen Oproepen die u niet wilt beantwoorden, kunt u weigeren. De oproep wordt dan gesignaleerd op een ander daartoe aangewezen toestel (raadpleeg de servicetechnicus). De telefoon gaat over. Op het display verschijnt de naam of het telefoonnummer van de opbeller. Verbreken Toets indrukken. Kan een oproep niet worden geweigerd, dan blijft uw telefoon overgaan. Op het display verschijnt de tekst "momenteel niet mogelijk" (bijv. bij heroproep).
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Oproep via headset beantwoorden Bij optiPoint 420 economy kunt u deze functie niet gebruiken. Voorwaarde: Uw toestel gaat over. beantwoorden? : Bevestigen. of Als toets "headset" is geprogrammeerd Æ pagina 63: Toets indrukken. Lampje dooft. Gesprek beëindigen. Verbreken Toets indrukken. of Als toets "headset" is geprogrammeerd Æ pagina 63: Toets indrukken. Lampje dooft.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Oproepen van de deurtelefoon aannemen/ deuropener bedienen Wanneer er een deurtelefoon is geïnstalleerd, kunt u vanaf uw toestel met bezoekers spreken via de deurtelefoon en de deuropener bedienen. Als u over de bevoegdheid beschikt om de deuropener vrij te geven (raadpleeg de servicetechnicus), kan een bezoeker de deur zelf openen door een code van vijf tekens in te voeren (bijv. via een DTMF-zender of via het cijfertoetsenblok naast de deur.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Deur openen met code (bij de deur): o Na het drukken op de deurbel de code van vijf tekens invoeren (via DTMF-zendertje of via de cijfertoetsen van een toetsenbord). Afhankelijk van de instelling wordt het drukken op de deurbel wel of niet gesignaleerd. Deurvrijgave inschakelen: Service > *89=deurvrijgave in? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. of qlm Functiecode invoeren. o Toestelnummer van de deurtelefoon invoeren.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Kiezen/Opbellen En-bloc kiezen/ telefoonnummer corrigeren Indien ingesteld (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u het telefoonnummer intoetsen zonder dat het meteen gekozen wordt. U kunt het nummer dan zonodig nog corrigeren Gekozen wordt het nummer pas als u dat wilt. o Intern: telefoonnummer intoetsen. Extern: netlijnprefix en telefoonnummer intoetsen. Ingetoetste/weergegeven nummer kiezen: n Hoorn opnemen. of : Bevestigen.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Lijst met oproepen gebruiken Wanneer u een interne of externe oproep niet hebt beantwoord, wordt deze opgeslagen in een lijst met oproepen. Ook beantwoorde oproepen kunnen worden opgeslagen, hetzij handmatig door uzelf (interne en externe oproepen) of automatisch (alleen externe oproepen, raadpleeg de servicetechnicus). Uw toestel slaat maximaal 10 binnenkomende oproepen in volgorde van binnenkomst op. Elke oproep wordt voorzien van een tijdstempel.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Extra informatie over de oproep opvragen Voorwaarde: u hebt de lijst met oproepen opgevraagd en de gewenste oproep wordt weergegeven (zwart vierkantje aan het begin van de regel). > extra informatie? : Selecteren en bevestigen. Informatie over de naam, het telefoonnummer en tijdstip van de oproep worden weergegeven. Telefoonnummer uit de lijst met oproepen kiezen Voorwaarde: u hebt de lijst met oproepen opgevraagd en de gewenste oproep wordt weergegeven.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Verkort kiezen Met individuele en centrale verkorte kiesnummers kiezen Voorwaarde: u hebt individuele Æ pagina 41 verkorte kiesnummers opgeslagen, de servicetechnicus heeft centrale verkorte kiesnummers opgeslagen. Service Toets indrukken. Lampje licht op. : Bevestigen. *7=verkort kiezen? of qk Functiecode invoeren. o Verkort kiesnummer invoeren. "*0" tot en met "*9" = individueel verkort kiesnummer.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap o Eerst netlijncode en vervolgens extern telefoonnummer invoeren. opslaan? : Bevestigen. of Wanneer u een verkeerde toets ingedrukt hebt: > terug? : Selecteren en bevestigen. Alle ingevoerde cijfers worden gewist. volgende bestemming? : Bevestigen. of > wijzigen? : Selecteren en bevestigen. > wissen? : Selecteren en bevestigen. > beëindigen : Selecteren en bevestigen.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Uit interne telefoonboek kiezen Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), vindt u in het interne telefoonboek alle interne telefoonnummers en centrale verkorte kiesnummers waarvoor een naam is gedefinieerd. Voorwaarde: voor de in het systeem opgeslagen telefoonnummers zijn namen gedefinieerd. n Hoorn opnemen. of Luidspreker telefoonboek? Toets indrukken. Lampje licht op. : Bevestigen. of qih Functiecode invoeren. evtl.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap evtl. > letter wissen? > regel wissen? : Selecteren en steeds bevestigen. De laatste in- gevoerde letter (behalve de eerste) wordt gewist. Als u alle letters hebt gewist, wordt de eerste naam in het telefoonboek opnieuw weergegeven. evtl. : Selecteren en bevestigen. Alle ingevoerde letters worden gewist en de eerste naam in het telefoonboek verschijnt weer. Gewenste naam wordt weergegeven: > opbellen? : Selecteren en bevestigen.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Uit telefoondatabank (LDAP) kiezen Indien ingesteld (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u telefoonboekgegevens in de LDAP-databank zoeken en vervolgens kiezen met het telefoonnummer van een gevonden deelnemer. Voorwaarde: de LDAP-zoekfunctie is in het systeem geprogrammeerd. n Hoorn opnemen. of Luidspreker telefoonboek? Toets indrukken. Lampje licht op. : Bevestigen. of qih Kiesnummer invoeren. evtl.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap zoeken? : Bevestigen. De naam wordt gezocht. Dit kan enkele seconden duren. De resultaten worden weergegeven: Is er exact één contactpersoon gevonden, dan wordt deze getoond. opbellen? : Bevestigen. Zijn er meerdere contactpersonen gevonden (max. 50), dan wordt de naam van de eerste contactpersoon getoond. u of v Om naar de volgende of vorige vermelding te bladeren.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Mailbox gebruiken Als u de toets "mailbox" hebt geprogrammeerd Æ pagina 63, licht het bijbehorende lampje op zodra er berichten voor u zijn binnengekomen. Op een aangesloten voicemail-systeem (bijvoorbeeld Entry Voice Mail) worden binnengekomen berichten eveneens gesignaleerd door het oplichten van het lampje naast de toets "mailbox". Daarnaast verschijnt in het display een melding (bijvoorbeeld bij Entry Voice Mail: " nieuwe berichten").
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Discreet gesprek met collega Als dit is ingesteld (vraag servicetechnicus of systeembeheerder), kunt u zichzelf in een actueel gesprek schakelen van een interne deelnemer die over een systeemtoestel met display beschikt. U kunt ongemerkt meeluisteren en kunt met de interne deelnemer spreken zonder dat de andere gesprekspartner u kan horen (discreet gesprek). n Hoorn opnemen. qmhi Functiecode invoeren. o Intern telefoonnummer invoeren.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap n Hoorn opnemen. U hoort de externe kiestoon. o Voer een extern telefoonnummer in. Telefoonnummer (CLIP) toewijzen (niet voor USA) Als uw systeem hiervoor is geprogrammeerd, kunt u gericht een bepaald nummer (doorkiesnummer) aan uw toestelaansluiting toewijzen voordat u een externe verbinding tot stand brengt. Dit nummer (CLIP) verschijnt dan op het display van de opgeroepen gesprekspartner. Toets indrukken. Lampje licht op. Service-menu > *41=tel.nr.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Op het beeldscherm van de PC verschijnt de melding "Hoorn opnemen". n Hoorn opnemen. Via uw toestel een nummer kiezen voor een ander toestel: Service > *67=kiezen voor ander? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. of qjk Functiecode invoeren. o Intern telefoonnummer invoeren ("kies voor:"). o Gewenst telefoonnummer invoeren.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Tijdens het gesprek Tweede oproep gebruiken Wanneer u een telefoongesprek voert, blijft u bereikbaar. Een aankloptoon geeft aan dat er een tweede oproep binnenkomt. U kunt deze tweede oproep negeren of aannemen. Als u de tweede oproep wilt aannemen, kunt u het eerste gesprek eerst beëindigen of het in de wachtstand plaatsen om het later weer voort te zetten. U kunt een tweede oproep of de aankloptoon ook verhinderen Æ pagina 52.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Tweede oproep (automatisch aankloppen) verhinderen/toestaan Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u verhinderen/toestaan dat tijdens een gesprek een tweede gesprek Æ pagina 51 door automatisch aankloppen wordt gesignaleerd. Service Toets indrukken. Lampje licht op. en > #490=aut.aankloppen uit? : Selecteren en bevestigen. of > *490=aut.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Gesprek parkeren U kunt tot 10 interne en/of externe gesprekken parkeren. Geparkeerde verbindingen kunnen op een ander toestel weergegeven en teruggenomen worden. Op deze wijze kunt u bijvoorbeeld een gesprek op een ander toestel voortzetten. Voorwaarde: u voert een gesprek. Service Toets indrukken. Lampje licht op. > *56=parkeren? : Selecteren en bevestigen. of qij Functiecode invoeren. d ... m Een parkeerpositienummer (0 - 9) invoeren en ont- houden.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Externe gesprekken in de wachtstand plaatsen Als uw toestel van een wachtstand toets is voorzien Æ pagina 63, kunt u externe gesprekken in de wachtstand plaatsen. Op deze wijze kan iedere andere gebruiker het gesprek op de toegewezen lijn overnemen. Toets "Wachtstand" indrukken. Melding voor de bijbehorende lijn verschijnt (bijv. 801), lijnnummer onthouden. Indien aanwezig knippert het lampje van de bijbehorende lijntoets langzaam.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Conferentie voeren Bij een conferentieschakeling spreekt u met maximaal vier gesprekspartners tegelijkertijd. Daarbij kan het gaan om externe en interne gesprekspartners. > o Eerste gesprekspartner opbellen. conferentie activeren? : Selecteren en bevestigen. o Tweede gesprekspartner opbellen. Conferentie aankondigen. > conferentie? : Selecteren en bevestigen. of Service qg Toets indrukken. Lampje licht op. Functiecode invoeren. Lampje dooft.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Deelnemers uit de conferentie verwijderen (door de initiator) Selecteren en bevestigen. De eerste deelnemer wordt weergegeven. : Zo vaak bedienen totdat de gewenste deelnemer wordt bladeren? weergegeven. > dln. verwijderen? : Selecteren en bevestigen. Conferentie verlaten > : Selecteren en bevestigen. conf. verlaten? of t Hoorn terugleggen op het toestel, indien geactiveerd (raadpleeg de servicetechnicus).
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap DTMF-nakiezen/toonkiezen activeren Voor de bediening van apparaten, zoals antwoordapparaten of automatische info-diensten, kunt u tijdens de verbinding DTMF-signalen (TDK-tonen) versturen. Service > *53=DTMF-nakiezen in? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen1. of qig Functiecode invoeren. o Met de toetsen "0" t/m "9", "*" en "#" kunt u nu DTMFtoonsignalen versturen.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Gesprekken opnemen Mits ingesteld (informeer bij de servicetechnicus of de systeembeheerder), kunt u een gesprek dat u voert ook opnemen. Voorwaarde: u voert een gesprek, de toets "Opname" is geprogrammeerd Æ pagina 63. Toets "Opname" indrukken. Lampje licht op. Zowel u als uw gesprekspartner horen een melding over de begonnen opname en - zolang de opname duurt - om de 15 sec. een akoestisch signaal.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap ...na intercom-melding aan een groep Als uw systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u via de intercom Æ pagina 47 een bestaand gesprek aan een groep van toestellen Æ pagina 95 aankondigen. Wanneer een lid van de groep de intercom-melding aanneemt, kunt u het gesprek dat in de wachtstand staat doorverbinden. Voorwaarde: u voert een gesprek. : Bevestigen. De gesprekspartner staat in de wacht- ruggespraak? stand.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Flash op de netlijn geven Om bepaalde diensten en functies via analoge netlijnen of andere communicatieplatforms te kunnen gebruiken (bijv. ruggespraak bij een satellietsysteem of diensten in het openbare telefoonnet), moet u, voordat u de functiecode of het toestelnummer invoert, eerst een flashsignaal op de analoge lijn geven. Voorwaarde: u hebt een externe verbinding tot stand gebracht. Service > *51=flash op netlijn? Toets indrukken. Lampje licht op.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Als u bestemmingen niet hebt kunnen bereiken .. Aankloppen – zich kenbaar maken Voorwaarde: u hebt een intern toestelnummer gekozen en hoort de bezettoon. U wilt de opgeroepen persoon dringend bereiken. Wacht (ca. 5 seconden) tot op het display de melding "klopt aan!" verschijnt en de bezettoon in een vrijtoon verandert.
Telefoneren – Comfortfuncties Stap voor stap Nachtstand gebruiken Wanneer deze functie ingeschakeld is, bijvoorbeeld tijdens de middagpauze of na kantoortijden, dan worden alle binnenkomende externe oproepen direct omgeleid naar een bepaald intern toestel (nachtbestemming). De nachtbestemming kan door de servicetechnicus (= nachtstand standaard) of door u zelf (= nachtstand tijdelijk) worden vastgelegd.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap Functies, procedures en afspraken opslaan Onder toetsen van uw toestel of uitbreidingsterminal die standaard niet vast zijn voorgeprogrammeerd, kunt u behalve nummers Æ pagina 27 ook veel gebruikte functies of procedures (meerdere bedieningsstappen) opslaan.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap > > evtl. toets-label? : Selecteren en bevestigen om de automatische toetslabeling aan te passen. Voor meer informatie zie Æ pagina 117. beëindigen? : Bevestigen. andere toets? : Selecteren en bevestigen. of Door het indrukken van de toets bereikt u nu direct de functie. Bij in-/uitschakelbare functies, bijv. "niet storen", schakelt u de functie met een druk op de toets in en met de volgende weer uit.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap lijst met oproepen: Geen oproepen geregistreerd. Gemiste oproep(en) geregistreerd. tel.nr. (intern), snelkiestoets: Toestel is niet in gesprek. Toestel is in gesprek of de functie "Niet storen" is ingeschakeld. Knippert snel – u wordt opgeroepen, beantwoorden alstublieft. Knippert langzaam – een ander toestel wordt opgeroepen en de oproep is nog niet beantwoord. mailbox: Geen berichten opgeslagen Bericht(en) opgeslagen gesprekstoets, alg.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap aantal oproepen tonen: Er wacht geen enkele oproep. Knippert snel – oproepen wachten (bepaald aantal is overschreden). Knippert langzaam – oproepen wachten (bepaald aantal is bereikt). data I/O service: Geen verbinding met een applicatie. Actieve verbinding met een applicatie. Knippert langzaam - Verbinding met applicatie tijdelijk onderbroken.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap Procedures (bedieningsstappen) onder een toets programmeren Telefoonnummers en functies waar verschillende bedieningsstappen voor nodig zijn, kunt u onder een toets van uw telefoontoestel programmeren. Zo kan de functie "Kiezen voor een ander" Æ pagina 50 inclusief de verder nog vereiste invoer (telefoonnummer van degene voor wie gekozen wordt + het te kiezen telefoonnummer) onder één toets worden geprogrammeerd.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap > > evtl. toets-label? : Selecteren en bevestigen om de automatische toetslabeling aan te passen. Voor meer informatie zie Æ pagina 117. beeindigen? : Bevestigen. andere toets? : Selecteren en bevestigen. of De geprogrammeerde procedure kan met één druk op de toets worden gekozen. Bij procedures met in-/uitschakelbare functies, schakelt u de functie met een druk op de toets in en met de volgende weer uit.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap Afspraakfunctie U kunt uw eigen toestel laten overgaan ter herinnering aan afspraken Æ pagina 70. Daarvoor moet u het gewenste tijdstip van de oproep opslaan. Dit kan steeds voor de volgende 24 uur of voor een dagelijks terugkerende afspraak. Afspraken opslaan Service > *46=afspraak in? Toets indrukken. Lampje licht op. : Bevestigen. of qhj Functiecode invoeren. o Tijd 4-cijferig invoeren, bijv. 0905 voor 9.05 uur (= 9.05 a.m.
Functies, procedures en afspraken opslaan Stap voor stap Aan een afspraak herinnerd worden Voorwaarde: u hebt een afspraak opgeslagen Æ pagina 69. Het opgeslagen tijdstip is aangebroken. Het toestel gaat over. De tijd van de afspraak wordt weergegeven. afspraak om: Luidspreker Toets tweemaal indrukken. of n t Hoorn opnemen en weer terug op het toestel leggen. Als u de afspraakoproep niet beantwoordt, wordt deze nog vijf maal herhaald voordat de afspraak wordt gewist.
Verbindingskosten controleren/toewijzen Stap voor stap Verbindingskosten controleren/ toewijzen Verbindingskosten voor uw toestel opvragen (niet voor USA) Van het actuele gesprek: Na afloop van een gesprek worden standaard de kosten weergegeven op het display. Wanneer de kosten tijdens een gesprek continu moeten worden weergegeven, moet de servicetechnicus dit aanvragen bij de netwerk-exploitant.
Verbindingskosten controleren/toewijzen Stap voor stap Verbindingskosten voor ander toestel opvragen (niet voor USA) Als het systeem daarvoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u de verbindingskosten van andere toestellen (bijv. van een telefooncel) laten weergeven en ook afdrukken. Voorwaarde: u beschikt over een toets met de functie "kosten opvragen" Æ pagina 63. Als het lampje oplicht, werd er sinds de laatste opvraagprocedure een gesprek gevoerd waaraan kosten zijn verbonden.
Verbindingskosten controleren/toewijzen Stap voor stap Met kostenverrekening opbellen De kosten van externe gesprekken kunt u aan bepaalde projecten toewijzen. Voorwaarde: voor u zijn projectcodes vastgelegd. Service > *60=projectcode? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen1. of qjd Functiecode invoeren. o Projectcode invoeren. evtl. r Invoeren. of #=opslaan? : Bevestigen. Afhankelijk van de configuratie is dit noodzakelijk (raadpleeg de servicetechnicus).
Privacy/veiligheid Stap voor stap Privacy/veiligheid Oproepsignaal uit-/inschakelen Als u niet gestoord wilt worden, kunt u de functie "Oproepsignaal uit" inschakelen. Oproepen worden dan alleen gesignaleerd nog met één kort akoestisch oproepsignaal, via het display en door het knipperen van bijvoorbeeld een lijntoets. > oproepsignaal uit? : Selecteren en bevestigen. > oproepsignaal in? : of of qml of rml Functiecode voor Oproepsignaal "in" of "uit" invoeren.
Privacy/veiligheid Stap voor stap Nummerweergave bij het opgeroepen toestel onderdrukken U kunt voorkomen dat uw telefoonnummer of naam op het display van het toestel van uw externe gesprekspartner wordt weergegeven. Deze functie blijft actief tot u haar weer uitschakelt. > nr. weergave uit? : Selecteren en bevestigen. > nr. weergave in? : of of qlj of rlj Functiecode voor nummerweergave "uit" of "in" invoeren. De servicetechnicus kan voor alle toestellen de nummerweergave in- of uitschakelen.
Privacy/veiligheid Stap voor stap Babyfoon U kunt een telefoontoestel als babyfoon gebruiken. Bij het toestel dat u in de te bewaken ruimte gebruikt, moet de functie eerst worden ingesteld. Als u dit toestel opbelt, wordt de verbinding met dit toestel direct tot stand gebracht en kunt u horen wat er in deze ruimte gebeurt. Babyfoontoestel instellen: Service > *88=babyfoon? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. of qll Functiecode invoeren.
Privacy/veiligheid Stap voor stap Anonieme oproepers identificeren – "Vangen" (dienst MCID, niet voor USA) U kunt bij ISDN ongewenste externe oproepers laten identificeren (ISDN-dienst MCID). Het telefoonnummer van de oproeper kan tijdens het gesprek of tot maximaal 30 seconden daarna worden vastgehouden. U mag hierbij de hoorn niet neerleggen. Service > *84=vangen? Toets indrukken. Lampje licht op. en : Selecteren en bevestigen. of qlh Functiecode invoeren.
Privacy/veiligheid Stap voor stap Toestel tegen misbruik blokkeren U kunt voorkomen, dat onbevoegden uw toestel en het elektronisch telefoonboek tijdens uw afwezigheid gebruiken. Voorwaarde: u hebt een persoonlijke PIN-code gedefinieerd Æ pagina 80. Codeslot in-/uitschakelen: > codeslot in? : Selecteren en bevestigen. > codeslot uit? : of of qjj of rjj Functiecode voor "Codeslot in" of "Codeslot uit" invoeren. o Code (PIN-code) invoeren Æ pagina 80.
Privacy/veiligheid Stap voor stap Ander toestel beveiligen tegen telefoonmisbruik Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u andere toestellen afsluiten en weer vrijgeven om telefoonmisbruik te voorkomen. Wanneer een gebruiker zijn telefoontoestel heeft afgesloten en hij de bijbehorende toestelcode vergeten is, kunt u met deze functie zijn toestel weer vrijgeven. Service Toets indrukken. Lampje licht op. > *943=centraal codeslot? : Bevestigen1.
Privacy/veiligheid Stap voor stap Persoonlijke PIN-code opslaan Om de functies • Telefoon tegen misbruik te beschermen Æ pagina 78 • Ander toestel te gebruiken als uw eigen Æ pagina 84 te kunnen gebruiken, moet u een pincode invoeren die u zelf kunt opslaan. Service > *93=tst.-code wijzigen? Toets indrukken. Lampje licht op. : Bevestigen1. of qmg Functiecode invoeren. o Voer de actuele 5-cijferige PIN-code in. Wanneer u nog geen eigen code hebt ingevoerd, gebruik dan de standaardcode: "00000".
Overige functies gebruiken Stap voor stap Overige functies gebruiken Info (bericht) zenden U kunt naar afzonderlijke gebruikers of aan gebruikersgroepen met een systeemtoestel korte tekstberichten (info-teksten) verzenden. Op systeemtelefoons zonder display (bijvoorbeeld: optiPoint 500 entry), ISDN-, puls- of toonkiestelefoons worden verstuurde infoteksten als terugbelwens opgeslagen. Info opstellen en zenden > : Selecteren en bevestigen. info zenden? of qjl Functiecode invoeren.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Verzonden info wissen/weergeven > verzonden infos? : Selecteren en bevestigen. of rjl Functiecode invoeren. > : Volg de aanwijzingen op het display. Info-teksten die aan groepen werden verzonden, kunnen alleen door de zender worden gewist. Infoteksten beantwoorden Op het display verschijnt "infos ontvangen:" en het aantal. info weergeven? > 82 : Bevestigen. : Volg de aanwijzingen op het display.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Bericht/antwoordtekst achterlaten Voor interne oproepers, die u tijdens uw afwezigheid wilt bereiken, kunt u berichten/antwoordteksten achterlaten op het display van uw toestel. Bij een oproep verschijnt deze melding op het display van het toestel van de oproeper. > > : Selecteren en bevestigen. antwoordtekst in? of qjm Functiecode invoeren. : Voorgedefinieerde tekst (kan worden gewijzigd door de 0=terug om: servicetechnicus) selecteren en bevestigen.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Aantal wachtende oproepen opvragen/overbelastingsindicatie Als u beschikt over een toets voor de functie "aantal oproepen tonen" Æ pagina 63, kunt u het aantal wachtende externe oproepen op het display laten weergeven. Toets voor wachtende oproepen indrukken. Als u al een gesprek voert en het aantal wachtende oproepen een drempel overschrijdt die door de servicetechnicus is vastgelegd (overbelasting), wordt dit aangegeven door het lampje naast de toets.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Ander toestel gedurende langere tijd als eigen toestel gebruiken (Mobility) Als uw systeem hiervoor is geprogrammeerd, kunt u een willekeurig optiPoint 420 gebruiken alsof het uw eigen toestel is. Al uw instellingen (bijv. geprogrammeerde toetsen) worden samen met uw telefoonnummer overgenomen. Voorwaarde: U hebt een mobiel telefoonnummer en evt. een wachtwoord ontvangen (raadpleeg de servicetechnicus). Service > *9419=Mobile Logon Toets indrukken.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Info bij ontvangst van een fax-bericht/ bericht op antwoordapparaat Wanneer op uw systeem een faxapparaat of een antwoordapparaat is aangesloten en u hebt een vrije toets met de functie "info bij ontvangst fax" geprogrammeerd Æ pagina 63, licht deze toets op zodra u een fax of een bericht hebt ontvangen. Signalering uitschakelen: Oplichtende toets "info bij ontvangst fax" indrukken. Lampje dooft.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Functies voor een ander toestel activeren Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u de volgende functies voor andere toestellen in- of uitschakelen (functies voor een ander): • • • • • • • • • • Service > *83=functies v.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Systeemfuncties vanuit een externe locatie activeren/deactiveren DISA (Direct Inward System Access) Als uw toestel hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus) kunt u vanuit een externe locatie – net als een interne gebruiker – via uw systeem uitgaande externe verbindingen tot stand brengen.
Overige functies gebruiken Stap voor stap o Wacht tot u de ononderbroken kiestoon hoort (toestel evt. omschakelen op toonkiezen), vervolgens het u toegewezen interne toestelnummer en de bijbehorende persoonlijke PIN-code invoeren. r Code invoeren (alleen noodzakelijk indien geprogrammeerd). o Op de kiestoon wachten en de functiecode invoeren, bijv. *97 voor "niet storen in". Eventueel aanvullende gegevens invoeren, zie ook de gebruiksaanwijzing voor IDK/TDK-toestellen).
Overige functies gebruiken Stap voor stap Functies kiezen in het ISDN-net via codes (keypad-kiezen) In sommige landen kunt u ISDN-functies met behulp van codes kiezen (mits geautoriseerd, raadpleeg de servicetechnicus). Service > *503=keypad-kiezen? Toets indrukken. Lampje licht op. : Bevestigen. of qidg Functiecode invoeren. o Gewenste lijnnummer invoeren (mits geautoriseerd, raadpleeg de servicetechnicus).
Overige functies gebruiken Stap voor stap Aangesloten computers en de bijbehorende programma's besturen / telefoon data-faciliteiten (alleen bij HiPath 3500/3550/3700/3750/3800) Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u met uw toestel aangesloten computers en de bijbehorende programma's besturen, bijvoorbeeld hotelservices of informatiesystemen. Voorwaarde: u hebt een verbinding tot stand gebracht. Service Toets indrukken. Lampje licht op. > *42=tel.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Met PC-applicaties via CSTA-interface communiceren Indien geconfigureerd (raadpleeg het servicepersoneel of de beheerder), kunt u via uw telefoon met PC-applicaties communiceren (CSTA = Computer Supported Telecommunications Applications). U stuurt informatie naar de applicatie en ontvangt informatie van de applicatie terug, bijv. via het display van uw telefoon. qhmh Functiecode invoeren. of Toets "data I/O service" indrukken. (Toetsen programmeren Æ pagina 63).
Overige functies gebruiken Stap voor stap Schakelaar in/uit (niet bij HiPath 2000) Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u via schakelaars (relais; maximaal 4) voorzieningen bedienen, bijv. een deuropener. Afhankelijk van de programmering worden de schakelaars in- en uitgeschakeld of ingeschakeld en automatisch (na een bepaalde tijd) uitgeschakeld.
Overige functies gebruiken Stap voor stap Personenzoekinstallatie (niet voor USA) Als uw systeem voorzien is van een personenzoekinstallatie PZI (raadpleeg de servicetechnicus) kunt u personen via kleine ontvangers laten opzoeken. De pocketontvanger maakt de gezochte persoon kenbaar, dat u hem wilt spreken. De gezochte persoon kan vervolgens het dichtstbijzijnde telefoontoestel opzoeken en zich melden.
Overige Team-functies Stap voor stap Overige Team-functies In/uit groepsschakeling Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), behoort u tot één of meerdere toestelgroepen die via groepsschakelings- of groepsoproepnummers bereikbaar zijn. Inkomende oproepen worden op volgorde van binnenkomst (= groepsschakeling) of tegelijkertijd (= groepsoproep) op alle toestellen van de groep gesignaleerd tot de oproep wordt beantwoord door een van de toestellen in de groep.
Overige Team-functies Stap voor stap U behoort tot een groepsschakeling of een groepsoproep: > uit groepsschak.? : Selecteren en bevestigen. > in groepsschak.? : of of rli of qli Functiecode voor "uit" of "in" de groepsschakeling invoeren. of Toets "groepsschakeling in/uit" indrukken. of U behoort tot verscheidene groepen of tot een groep met lijntoetsen (ook chef/secretaresse): > uit groepsschak.? : Selecteren en bevestigen. > in groepsschak.
Overige Team-functies Stap voor stap > of : Selecteren en bevestigen. #=alle groepen uit? De oproep voor alle groepen/lijnen wordt uitgeschakeld. of r Code voor "alle groepen uit" invoeren. > of : Selecteren en bevestigen. *=alle groepen in? De oproep voor alle groepen/lijnen wordt ingeschakeld. of q Code voor "alle groepen in" invoeren.
Overige Team-functies Stap voor stap Oproep bijschakelen U kunt oproepen voor uw toestel op maximaal vijf andere interne toestellen laten overgaan. Degene die de oproep als eerste beantwoordt, krijgt het gesprek. Als uw toestel is aangesloten op de HiPath 5000 (netwerk van centrales via het computernetwerk), zijn speciale aanwijzingen van toepassing Æ pagina 113! Toestellen voor de oproepbijschakeling opslaan/ weergeven/wissen: Service > *81=oproep bijschak.? Toets indrukken. Lampje licht op.
Overige Team-functies Stap voor stap Oproepverdeling (UCD) Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), behoort u tot een groep van toestellen (agenten), waarheen oproepen worden verdeeld (UCD: Universal Call Distribution). Een binnenkomende oproep wordt altijd aan de agent doorgegeven die het langste geen oproep heeft ontvangen. Aan het begin en aan het einde van de werktijd aanresp. afmelden: Service > UCD? *401=aanmelden? #401=afmelden? Toets indrukken.
Overige Team-functies Stap voor stap Afhandeltijd starten/inschakelen: Als u ongestoord het laatste beantwoorde gesprek wilt afhandelen, kunt u een afhandeltijd starten/inschakelen. Uw toestel wordt gedurende een vooraf geprogrammeerde tijd of tot het tijdstip waarop u zich terugmeldt uit de UCD geschakeld. Service > UCD? > *403=afhandelen in? #403=afhandelen uit? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. : Bevestigen.
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), maakt uw toestel deel uit van een Team van toestellen, waarvoor speciale toetsen zijn geprogrammeerd: • Lijntoetsen (MULAP toetsen) • Snelkiestoetsen • Groepsoproeptoets (niet op cheftoestel in chef/secretaresse-schakeling) • Toetsen voor oproepomschakeling (alleen in Team chef/secretaresse) Als Team-lid kunt u deze toetsen ("MULAP toets",
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Oproepen op lijntoetsen beantwoorden Voorwaarde: uw toestel gaat over en/of de lijntoets knippert snel. evtl. Snel knipperende lijntoets indrukken. Bij een lijn die automatisch aan u wordt toegewezen, is dit niet nodig. Als u de hoorn opneemt of de toets "luidspreker" indrukt, licht de bijbehorende lijntoets op. n Hoorn opnemen. of Bij opgelegde hoorn: handsfree telefoneren (niet mogelijk bij optiPoint 420 economy/economy plus).
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Terugnemen: Langzaam knipperende lijntoets indrukken. Afwisselend telefoneren op meerdere lijnen Voorwaarde: u voert een gesprek via de lijn van uw groep. Een andere lijntoets knippert. Knipperende lijntoets indrukken. De eerste gesprekspartner wacht op de andere lijn. Langzaam knipperende lijntoets indrukken. De tweede gesprekspartner staat in de wachtstand.
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Oproepen omleiden voor lijnen U kunt interne en/of externe oproepen direct naar verschillende interne of externe toestellen (bestemmingen) omleiden (een externe bestemming is bij ISDN en een hiervoor geschikte systeemconfiguratie mogelijk). Als u een oproepomleiding voor een lijn activeert, is dit voor deze lijn van toepassing voor alle lijntoetsen van uw groep. Service > *501=oml. MULAP in? Toets indrukken. Lampje licht op.
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Oproepomleiding uitschakelen: Service > #501=oml. MULAP uit? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. of ride Functiecode invoeren. Gewenste lijntoets indrukken. of o Gewenste lijnnummer invoeren. of Indien aanwezig. Toets "omleiding MULAP" indrukken. Als voor een lijn een oproepomleiding is ingeschakeld, dan klinkt bij het beleggen een speciale kiestoon. Betekenis van meldingen via lampjes m.b.t.
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Snelkiestoetsen gebruiken Ieder Team-toestel beschikt over een snelkiestoets voor de andere Team-toestellen. Ieder Team-toestel kan dus ieder ander Team-toestel direct, met één druk op de toets, bereiken. Betekenis van meldingen via lampjes m.b.t. snelkiestoetsen: Het lampje van de snelkiestoets is uit – het Teamtoestel belt niet. of Het lampje van de snelkiestoets licht op – het Teamtoestel belt of de functie niet storen is ingeschakeld.
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Bestaand gesprek doorverbinden Snelkiestoets indrukken; eventueel gesprek aankondigen. t of Verbreken Hoorn opleggen of toets indrukken. Oproep voor ander Team-toestel beantwoorden De knipperende "snelkiestoets" of de "lijntoets" indrukken. n Hoorn opnemen. of Bij opgelegde hoorn: handsfree telefoneren (niet mogelijk bij optiPoint 420 economy/economy plus).
Team/chef/secretaresse met lijntoetsen Stap voor stap Oproepen direct naar chef omschakelen (alleen in Team chef/secretaresse) De oproepen voor de chef worden in principe alleen op het secretaressetoestel akoestisch gesignaleerd. U kunt de akoestische signalering echter zo instellen, dat de oproepen alleen nog op het cheftoestel resp. op het toegewezen tweede toestel worden gesignaleerd. Inschakelen: Toets "Oproepomschakeling" indrukken. Lampje licht op. of Service > *502=oproepomsch.
Toestel controleren Stap voor stap Toestel controleren Functionaliteit controleren U kunt het functioneren van uw toestel controleren. Voorwaarde: het toestel bevindt zich in de rusttoestand. Service > *940=toesteltest? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. of qmhd Functiecode invoeren.
Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) Stap voor stap Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) Als uw toestel is geïntegreerd in een HiPath 5000 -omgeving, dan is een aantal HiPath 2000/HiPath 3000-systemen via een LAN (Local Area Network, bijv. een bedrijfsnetwerk) met elkaar verbonden. U telefoneert via het LAN (PC-netwerk). In dit geval moet u voor een aantal functies rekening houden met bijzondere aanwijzingen. Deze worden hieronder beschreven.
Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) Stap voor stap Oproepomleiding in-/uitschakelen U kunt met andere toestellen van de HiPath 5000 een oproepomleiding Æ pagina 21 voor uw toestel in-/uitschakelen. > : Selecteren en bevestigen. DISA intern? of qhk Functiecode invoeren. o (DISA-) nummer van de HiPath 2000/HiPath 3000 invoeren, waarop uw toestel is aangesloten. : of r Invoer bevestigen. o (DISA-) nummer van uw toestel invoeren. : of r Invoer bevestigen.
Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) Stap voor stap Nachtstand gebruiken Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u ook toestellen van andere HiPath 2000/HiPath 3000-communicatieplatforms definiëren als nachtbestemming Æ pagina 62. > DISA intern? : Selecteren en bevestigen. of qhk Functiecode invoeren. o (DISA-) nummer van het toestel invoeren, waarop het nachtbestemmingstoestel is aangesloten. : of r Invoer bevestigen.
Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) Stap voor stap Oproep bijschakelen U kunt oproepen voor uw toestel ook op externe toestellen of op toestellen van andere HiPath 2000/ HiPath 3000-communicatieplatforms laten signaleren Æ pagina 98. Toestellen voor de oproepbijschakeling opslaan: Service > *81=oproep bijschak.? Toets indrukken. Lampje licht op. : Selecteren en bevestigen. of qle Functiecode invoeren. toestel bijschakelen? : Selecteren en bevestigen > meer tst.
Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) Stap voor stap Schakelaars bedienen (niet bij HiPath 2000) Als het systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u ook schakelaars Æ pagina 93 van andere HiPath 3000-communicatieplatforms bedienen. > DISA intern? : Selecteren en bevestigen. of qhk Functiecode invoeren. o (DISA-) nummer van de HiPath 3000 invoeren, waarvan de schakelaar moet worden bediend. : of r Invoer bevestigen.
Speciale functies in het LAN (PC-netwerk) Stap voor stap Deur openen Als uw systeem hiervoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u ook deuropeners Æ pagina 36 van andere HiPath 2000/HiPath 3000-communicatieplatforms bedienen. > DISA intern? : Selecteren en bevestigen. of qhk Functiecode invoeren. o (DISA-) nummer van de HiPath 2000/HiPath 3000 invoeren, waarvan de deuropener moet worden bediend. : of r Invoer bevestigen.
Afwijkende display-indicaties (HiPath 4000-omgeving) Stap voor stap Afwijkende display-indicaties (HiPath 4000-omgeving) Afhankelijk van de systeemconfiguratie kunnen functies in het display anders worden weergegeven dan in dit document beschreven. In de volgende tabel vindt u een overzicht van deze functies en de menu’s waaronder ze te vinden zijn: Menu bestemmingen? instellingen? Functie omleiding in? VK-nr. wijzigen? lijst met oproepen? oproep bijschak.? UCD? niet storen in? in groepsschak.
Toetsopschriften wijzigen Stap voor stap Toetsopschriften wijzigen Bij het programmeren van een functietoets hebt u de mogelijkheid het standaardopschrift naar wens aan te passen en een reeds aangepast opschrift weer te wijzigen in het standaardopschrift. Het wijzigen van het toetsopschrift is mogelijk wanneer u onder een toets een • telefoonnummer hebt geprogrammeerd Æ pagina 27, • functie hebt geprogrammeerd Æ pagina 63 of • procedure hebt geprogrammeerd Æ pagina 67. Volg hiertoe de beschreven stappen.
Tekstinvoer via het toestel Stap voor stap Tekstinvoer via het toestel In de volgende situaties kunt u tekst (alfanumerieke tekens) vanaf het toestel invoeren: • Bij het programmeren onder een toets van een – Telefoonnummer Æ pagina 27 – Functie Æ pagina 63 – Procedure Æ pagina 67 • Bij het versturen van een bericht Æ pagina 81 • Bij het achterlaten van een antwoordtekst Æ pagina 83 Tekst invoeren met kiestoetsenbord d ... m, q, r Tekst met kiestoetsenbord invoeren.
Opschriften, documentatie en accessoires Opschriften, documentatie en accessoires Opschriften voor toetsenvelden De toetsopschriften worden automatisch voor de bijbehorende toetsfunctie weergegeven. U kunt de tekst echter naar wens aanpassen Æ pagina 117. Tekstkaartje voor telefoonnummers aanbrengen Samen met uw optiPoint worden ook zelfklevende telefoonnummerkaartjes meegeleverd.
Opschriften, documentatie en accessoires Accessoires Met de volgende accessoires kunt u de toestellen aanpassen aan uw eigen behoeften. De optiPoint-adapters zijn modules die in de adapterslots aan de onderkant van optiPoint kunnen worden ingestoken. optiPoint self labeling key module: uitbreidingsconsole met 13 vrij programmeerbare toetsen en automatische toetsbeschrifting.
Vraagbaak Vraagbaak Onderhoud van het toestel • • • Maak het toestel alleen schoon met een vochtige of antistatische doek. Gebruik nooit een droge doek. Maak sterk vervuilde toestellen schoon met verdunde, neutrale schoonmaakmiddelen, bijv. afwasmiddel. Verwijder het schoonmaakmiddel vervolgens geheel met een vochtige doek (uitsluitend water).
Vraagbaak Stap voor stap Reageren op foutmeldingen op het display verkeerde invoer Mogelijke oorzaak Telefoonnummer is niet correct. Mogelijke reactie Correct telefoonnummer invoeren. niet geautoriseerd Mogelijke oorzaak Geblokkeerde functie opgeroepen. Mogelijke reactie Autorisatie voor de functie aanvragen bij de servicetechnicus. momenteel niet mogelijk Mogelijke oorzaak Gekozen telefoonnummer is niet beschikbaar. Opgeroepen toestel is uitgeschakeld.
Vraagbaak Stap voor stap conflict met andere laag Mogelijke eerste oorzaak: Wanneer "andere laag wissen" in het menu wordt weergegeven: U hebt geprobeerd onder een toets die al dubbel is geprogrammeerd (bijv. extern telefoonnummer) een functie of intern telefoonnummer met LED-indicatie op te slaan. Mogelijke reactie: Bevestig "andere laag wissen" om het telefoonnummer/ de functie op te slaan.
Trefwoordenregister Trefwoordenregister A Aankloppen ................................................. 61 aannemen ................................................ 51 zonder toon ............................................. 52 Aankloptoon in/uit ...................................... 52 Aantal oproepen ................................... 84, 99 Accessoires ............................................... 120 Adapter ...................................................... 120 Afhandeltijd ...................
Trefwoordenregister F Faxontvangst-info ...................................... 86 Flash op netlijn ........................................... 60 Foutmeldingen ......................................... 122 Functiecode ................................................ 11 Functies onder toets programmeren .................. 63 resetten .................................................... 86 vanuit een externe locatie benaderen 88 voor een ander toestel in/uit ................
Trefwoordenregister K N Keypad-kiezen ............................................ 90 Kiezen intern/extern ............................................ 16 met nummerherhaling ........................... 17 met nummerkiezer ................................ 49 met opgelegde hoorn ............................ 16 met snelkiestoetsen .............................. 29 met verkort kiezen ................................. 41 telefoondatabank ................................... 45 uit interne telefoonboek .......
Trefwoordenregister Oproepsignaal uit ....................................... 74 Oproepverzoek ........................................... 39 Opschakelen ............................................... 61 Opschriften voor toetsenvelden ........ 9, 119 OptiPoint adapter ..................................... 120 Overbelastingsindicatie ............................. 84 Overname (oproep) .............................. 33, 97 P Parkeren (gesprek) ..................................... 53 PDF-formaat ............
Trefwoordenregister U UCD .............................................................. 99 V Vangen ......................................................... 77 Variabele oproepomleiding ....................... 21 Veiligheid ..................................................... 74 Verbinding tot stand brengen automatisch ............................................. 48 Verbindingskosten voor ander toestel .................................. 71 voor uw toestel ......................................
Overzicht van functies en codes (alfabetisch) Overzicht van functies en codes (alfabetisch) De onderstaande tabel bevat de mogelijke functies, zoals op het display aangeboden. Als het systeem daarvoor is geprogrammeerd (raadpleeg de servicetechnicus), kunt u de functies interactief (kiezen en bevestigen), via het service-menu (selecteren en bevestigen of functiecode) of via de functietoetsen starten. Functies (=displaymelding) aankloppen aannemen aankloppen z. toon aankloppen m. toon ...
Overzicht van functies en codes (alfabetisch) Functies (=displaymelding) ... interactief <> deurvrijgave in deurvrijgave uit ... via het service-menu Service <> ; ; ... via functietoets Code *89 X #89 X *47 *945 X X ; *53 X ; ; ; ; ; *51 X #0 X *83 *59 *57 X ; ; ; ; ; ; ; *85 X # 85 X *85* X DISA DISA intern ; ; discreet gesprek doorverbinden ; DTMF-nakiezen in en-bloc kiezen ; flash op netlijn functies resetten functies v.
Overzicht van functies en codes (alfabetisch) Functies (=displaymelding) ... interactief <> lijn terugnemen lijst met oproepen tel. nr. opslaan makelen microfoon uit microfoon in ; ; ; ; ; Mobile Logon Mobile Logoff nachtstand in nachtstand uit netlijn reserveren niet storen in niet storen uit? nr. weergave uit nr. weergave in ; ... via het service-menu Service <> ; ; ; ; ; ; ; Code *63 X # 82 X *82 *2 *52 X X # 52 X *9419 X 1=alle oproepen 2=alleen ext. oproepen 3=alleen int.
Overzicht van functies en codes (alfabetisch) Functies (=displaymelding) ... interactief <> oproep bijschak. opr. bijschak. uit oproepomsch. in oproepomsch. uit oproepsignaal uit oproepsignaal in opschakelen ; ; ; parkeren parkeren terugnemen ... via het service-menu Service <> ; ; ; ; ; ; ; ; ; ...
Overzicht van functies en codes (alfabetisch) Functies (=displaymelding) ... interactief <> UCD aanmelden afmelden beschikbaar niet beschikbaar afhandelen in afhandelen uit nachtbestem. in? nachtbestem. uit? wachtende oproepen? vangen verkort kiezen VK-nr. wijzigen (eigen) ... via het service-menu Service <> ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ...
www.siemens.com/hipath Deze publicatie bevat uitsluitend een algemene beschrijving van de functies. Bij gebruik van het toestel kan de functionaliteit afwijken van de beschrijving, omdat het product inmiddels verder is ontwikkeld of omdat de functionaliteit voor de betreffende markt niet van toepassing is. De beschreven functies zijn alleen van toepassing, voor zover ze bij het afsluiten van de overeenkomst uitdrukkelijk zijn overeengekomen.