Operation Manual

nl Reinigen en onderhouden
22
3. Inspoellade en inzetstuk met water
en een borstel reinigen en afdrogen.
Ook de behuizing van binnen
reinigen.
4. Inzetstuk plaatsen en vastklikken
(cilinder op geleidestift steken).
5. Wasmiddellade erin schuiven.
Aanwijzing: Wasmiddellade open
laten, zodat het resterende vocht kan
opdrogen.
Afvoerpomp verstopt
:Waarschuwing
Risico van verbranding!
Zeepsop wordt heet bij het wassen op
hoge temperaturen. Door contact met
heet zeepsop kunnen brandwonden
ontstaan.
Laat het zeepsop afkoelen.
1. De waterkraan dichtdraaien, zodat er
geen water meer toestroomt dat via
de afvoerpomp afgevoerd moet
worden.
2. Apparaat uitschakelen. Stekker uit
het stopcontact halen.
3. Onderhoudsklep openen en eraf
halen.
4. Aftapslang uit de houder halen.
Stopje verwijderen, zeepsop in een
geschikte opvangbak laten stromen.
Stopje erin drukken en aftapslang in
de houder zetten.
5. Pompdeksel voorzichtig
losschroeven, er kan restwater uit
lopen.
Binnenruimte, schroefdraad van het
pompdeksel en pomphuis reinigen.
De waaier van de pomp moet
gedraaid kunnen worden.
Pompdeksel weer plaatsen en
vastschroeven. De handgreep staat
verticaal.
6. Serviceklep plaatsen, inklikken en
sluiten.
Aanwijzing: Om te voorkomen dat bij
de volgende wasbeurt ongebruikt
wasmiddel in de afvoer loopt, raden wij
u het volgende aan: 2 liter water in
compartiment II gieten en het
programma Afpompen starten.