User manual

261
NL
Toets SET indrukken. “Bovengrens” wordt
weergegeven.
De ingevoerde waarde knippert.
Toets SPEED (+) net zo vaak indrukken totdat de
waarde 160 is.
Toets SET indrukken. De boven- en ondergrenzen zijn
ingesteld.
Toets SET indrukken. De ingestelde trainingszone
wordt weergegeven.
5 INSTELMODUS
Met de toets SPEED (+) naar “Individueel” bladeren.
Toets SET indrukken. “Ondergrens” wordt
weergegeven. De ingevoerde waarde knippert.
Toets PULSE (-) net zo vaak indrukken totdat de
waarde 120 is.