User manual

278
www.sigmasport.com
8 TRAINING MET RONDEN
8.1 RONDENTRAINING UITVOEREN
1 Voorwaarde:
U bevindt zich in de trainingsmodus.
De stopwatch staat stil en is op nul gesteld.
2 Eerste ronde starten.
Toets START/STOP indrukken. De stopwatch
wordt gestart, de waarden worden vastgelegd.
4 Na de laatste ronde de training stoppen.
Toets START/STOP indrukken.
Tip: De rondentraining kunt u ook bij wedstrijden
gebruiken. Start u na elke kilometer een nieuwe
ronde, dan kunt u na het lopen de waarden voor
de verschillende kilometers vergelijken.
3 Volgende ronde starten.
Toets LAP indrukken. Een nieuwe ronde wordt
gestart. Het display knippert.
Tip: Zo lang “Laatste ronde” knippert, ziet u de
samenvatting van de afgelopen ronde. Met de
toets SET geeft u de andere waarden weer:
Voorbeeld: U loopt regelmatig twee ronden rond een meertje en wilt
dat met verschillende snelheden doen. Met de rondentraining van de
RC 14.11 meet u waarden voor elke ronde.