Operation Manual

22
Dutch
Met de Automatisch Uitschakelen functie kunt u onnodig batterijgebruik beperken.
a.) Selecteer (Auto-Uitschakelen) om de eigenschappenlijst te openen.
b.) Om de Automatisch Uitschakelen functie in te stellen of te annuleren, selecteer de
Automatisch Uitschakelen tijd na beëindiging van alle camera-activiteit, te weten 1-minuut, 3-
minuten, 5-minuten of UIT.
c.) Druk op (OK) om de instelling te bevestigen.
4) Pieptoon Instellen (Voorinstelling is AAN)
a.) Selecteer (Pieptoon) om de eigenschappenlijst te openen.
b.) Selecteer “AAN” om de pieptoon bij het indrukken van knoppen in te schakelen.
Selecteer
“UIT” om de pieptoon uit te schakelen.
c.) Druk op (OK) om de instelling te bevestigen.
5) USB Modus Instellen (Voorinstelling is geheugen)
a.) Selecteer (USB MODUS) om de eigenschappenlijst te openen.
(Opslag): De videocamera is aangesloten op de computer via USB. Het geheugen van de
camera kan aangesproken worden als een harde schijf, b.v. kopiëren, knippen, wissen of
foto, video of stemopname van de videocamera downloaden.
(Webcam): De videocamera is aangesloten op de computer via USB. Het kan gebruikt
worden als webcam voor videocommunicatieprogramma’s zoals NETMEETING of OICQ.
b.) Druk op (OK) om de instelling te bevestigen.
6) Logoweergave Instelling (Voorinstelling is AAN)
a.) Selecteer (Logo) om de eigenschappenlijst te openen.
b.) Door “AAN” te selecteren, wordt het welkomstlogo getoond iedere keer als de
videocamera gestart wordt. Door “UIT” te selecteren, start de camera meteen zonder het
welkomstlogo te tonen.
c.) Druk op (OK) om de instelling te bevestigen.
7) Taal Instellen
a.) Selecteer (Taal) om de eigenschappenlijst te openen.
b.) Selecteer de gewenste taal en druk op (OK) om de instelling te bevestigen.
8) Videouitgang Instellen
a.) Selecteer (Video Uitgang) om de eigenschappenlijst te openen.
b.) Selecteer het gewenste videosysteem. Beschikbare systemen zijn PAL en NTSC.
c.) Druk op (OK) om de instelling te bevestigen.
9) Standaardinstelling
a.) Selecteer (Standaardinstelling) en druk op (OK). Selecteer vervolgens “JA” om alle
instellingen terug te zetten op de standaard fabrieksinstellingen, of selecteer “NEE” om de
handeling af te breken.
b.) Druk op (OK) om de instelling te bevestigen.