Technical data

WAP-modus configureren
Gebruik de WAP-modus (Wireless Access Point) om uw netwerk uit te breiden of
om uw netwerk beschikbaar te stellen op een andere locatie.
U kunt de WAP-modus als volgt instellen:
Steek de WLAN-repeater in een ervoor geschikt stopcontact.
Sluit een netwerkkabel aan op de LAN-aansluiting (6) van de WLAN-repeater.
Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op een vrije LAN-aansluiting
van uw computer.
Klik in het Begin van het
configuratiemenu van de WLAN-
repeater op Wizard en selecteer
WAP-modus. Druk vervolgens
op Verder.
Hier kunt u de SSID
(netwerknaam) en de
Beveiligingsmodus
vastleggen. Selecteer bij
Beveiligingsmodus de
gewenste encryptie (WPA, WPA2
of WPA/WPA2-Mixed). Als de
encryptie geactiveerd is, moet het
wachtwoord worden ingevoerd.
U kunt de SSID van de router aangeven en daarmee het
netwerk uitbreiden of een aparte access point opzetten. Als u
de SSID van de router aangeeft, zorg er dan voor dat de
encryptie overeenkomt met die van de router.
Klik op Opslaan om de
gemaakte instellingen op te slaan.
De WLAN-repeater wordt nu opnieuw opgestart. Wacht ca. 30 seconden,
waarna de WLAN-repeater weer klaar is voor gebruik.
U kunt nu de netwerkkabel loskoppelen van uw computer en aansluiten om te
gebruiken op een vrije LAN-aansluiting van uw router.
De WLAN-repeater is nu bereikbaar via de aangegeven SSID.
Wireless Repeater-modus configureren
Gebruik de Wireless Repeater-modus om het bereik van uw draadloze netwerk te
vergroten. U kunt de Wireless Repeater-modus als volgt instellen:
Steek de WLAN-repeater in een ervoor geschikt stopcontact.
Sluit een netwerkkabel aan op de LAN-aansluiting (6) van de WLAN-repeater.
Sluit het andere uiteinde van de netwerkkabel aan op een vrije LAN-aansluiting
van uw computer.
Klik in het Begin van het
configuratiemenu van de WLAN-
repeater op Wizard en selecteer
Wireless Repeater-modus.
Druk vervolgens op Verder.
Er verschijnt nu een venster met alle
beschikbare draadloze netwerken.
Selecteer in de kolom Selecteren
het netwerk waarvan u het bereik
wilt vergroten en voer bij Sleutel
het wachtwoord van het
geselecteerde netwerk in. Klik
vervolgens op Verder.
Klik in het nieuwe venster op
Verder.
Klik op Opslaan om de gemaakte
instellingen op te slaan.
De WLAN-repeater wordt nu opnieuw opgestart. Wacht ca. 30 seconden,
waarna de WLAN-repeater weer klaar is voor gebruik. Als u de configuratie via
een netwerkkabel heeft uitgevoerd, kunt u deze nu verwijderen.
De WLAN-repeater is nu bereikbaar via de geselecteerde SSID.
Betekenis van de LED's:
Power-LED (1) Als het apparaat is aangesloten op het lichtnet, brandt
deze LED.
WLAN-LED (2) Als er een verbinding bestaat, brandt deze LED continu; bij
dataverkeer knippert de LED.
WPS-LED (3) Als de WPS-toets (5) ingedrukt is, knippert deze LED
zolang het apparaat een verbinding probeert te leggen
(ca. 2 minuten).
LAN-LED (4) Als er een LAN-verbinding bestaat, brandt deze LED
continu; bij dataverkeer knippert de LED.
Storingen verhelpen
De power-LED (1) brandt niet.
Defect stopcontact of zekering gesprongen; controleer het stopcontact met een
ander apparaat.
Het configuratiemenu van de WLAN-repeater wordt niet
weergegeven.
Het IP-adres http://192.168.10.1 is verkeerd ingevoerd in het adresveld van
de webbrowser; controleer en corrigeer uw invoer.
De WLAN-repeater is al geconfigureerd en gebruikt een ander IP-adres. Om
een verbinding met de WLAN-repeater te kunnen leggen, dient u het IP-adres
van uw computer aan te passen. Ga daartoe als volgt te werk:
Zet uw computer aan.
Klik op Start | Configuratiescherm | Netwerkstatus en –taken
weergeven | LAN-verbinding | Eigenschappen | Internet
Protocol versie 4 (TCP/IPv4) | Eigenschappen.
Selecteer nu Het volgende
IP-adres gebruiken en voer
een IP-adres tussen
192.168.10.100 en
192.168.10.200 in
(bijvoorbeeld
192.168.10.101). Voer nu bij
Subnetmasker het IP-adres
255.255.255.0 in en klik op
OK.
Sluit nu alle geopende vensters.
De WLAN-repeater is al geconfigureerd en gebruikt een ander IP-adres. Zet de
WLAN-repeater terug naar de fabrieksinstellingen. Houd daartoe de reset-knop
(7) minstens 10 seconden lang ingedrukt tot de LED's even uitgaan en opnieuw
gaan branden.
Er wordt geen draadloze verbinding gelegd tussen de router en
de WLAN-repeater.
De WLAN-repeater is te ver verwijderd van de router; verklein de afstand.
De WLAN-functie van de router is gedeactiveerd; activeer de WLAN-functie.
De configuratie van de WLAN-repeater is defect; voer de configuratie opnieuw
uit, bij voorkeur met behulp van de WPS-functie.
Er kan geen draadloze verbinding worden gelegd tussen de
computer en de WLAN-repeater.
De WLAN-repeater is te ver verwijderd van de computer; verklein de afstand.
De WLAN-functie van de computer is gedeactiveerd; activeer de WLAN-functie.
Onderhoud / Reiniging
Onderhoud is nodig als het apparaat is beschadigd, bijvoorbeeld wanneer de
behuizing beschadigd is geraakt, er vloeistof of voorwerpen in het apparaat
terecht zijn gekomen of wanneer het is blootgesteld aan regen of vochtigheid. Er
is ook onderhoud nodig als het niet goed werkt of is gevallen. Als u merkt dat het
apparaat rook, ongewone geluiden of geuren produceert, dient het onmiddellijk
uit het stopcontact te worden verwijderd. In dit geval dient het apparaat niet
verder te worden gebruikt en moet het worden nagekeken door een bevoegd
onderhoudstechnicus. Neem contact op met een gekwalificeerd vakman als er
onderhoudswerkzaamheden nodig zijn. Open in geen geval de behuizing van
het apparaat. Bij geopende behuizing bestaat levensgevaar door een elektrische
schok. Reinig het apparaat uitsluitend met een schone, droge doek en gebruik
nooit agressieve vloeistoffen.
Milieurichtlijnen en afvoerbepalingen
Wanneer dit symbool van een doorgekruiste afvalcontainer op een
product is aangebracht, valt het onder de Europese richtlijn
2002/96/EC.
Alle elektrische en elektronische apparatuur moet, gescheiden van het huisvuil, via
daarvoor aangewezen inzamelpunten worden afgevoerd. Door een juiste afvoer
van oude apparatuur voorkomt u schade aan het milieu en uw gezondheid.
Informatie over het afvoeren van oude apparatuur is te verkrijgen bij uw
gemeente en bij de winkel waar u dit product hebt aangeschaft.
Voer ook de verpakking op een milieuvriendelijke manier af. Karton kan ter
recycling worden verzameld als oud papier of gedeponeerd bij openbare
inzamelpunten. Meegeleverde folie en plastic kan via uw gemeente worden
ingezameld en milieuvriendelijk worden afgevoerd.
Conformiteit
Dit apparaat voldoet aan de essentiële eisen en andere relevante
voorschriften van de R&TTE-richtlijn 1999/5/EC.
Service en garantie
U krijgt op dit apparaat 3 jaar garantie vanaf de datum van aankoop. Gelieve
de originele kassabon als bewijs van aankoop te bewaren. Lees voordat u het
product in gebruik neemt de bijbehorende documentatie of online help door.
Mocht er een probleem optreden dat op deze manier niet kan worden opgelost,
neem dan contact op met onze hotline. Houdt u bij elke navraag het
artikelnummer of indien beschikbaar het serienummer bij de hand. In het geval
dat een oplossing per telefoon niet mogelijk is, zal onze hotline er afhankelijk van
de oorzaak van het probleem voor zorgen dat het probleem op andere wijze
wordt opgelost. Binnen de garantie wordt het product bij materiaal- of
fabricagefouten – naar ons goeddunken – gratis gerepareerd of vervangen. Met
de reparatie of vervanging van het product begint geen nieuwe garantietermijn.
Verbruiksmateriaal zoals batterijen, accu's en lampen vallen buiten de garantie.
Uw wettelijke rechten ten opzichte van de verkoper zijn van toepassing
afzonderlijk van deze garantie en worden hierdoor niet beperkt.
Service
Telefoon: 020 – 201 39 89
E-Mail: service.NL@targa-online.com
Telefoon: 02 – 700 16 43
E-Mail: service.BE@targa-online.com
Telefoon: 800 – 24 14 3
E-Mail: service.LU@targa-online.com
IAN: 73766
Fabrikant
TARGA GmbH
Postfach 22 44
D-59482 Soest
www.targa.de