Operation Manual

VCR-5100 Reiniging en verhelpen van storingen
34
Televisieprogramma’s kunnen niet worden opgenomen
Controleer het ontvangstvermogen aan het televisietoestel. Sluit het televisietoestel daarvoor
direct aan op de ontvangstantenne. Wanneer u geen beeld via de antenne ontvangt, kan de
videorecorder geen televisieprogramma’s opnemen.
Controleer of de antennekabel in orde en vast met de dienovereenkomstige aansluitingen op
de videorecorder en op het televisietoestel aangesloten is. Zie hoofdstuk “Ansluiten en in
grbruik nemen”.
U kunt beide ingangen ([EURO AV2 DECODER]/[EINTREE ANTENNE AERIAL]) gebruiken.
Zo kunt u het programma opnemen dat u via de huisantenne of een
decoder/satellietontvanger ontvangt.
Controleer of de zenders in de videorecorder correct zijn ingesteld. Zie hoofdstuk Handmatig
zenders zoeken.
Controleer eveneens of de wisbeveiliging van de cassette er uitgebroken werd. Zie hoofdstuk
“Voorbereiden van de cassette”. Zorg voor een voldoende ontvangstkwaliteit. Verander
daarvoor de positie van de antenne.
De videocassette kan niet worden geplaatst
Controleer of niet al een cassette in de recorder geplaatst is.
Controleer de positie van de videocassette. Zie hoofdstuk “Plaatzen van de videocassette”.
Afstandsbediening werkt niet
Waarborg dat de videorecorder op het stroomnet aangesloten en ingeschakeld is.
Controleer of de batterijen correct in de afstandsbediening werden geplaatst en over
voldoende spanning beschikken. Vervang de batterijen door nieuwe om dit te testen.
Vervormingen in het bovenste bereik van het videobeeld
Mogelijkerwijs is de videocassette beschadigd. Controleer dit door een nieuwe cassette te
plaatsen.
Controleer of de antennekabel in orde en vast met de dienovereenkomstige aansluitingen op
de videorecorder en op het televisietoestel aangesloten is. Zie hoofdstuk “Ansluiten en in
grbruik nemen”.
U kunt beide ingangen ([EURO AV2 DECODER]/[EINTREE ANTENNE AERIAL]) gebruiken.
Zo kunt u het programma opnemen dat u via de huisantenne of een
decoder/satellietontvanger ontvangt.
Controleer of het televisietoestel correct op de videorecorder is afgestemd.
Geen Hifi-geluid
Waarborg dat in het AUDIO-menu de optie STEREO geactiveerd is. Zie hoofdstuk
“Geluidsinstellingen”.
Lees in de gebruiksaanwijzing van uw televisietoestel na of het toestel geschikt is voor
stereo-ontvangst.
Controleer of de uitgezonden zender of het videobeeld een stereogeluid ter beschikking stelt.