SIMPLY CLEVER www.skoda-auto.com Amundsen+ Navigacní systém holandsky 11.2011 S00.5610.79.
Inleiding U heeft voor een ŠKODA voertuig gekozen, dat met een navigatiesysteem Amundsen (in het vervolg alleen navigatiesysteem genoemd) is uitgerust - wij danken u voor uw vertrouwen. Wij adviseren u dit instructieboekje aandachtig te lezen, zodat u uw radio-navigatiesysteem snel en volledig leert kennen. Hebt u verdere vragen of problemen met uw navigatiesysteem, contacteer svp uw erkende ŠKODA servicepartner of importeur.
2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Algemene aanwijzingen ................ 3 Instructieboekje . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Verklaring van symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Belangrijke aanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Apparaatoverzicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Apparaat in- en uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Volume instellen . . . . . . . . . . . . .
Algemene aanwijzingen 3 Algemene aanwijzingen Instructieboekje Garantie In dit instructieboekje worden altijd alle uitrustingsvarianten beschreven, zonder dat deze als speciale uitvoering, modelvariant of marktafhankelijke uitrusting worden aangegeven. Voor het apparaat gelden dezelfde garantievoorwaarden als voor nieuwe wagens. Na afloop van de garantie wordt een defect apparaat vervangen door een volledig gecontroleerd en zo goed als nieuw apparaat met ruildeelgarantie.
4 Algemene aanwijzingen Diefstalbeveiliging Speciale functies De antidiefstalcodering van uw navigatiesysteem verhindert het in gebruik nemen van het systeem na een spanningsonderbreking, bijv. tijdens een reparatie of na diefstal. Na het losmaken van de massakabel van de accu, na het onderbreken van de voedingsspanning van het radio-navigatiesysteem en na het doorbranden van een zekering moet de antidiefstalcode worden ingegeven om het radio-navigatiesysteem te kunnen inschakelen.
Algemene aanwijzingen Apparaatoverzicht 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 - knop – Voor het in- en uitschakelen van het apparaat (drukken) – voor het regelen van het volume (draaien) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . RADIO - Radio-functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . MEDIA - Media-functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6 Algemene aanwijzingen Sommige functies van het navigatiesysteem kunnen vanaf het multifunctiestuurwiel worden bediend, zie het instructieboekje van uw wagen. A "Schuifbalk" – Door op de schuifbalk A te drukken en deze naar beneden of boven te verschuiven (of door knop 15 te bedienen) kan in het actuele menu worden genavigeerd. B Naar het volgende menuniveau gaan – Door op toets B te drukken gaat u naar het volgende menuniveau. Met toets 13 keert u terug naar het vorige menuniveau.
Algemene aanwijzingen - wisselen naar het ingavescherm voor cijfers en speciale tekens - wisselen naar het ingavescherm voor letters A..Z - ingeven van spatie - Cursor in de ingaveregel naar links of naar rechts bewegen - wissen van tekens in de ingaveregel vanaf de cursorpositie van rechts naar links. Wissen Op letters gebaseerde speciale tekens selecteren In het ingavescherm zijn sommige letters voorzien van het symbool "".
8 Basisinstellingen Basisinstellingen Systeem- en geluidsinstellingen Systeeminstellingen Op de toets SETUP drukken en vervolgens op de functietoets ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ Systeem .
RADIO-functie 9 RADIO-functie RADIO-functie Andere zender kiezen of - afhankelijk van de instelling van de "pijltoetsen" - wisselen tussen de opgeslagen zenders of tussen de zenders die in het huidige gebied kunnen worden ontvangen Hoofdmenu RADIO Op de toets RADIO drukken. Herhaald drukken op de toets RADIO - wisselen van frequentiebereik.
10 ■ RADIO-functie - wissen van alle opgeslagen zenders - één zender wissen ■ Alle - alle opgeslagen zenders wissen Alternatieve freq. (AF) - in-/uitschakelen van het zoeken naar alternatieve frequenties van de ingestelde zender ■ Voorwaarde voor een automatische omschakeling is dat de DAB- en de FM-zender dezelfde zendercode uitzenden. Geheugen wissen ■ Afzonderl.
MEDIA-functie 11 MEDIA-functie Hoofdmenu MEDIA Functietoetsen in het menu Instellingen - media ■ Verkeersinfo (TP) - in-/uitschakelen van de verkeersinformatie ■ Scan/Mix/Herh. incl.
12 MEDIA-functie ■ ■ ■ ■ ■ In de "Alles mixen"-functie Alles mixen - terugkeren naar de normale weergave Titel herhalen - herhalen van de actueel afgespeelde titel In de "Titel herhalen"-functie Titel herhalen - terugkeren naar de normale weergave Map herhalen - herhalen van alle titels van de actuele map In de "Map herhalen"-functie Map herhalen - terugkeren naar de normale weergave Algemene aanwijzingen over de cd-functie Cd plaatsen – Een cd met het opschrift naar boven zo ver in de cd-opening 9 sch
MEDIA-functie Externe bronnen iPod Als een iPod op de MDI-ingang wordt aangesloten, wordt een menu geopend waarin de map van de iPod (afspeellijsten, artiesten, albums, nummers, enzovoort) kan worden gekozen. Externe bronnen - overzicht Ingang AUX Op de toets MEDIA drukken en vervolgens op de functietoets Aux . De ingang voor een externe audiobron AUX bevindt zich aan de voorzijde van het apparaat 14 .
14 MEDIA-functie Let op ● De externe audiobron die op de aux-ingang is aangesloten, kan alleen worden gebruikt wanneer op dat moment geen apparaat op de MDI-ingang is aangesloten. ● Als op de aux-ingang een externe audiobron is aangesloten die met een adapter voor een externe voeding is uitgerust, kan het voorkomen dat het audiosignaal wordt gestoord. Dit hangt van de kwaliteit van de gebruikte adapter af.
PHONE-functie 15 PHONE-functie Mobiele telefoon of Bluetooth®-apparaat met navigatiesysteem koppelen Om een mobiele telefoon of een ander Bluetooth®-apparaat via het navigatiesysteem te kunnen bedienen, is een eenmalige koppeling van beide apparaten noodzakelijk. Actieve koppeling Bij de actieve koppeling wordt het zoeken naar een apparaat via het navigatiesysteem gestart. Bluetooth®-functie Druk op de toets ■ op uw mobiele telefoon inschakelen.
16 PHONE-functie Bij het inschakelen van het navigatiesysteem wordt automatisch verbinding met de mobiele telefoon gemaakt waarmee het navigatiesysteem als laatste verbonden was. Als het niet mogelijk is om met deze mobiele telefoon verbinding te maken, probeert het systeem automatisch verbinding te maken met de volgende mobiele telefoon in de lijst met gekoppelde apparaten. Functietoetsen in hoofdmenu PHONE Op de toets PHONE drukken.
PHONE-functie ■ ■ Conferentie - conferentieschakeling van alle gesprekspartners ⇒ pagina 17, Tweede telefoongesprek tot stand brengen Cijfers ingeven - openen van het ingavescherm voor DTMF-toetsgeluiden - oproep beëindigen Een nieuw telefoonnummer kiezen of een opgeslagen telefoonnummer selecteren.
18 NAV-functie (navigatie) NAV-functie (navigatie) Overzicht ATTENTIE (vervolg) ● Verkeersborden en -voorschriften hebben voorrang op de rijadviezen van het navigatiesysteem. Vóór u het radio-navigatiesysteem gebruikt ● Ook al zijn in de navigatiegegevens straten met eenrichtingsverkeer, voetgangerszones, enzovoort opgeslagen, het is mogelijk dat de verkeerssituatie is veranderd.
NAV-functie (navigatie) Handmatig kopiëren Als na het erin schuiven van de geheugenkaart met geldige navigatiegegevens het kopiëren niet automatisch start, kunnen de navigatiegegevens van de geheugenkaart handmatig worden gekopieerd. Let op ● Alle reisdoelen (landnamen, plaatsnamen, straatnamen, bijzondere reisdoelen) moeten inclusief alle landspecifieke (resp. taalspecifieke bij bijzondere reisdoelen) speciale tekens worden ingegeven.
20 NAV-functie (navigatie) Extra informatie oproepen Op de toets drukken - informatie over de positie van de wagen en toegang tot extra functies (vlaggetjesreisdoel, routelijst, traject blokkeren) ⇒ pagina 22, Extra venster en "vlaggetjesreisdoel" opslaan.
NAV-functie (navigatie) ■ ■ ■ ■ Demo-modus - in-/uitschakelen van de demo-modus. Als de demo-modus ingeschakeld is, kunt u bij het begin van de routegeleiding aangeven of de routegeleiding in de normale modus ("werkelijke" routegeleiding) of in de demo-modus (virtuele routegeleiding) moet plaatsvinden. Bij de routegeleiding in de demo-modus rijdt u de route virtueel. Een virtuele routegeleiding wordt na het bereiken van het fictieve reisdoel herhaald.
22 NAV-functie (navigatie) Tankstation of parkeerplaats kiezen Op de toets NAV drukken en vervolgens op de functietoets - Tankstation of - Parkeerplaats - er worden tankstations resp. parkeerplaatsen in de omgeving van de huidige positie gezocht.
NAV-functie (navigatie) 23 - afstand tot de tussenstop (linksonder op het beeldscherm) - wordt alleen weergegeven wanneer de routegeleiding en de weergave van de verwachte aankomsttijd bij de tussenstop actief zijn ⇒ pagina 20, Instellingen in (NAV) navigatiefunctie Als de functie Dynamische route ⇒ pagina 20, Instellingen in (NAV) navigatiefunctie geactiveerd is en het radio-navigatiesysteem voor het omzeilen van de op de route liggende verkeersopstopping tijdwinst berekent, wordt automatisch een alte
24 NAV-functie (navigatie) Trajecten met behulp van de routelijst blokkeren Op de toets drukken en vervolgens op de functietoets ■ Route ■ ■ - lijst met trajecten - begin van het te blokkeren traject kiezen Blokk. t/m - einde van het te blokkeren traject kiezen Blokkeren Om de blokkering van het traject op te heffen, op de toets gens op de functietoets Route . ■ . Routelijst Fileblokk.
TMC-weergave 25 TMC-weergave TMC-verkeersmeldingen weergeven Instellingen TMC-verkeersmeldingen Voor een optimale route bij verkeersopstoppingen wordt tijdens de routegeleiding rekening gehouden met TMC-verkeersmeldingen ⇒ pagina 23, Dynamische routegeleiding met gebruik van TMC-verkeersmeldingen. Druk op de toets ■ ■ In de detailweergave kunt u met de functietoetsen door alle ontvangen verkeersmeldingen bladeren. Op de toets geven.
26 Trefwoordenlijst Trefwoordenlijst A Algemene aanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 B Bedieningselementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Beeldscherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 C Cd Cd niet leesbaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Eruit schuiven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Trefwoordenlijst Wissen van opgeslagen zenders . . . . . . . . . . . . . . 10 Zender opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 Reisdoel Bijzonder reisdoel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Ingeven . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
ŠKODA werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling van alle modellen en typen. Wij vragen u om begrip, dat om deze reden wijzigingen van de leveringsomvang in de vorm, uitvoering en techniek mogelijk zijn. De gegevens over leveringsomvang, uiterlijk, maten, gewichten, brandstofverbruik, normen en functies van de wagen komen overeen met de stand van de informatie op het moment van het ter perse gaan van dit instructieboekje.
SIMPLY CLEVER www.skoda-auto.com Amundsen+ Navigacní systém holandsky 11.2011 S00.5610.79.