Operation Manual

Spraakbediening van het apparaat
Inleidende informatie
De spraakbediening kan alleen in de telefoon- of navigatiefunctie worden ge-
bruikt. Instellingen van de spraakbediening » pagina 13.
De periode waarin het systeem gereed is om spraakcommando's te ontvangen en
uit te voeren, wordt aangeduid als dialoog. Het systeem geeft akoestische terug-
meldingen en begeleidt u eventueel door de betreffende functies.
De microfoon voor de spraakbediening is in de hemelbekleding aangebracht en
op de bestuurder en bijrijder gericht. Hierdoor kunnen zowel de bestuurder als de
bijrijder het systeem bedienen.
Symbolen van de spraakbediening
Symbool Betekenis
Het systeem speelt een akoestische melding af.
Het systeem wacht op een spraakcommando.
De spraakcommando-invoer is gestopt.
Door kort op de toets
VOICE
of
op het multifunctiestuurwiel te drukken tijdens
een akoestische melding wordt deze afgebroken en wordt een spraakcommando
verwacht. Het is niet nodig op het einde van de melding te wachten. De invoer
verloopt daardoor sneller.
Inschakelen/uitschakelen
Spraakbediening inschakelen
Door kort op de toets
VOICE
op het apparaat te drukken.
Door kort op de toets
op het multifunctiestuurwiel te drukken.
Spraakbediening uitschakelen
Door de toets
VOICE
op het apparaat lang of tweemaal in te drukken.
Door de toets
op het multifunctiestuurwiel lang of tweemaal in te drukken.
Door met de vinger het beeldscherm aan te raken (uitgezonderd de functietoets
).
Door het indrukken van een toets op het apparaat (uitgezonderd kort indrukken
van de toets
VOICE
).
Door het uitspreken van het spraakcommando Spraakbediening annuleren.
Bediening
De spraakcommando's alleen uitspreken als op het beeldscherm van het apparaat
resp. op het informatiedisplay het symbool wordt weergegeven.
Spraakcommando's
Na het inschakelen van de spraakbediening wordt op het beeldscherm een menu
met basisspraakcommando's voor de betreffende functie weergegeven. De weer-
gave van het menu kan worden uit-/ingeschakeld » pagina 13.
De mogelijkheid om een spraakcommando te geven, kan ook met behulp van
akoestische signalen worden weergegeven. De akoestische signalen kunnen
worden in-/uitgeschakeld » pagina 13.
Na het uitspreken van het spraakcommando Help staat een menu met mogelijke
spraakcommando's ter beschikking. Na het opnieuw uitspreken van het spraak-
commando Help wordt in sommige gevallen het volgende deel van de Help-func-
tie weergeven.
Na het uitspreken van het spraakcommando Snelcursus starten wordt een van
de zeven delen van de handleiding voor de spraakbediening afgespeeld.
Met het spraakcommando kan de functie van de groen geaccentueerde functie-
toetsen worden ingeschakeld (spraakbediening volgens het principe "Spreek uit
wat je ziet"). Bijvoorbeeld de functietoets
Nr. kiezen
kan met het spraakcommando
Nummer kiezen worden ingeschakeld.
Mogelijkheid voor het geven van een nieuw spraakcommando
Indien bijvoorbeeld een spraakcommando verkeerd wordt uitgesproken en het
symbool
nog steeds wordt weergegeven, kan opnieuw een spraakcommando
worden gegeven.
Op de volgende manieren kan een nieuw spraakcommando worden gegeven:
Door op de toets
VOICE
op het apparaat te drukken.
Door op de toets
op het multifunctiestuurwiel te drukken.
Er wordt opnieuw het symbool
weergegeven en er kan een nieuw spraakcom-
mando worden gegeven.
Spraakcommando-invoer stoppen
In enkele menu's kan de procedure voor de spraakcommando-invoer door draaien
aan de menuknop
2
» Afbeelding 1 op pagina 6 worden gestopt.
In dat geval wisselt het op het apparaatbeeldscherm resp. op het informatiedis-
play weergegeven symbool van
naar
.
15
Spraakbediening van het apparaat