Operation Manual
Nr. Verbruiker
16 Startmotor
17 Motorregelsysteem
18
Elektrische extra verwarming, klep voor inlaatspruitstukklep, laad-
drukregeling, olietemperatuur, klep voor adsorptiekoolfilter, klep voor
oliedrukregeling
19 Lambdasonde
20 Voorgloeisysteem, verwarming voor carterontluchting
Gloeilampjes
Inleiding voor het onderwerp
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
Overzicht van gloeilampjes in de koplampen
163
Gloeilampje van dimlicht (halogeenkoplamp) vervangen 163
Gloeilampje van grootlicht, dagrijlicht en stadslicht vervangen 163
Gloeilampje van knipperlicht voor vervangen 164
Gloeilampje van mistlamp vervangen 164
Gloeilampje van kentekenplaatverlichting vervangen 165
Achterlicht uit- en inbouwen 165
Gloeilampjes in het achterlicht vervangen 166
In geval van twijfel adviseren wij om het vervangen van een gloeilampje door
een specialist te laten uitvoeren of anderszins professionele hulp in te roepen.
▶
Vóór het vervangen van gloeilampjes het contact en de verlichting uitscha-
kelen.
▶
Defecte gloeilampjes mogen alleen worden vervangen door gloeilampjes van
hetzelfde type. De beschrijving staat op de lampvoet of op het lampenglas.
Wij adviseren, om na het vervangen van een gloeilampje voor het dim-, groot-
licht of de mistlamp de lampafstelling door een specialist te laten controleren.
Bij uitval van een xenongasontladingslamp of een led een specialist opzoeken.
ATTENTIE
■
Voor aanvang van alle werkzaamheden in de motorruimte beslist de
waarschuwingsaanwijzingen lezen en deze opvolgen » pag. 132.
■
Als de weg niet voldoende verlicht is of als de wagen niet of slechts moei-
lijk door andere verkeersdeelnemers kan worden gezien, kunnen ongeval-
len worden veroorzaakt.
■
H7- en H15-gloeilampjes staan onder druk en kunnen bij vervanging van
het gloeilampje springen - gevaar voor verwondingen! Daarom adviseren
wij, bij het vervangen van gloeilampjes handschoenen en een veiligheids-
bril te dragen.
■
Geen werkzaamheden uitvoeren aan de xenon-gasontladingslampen -
gevaar voor dodelijk letsel!
VOORZICHTIG
■
Het glas van de gloeilamp niet met blote vingers aanraken - ook de aller-
kleinste vervuiling verkort de levensduur van de gloeilamp. Een schone doek,
servet of iets dergelijks gebruiken.
■
De afdekking van de gloeilamp in de koplamp moet altijd goed worden ge-
plaatst, anders kan er water en vuil in de koplamp komen, gevaar voor schade
aan de koplamp.
Let op
■
In dit instructieboekje is alleen het vervangen van gloeilampjes beschreven,
voor de gloeilampjes die u zelf zonder problemen kunt vervangen. Het vervan-
gen van de andere gloeilampjes moet aan een specialist worden overgelaten.
■
Wij adviseren altijd een doosje met reservegloeilampjes in de wagen mee te
nemen.
162
Tips om het zelf te doen