Operation Manual

De ruimte onder de variabele laadvloer kan voor het opbergen van kleinere
voorwerpen worden gebruikt. De maximaal toelaatbare belasting van de varia-
bele bagageruimtevloer in deze stand bedraagt 75 kg. Voor het transport van
zware voorwerpen moet de variabele bagageruimtevloer in de onderste stand
worden gezet.
Let op
De variabele bagageruimtevloer kan niet in de onderste/bovenste stand wor-
den gezet als de bagageruimteafdekking zich in de "opbergstand" bevindt
» pag. 79.
Verwijderen/aanbrengen
Afb. 98
Variabele bagageruimtevloer
verwijderen
Verwijderen
De variabele bagageruimtevloer bij greep
A
in pijlrichting
1
optillen, zodat
het achterste gedeelte zich circa 15 cm
B
onder de rand van de afdekking
bevindt » afb. 98.
De variabele bagageruimtevloer in pijlrichting
2
uit de wagen verwijderen.
Aanbrengen
De variabele bagageruimtevloer bij greep
A
» afb. 98 vastpakken.
De variabele bagageruimtevloer onder een hoek met de voorzijde circa 15 cm
B
onder de rand van de afdekking in de wagen aanbrengen.
Vervolgens op dezelfde wijze zoals bij het instellen van de bovenste stand
resp. de onderste stand te werk gaan » pag. 81.
VOORZICHTIG
Bij het verwijderen resp. aanbrengen van de variabele bagageruimtevloer dient
een afstand van 15 cm
B
» afb. 98 onder de rand van de afdekking te worden
aangehouden - gevaar voor beschadiging van de achterklepafdichting.
Let op
De variabele bagageruimtevloer kan niet in de wagen worden aangebracht als
de bagageruimteafdekking zich in de "opbergstand" bevindt » pag. 79.
Omhoogklappen/omlaagklappen, "opbergstand"
Afb. 99 Variabele bagageruimtevloer omhoogklappen / omlaagklappen
Omhoogklappen
De variabele bagageruimtevloer aan greep
A
in pijlrichting
1
oplichten. De
inklapbare hoeken
B
moeten in de gedeelten
C
of
D
("opbergstand") wor-
den beveiligd » afb. 99.
Omlaagklappen
Op de inklapbare hoeken
B
in richting van de pijlen
2
drukken, deze losma-
ken en de variabele bagageruimtevloer in pijlrichting
3
omlaagklappen.
ATTENTIE
De variabele bagageruimtevloer in de "opbergstand" beperkt het zicht naar
achteren van de bestuurder.
Let op
De variabele bagageruimtevloer kan alleen in de "opbergstand" worden ge-
zet, indien deze zich in de onderste stand bevindt en de bagageruimteafdek-
king is verwijderd.
Indien de variabele bagageruimtevloer zich in de "opbergstand" bevindt, kan
de bagageruimteafdekking niet in de "opbergstand" worden gezet » pag. 79.
82
Bediening