Operation Manual

Laadtoestand van de accu controleren
Laadtoestand op de bedieningseenheid
controleren
:
Laadtoestandsweergave Z
Als het systeem is ingeschakeld, toont het
accusymbool van de laadtoestandsweer-
gave : de resterende capaciteit van de
accu.
Wanneer alle balken zichtbaar zijn, is de
accu 100% opgeladen.
Laadtoestand bij de accu controleren
:
Accu
;
Laadbus
X
Met de vinger langzaam over laadbus ;
van accu : strijken.
De LED-ring rond de laadbus ; licht op
in kleur.
i
Het systeem hoeft daartoe niet inge-
schakeld te zijn.
De kleur van de LED-ring geeft informatie
over de laadtoestand van de accu:
Kleur LED-ring Laadtoestand
Groen 100-85%
Oranje 85-25%
Rood < 25%
Aandrijf-/dynamostand selecteren
Aandrijfstand selecteren
G
WAARSCHUWING
Als de trapondersteuning bij gladde of
glibberige wegen is ingeschakeld, kan het
achterwiel bij het versnellen doordraaien
en wegglijden. Er bestaat gevaar voor
ongevallen!
De trapondersteuning op gladde of glibbe-
rige wegen altijd uitschakelen.
Aandrijfstand 3 (voorbeeld)
:
Balkengrafiek aandrijfstand
;
Toets f
=
Toets g
Met de aandrijfstand kunt u kiezen met welk
vermogen de elektrische aandrijving uw
trapcapaciteit moet ondersteunen. U kunt
kiezen tussen vier aandrijfstanden.
Aandrijf-/dynamostand selecteren
27
>> Bedienen.
Z