Operation Manual

Instructies Voor de Gebruiker
3. BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGEN
3.1 Het frontpaneel
Alle bedieningen en controles van het fornuis zitten bij elkaar op de
voorzijde.
Na een stroomuitval of bij de ingebruikneming van de met een analoge
digitale timer uitgeruste modellen moet u de middelste toets 1 / 2 sec.
lang ingedrukt houden om de oven voor het koken klaar te maken.
BESCHRIJVING VAN DE SYMBOLEN
OVENTHERMOSTAAT
CENTRALE KOOKZONE
OVENFUNCTIES
KOOKZONE RECHTSACHTER
KOOKZONE LINKSVOOR
KOOKZONE RECHTSVOOR
KOOKZONE LINKSACHTER
THERMOSTAATKNOP
De bereidingstemperatuur wordt gekozen door de kop met
de klok mee op de gewenste temperatuur te draaien,
tussen 50° en 250°C. Als het controlelampje gaat
branden, wil dat zeggen dat de oven wordt opgewarmd.
Als het lampje uitgaat wil dat zeggen dat de ingestelde
temperatuur is bereikt. Als het lampje regelmatig knippert
betekent dat, dat de temperatuur in de oven constant op
het ingestelde niveau gehouden wordt.
CONTROLELAMPJE WERKING KOOKPLAAT (A)
Als het controlelampje A brandt, wil dat zeggen dat één of meer
kookzones in werking zijn. Als alle knoppen op nul staan, is het
controlelampje uit.
63