Inhoudsopgave 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 Algemene veiligheidswaarschuwingen Typeplaatje Aansprakelijkheid van de fabrikant Beoogd gebruik Deze gebruiksaanwijzing Verwerking Wegwijs in de gebruiksaanwijzing 2 Beschrijving 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 Algemene beschrijving Kookplaat Bedieningspaneel Andere onderdelen Beschikbare accessoires 3 Gebruik 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.
Waarschuwingen 1 Waarschuwingen 1.1 Algemene veiligheidswaarschuwingen Persoonlijk letsel • Het apparaat en de bereikbare delen ervan worden zeer heet tijdens het gebruik. Raak geen verwarmingselementen aan tijdens gebruik van het apparaat. • Bescherm de handen met ovenwanten bij het hanteren van voedsel in de ovenruimte. • Probeer geen vlammen/brand te doven met water: schakel het apparaat uit en bedek het vuur met een deksel of een brandwerende deken.
• Tijdens het gebruik geen metalen voorwerpen zoals vaatwerk of bestek op het oppervlak van de kookplaat plaatsen omdat deze oververhit zouden kunnen raken. • Plaats geen metalen en puntige voorwerpen (bestek of gereedschappen) in de spleten van het apparaat. • Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen. • Houd de deur dicht tijdens de bereiding.
Waarschuwingen Beschadiging van het apparaat • Gebruik geen schurende of bijtende middelen op de glazen onderdelen (bijv. poeders, ontvlekkers of metaalsponsjes). • Gebruik eventueel houten of plastic gereedschappen. • Roosters en ovenschalen moeten in de zijgeleiders worden geplaatst tot ze niet verder kunnen. De mechanische veiligheidsblokkeringen die de verwijdering van de roosters voorkomen moeten naar beneden en naar de achterzijde van de ovenruimte gericht zijn. • Ga niet op het apparaat zitten.
• Mors geen zuurhoudende stoffen zoals citroensap of azijn op de kookplaat. • Plaats geen lege potten of pannen op ingeschakelde kookzones. • Gebruik geen stoomstraal om het apparaat te reinigen. • Gebruik geen ruw, schurend of scherp materiaal. • Gebruik op de stalen delen of de delen waarvan het oppervlak met metalen afwerkingen werd behandeld (bijv. elektrolytische oxidaties, vernikkeling, verchroming) geen producten die chloor, ammoniak of bleekmiddel bevatten.
Waarschuwingen • Na de installatie moet u eventuele lekken opsporen met een zeepoplossing, maar nooit met een vlam. • Laat het apparaat aansluiten door gekwalificeerd technisch personeel. • De aarding moet verplicht aangebracht worden volgens de voorziene veiligheidsnormen van de elektrische installatie. • Gebruik kabels die bestand zijn tegen temperaturen van minstens 90 °C. • Het aandraaimoment van de schroeven van de stroomgeleiders van het klemmenbord moet 1,5-2 Nm bedragen.
Waarschuwingen 1.4 Beoogd gebruik • Dit apparaat is bedoeld om thuis voedsel te bereiden. Elk ander gebruik is oneigenlijk. • Het apparaat is niet ontworpen om te functioneren met externe kookwekkers of afstandsbedieningssystemen. 1.5 Deze gebruiksaanwijzing Deze gebruiksaanwijzing is een belangrijk onderdeel van het apparaat en dient gedurende de volledige levensduur intact en op een eenvoudig te bereiken plaats worden bewaard. • Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig vóór installatie. 1.
Waarschuwingen 1.7 Wegwijs in de gebruiksaanwijzing In deze gebruiksaanwijzing komen de volgende begrippen voor: Waarschuwingen Algemene waarschuwingen in verband met de gebruiksaanwijzing, veiligheid en verwerking van afgedankte producten. Beschrijving Beschrijving van het apparaat en de accessoires. Gebruik Informatie over het gebruik van het apparaat en de accessoires. Reiniging en onderhoud Informatie over correcte schoonmaak en onderhoud van het apparaat.
Beschrijving NL 2 Beschrijving 2.
Beschrijving 2.2 Kookplaat AUX = Hulpbrander SR = Halfsnelle brander FB = Visbrander R = Snelle brander UR2 = Ultra snelle brander BBQ = Barbecueplaat 2.3 Bedieningspaneel 1 Klok programmeereenheid 3 Controlelamp hoofdoven Handig om het huidige uur te zien, geprogrammeerde bereidingen te programmeren en de kookwekker in te stellen. Licht op om te melden dat de oven zich in de verwarmingsfase bevindt. Wordt uitgeschakeld als de temperatuur is bereikt.
Beschrijving Nuttig voor de inschakeling en de regeling van de branders van de plaat. Druk op de knoppen, en draai deze linksom op de waarde om de overeenkomstige branders te ontsteken. Om de vlam te regelen, moet de knop in de zone tussen het maximum en het minimum gedraaid worden. Om de branders uit te schakelen, moeten de knoppen op positie geplaatst worden. 6 Bedieningsknop barbecue Met deze knop kan het vermogen van de barbecueweerstand op de kookplaat rooster geregeld worden.
Beschrijving 2.4 Andere onderdelen Plaatsbare niveaus Het apparaat beschikt over niveaus om roosters en ovenschalen op verschillende hoogtes te plaatsen. De plaatsbare hoogtes worden begrepen van laag naar hoog (zie 2.1 Algemene beschrijving). 2.5 Beschikbare accessoires Op sommige modellen zijn niet alle accessoires aanwezig. Ovenschaal Koelventilator De ventilator zorgt voor de afkoeling van de ovens, en wordt tijdens de bereiding in werking gesteld.
Beschrijving Verhoogd rooster NL Rooster voor ovenschaal Om op een ovenschaal te zetten, voor het bereiden van voedsel dat kan lekken. Rooster Nuttig voor het plaatsen van recipiënten met voedsel in bereiding. Om de aantasting van het werkblad te voorkomen is een verhoogd rooster verkrijgbaar dat moet worden aangebracht onder pannen met een grotere diameter dan is aangegeven in de tabel “Diameter van de recipiënten” in de paragraaf 3.3 “Gebruik van de kookplaat”.
Beschrijving Pizzaplaat Speciaal ontworpen voor het bakken van pizza en dergelijke. Zelfreinigende panelen Deze panelen absorberen kleine vetresten. Reductierooster Wok Pizzapalet Nuttig voor het gebruik van een Wok. Handig om de pizza op de daarvoor bestemde plaat in de oven te plaatsen. Deksel pizzaplaat De ovenaccessoires die in contact kunnen komen met het voedsel zijn gemaakt van materialen conform de van kracht zijnde wetsbepalingen.
Gebruik 3.1 Waarschuwingen Hoge temperatuur in de oven tijdens het gebruik Gevaar op verbranding • Houd de deur dicht tijdens de bereiding. • Bescherm de handen met ovenwanten bij het hanteren van voedsel in de oven • Raak de verwarmingselementen binnenin het apparaat niet aan. • Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen. • Houd kinderen van jonger dan 8 jaar uit de buurt wanneer het apparaat in werking is.
Gebruik Incorrect gebruik Beschadiging van de oppervlakken • Bedek de bodem van de ovenruimte niet met aluminiumfolie. • Bij gebruik van bakpapier moet u er voor zorgen dat de circulatie van de warme lucht in de oven er niet door wordt verhinderd. • Plaats geen potten of ovenschalen rechtstreeks op de bodem van de ovenruimte. • Gebruik de open deur niet als steun voor potten of schalen te plaatsen op het binnenglas. • Giet geen water rechtstreeks op hete ovenschalen.
Roosters en ovenschalen Reductieroosters Roosters en ovenschalen moeten in de zijgeleiders worden geplaatst tot aan het eindpunt. • De mechanische veiligheidsblokkeringen om ongewenste verwijdering van de roosters te voorkomen moeten naar beneden en naar de binnenzijde van de oven gericht zijn. De reductieroosters moeten op de roosters van de kookplaat gelegd worden. Controleer dat deze correct gepositioneerd zijn. Plaats de roosters en de schalen helemaal in de oven, tot ze vast komen te zitten.
Gebruik Deksel en pizzaplaat (“pizzaoven”) Incorrect gebruik Beschadiging van de oppervlakken • Gebruik de pizzaplaat niet op een andere manier dan wordt beschreven, en gebruik ze bijvoorbeeld niet op een gasvuur of op een glaskeramische kookplaat of in ovens die niet voorzien zijn voor dit accessoire.
3.4 Het gebruik van de kookplaat Alle bedieningen en schakelaars bevinden zich op het frontpaneel. Naast elke knop wordt de bijhorende brander aangeduid. Het apparaat is voorzien van een elektronisch ontstekingsmechanisme. Het is voldoende om op de knop te drukken en hem linksom te draaien op het symbool van de maximale vlam, tot de brander wordt ingeschakeld. Als de brander niet wordt ontstoken binnen 15 seconden, moet de knop op geplaatst worden en moet 60 seconden gewacht worden tot de volgende poging.
Gebruik Barbecueplaat Hoge temperatuur Gevaar op verbranding • Na een lange functionering is de kookplaat nog heet als de weerstand wordt uitgeschakeld. Houd kinderen op een veilige afstand. • Verwijder de plaat enkel wanneer deze helemaal afgekoeld is. U kunt de roosters gebruiken om te grillen, te gratineren of te barbecueën. 1. Verwijder het barbecuerooster alvorens met de bereiding aan te vangen. 2. Til de weerstand A op en zet hem met de specifieke pal B vast. 3.
3.5 Gebruik van de ovens Inschakeling van de hoofdoven Om de oven in te schakelen: 1. Selecteer de gewenste bereidingsfunctie met de functieknop. 2. Selecteer de gewenste temperatuur met de temperatuurknop. Regelmatige knipperingen van de controlelamp van de thermostaat tijdens de bereiding zijn normaal, en duidt aan dat de temperatuur in de oven constant wordt gehouden.
Gebruik Statisch+ventilator De werking van de ventilator, gecombineerd met de traditionele bereiding, verzekert ook voor ingewikkelde recepten homogene bereidingen. Ideaal voor koekjes en taarten, die ook gelijktijdig op meerdere niveaus kunnen bereid worden.
Regelmatige knipperingen van de controlelamp van de thermostaat tijdens de bereiding zijn normaal, en duidt aan dat de temperatuur in de oven constant wordt gehouden. Functies “pizzaoven” Statisch De warmte wordt gelijktijdig bovenaan en onderaan afgegeven, en maakt dit systeem geschikt voor het bereiden van speciale types van voedsel. De traditionele bereiding, die ook statisch wordt genoemd, is geschikt voor het klaarmaken van één gerecht per keer.
Gebruik 3.6 Gebruik van de bergruimte Onderaan het fornuis is er een bergruimte die toegankelijk is door de handgreep naar u toe te trekken. Deze bergruimte is geschikt om potten en pannen of metalen voorwerpen voor gebruik met het apparaat te bewaren. 3.7 Advies voor bereidingen Algemeen advies • Gebruik de geventileerde functie om een gelijkmatige bereiding te bekomen op verschillende niveaus.
Gebruik Advies voor het ontdooien en het rijzen • Er wordt aangeraden om het ingevroren voedsel zonder de verpakking in een recipiënt zonder deksel te plaatsen, op het eerste niveau van de oven. • Vermijd opeenstapeling van voedingsmiddelen. • Om vlees te ontdooien kunt u een rooster gebruiken op het tweede niveau, en een ovenschaal op het eerste niveau. Op deze manier blijft het voedsel niet in contact met de vloeistof van de ontdooiing. • De meest delicate delen kunnen bedekt worden met aluminiumfolie.
Gebruik Bereiding met tijdinstelling Instelling van de tijd Met bereiding met tijdinstelling wordt de functie bedoeld waarmee u met de bereiding kunt beginnen, en deze na een ingestelde tijd kan doen eindigen. De oven kan niet worden ingeschakeld als de tijd niet is ingesteld. Bij het eerste gebruik of na een stroomonderbreking zullen de cijfers op het display van het apparaat knipperen. 1. Houd de toets klok twee seconden ingedrukt. De stip tussen de uren en de minuten knippert. 2.
Gebruik Het is niet mogelijk om een bereidingsduur van meer dan 10 uur in te stellen. Om de ingestelde programmering te resetten moet gelijktijdig op de toetsen hoger en lager gedrukt worden, en moet de oven handmatig uitgeschakeld worden. Geprogrammeerde bereiding Met geprogrammeerde bereiding wordt de functie bedoeld waarmee u op een vooraf bepaalde tijd met de bereiding kan beginnen, om ze na een vooraf ingestelde periode te doen eindigen. 1.
Gebruik 10. Draai de functie- en temperatuurknop op 0. 11. Voor het dimmen van het geluidssignaal is het voldoende te drukken op een willekeurige toets van de klok van de programmeereenheid. 12. Druk gelijktijdig op de toetsen en om de ingestelde programmering op nul te stellen. Het is niet mogelijk om een bereidingsduur van meer dan 10 uur in te stellen. Het is niet mogelijk om een geprogrammeerde bereiding die langer dan 24 uur duurt in te stellen.
Gebruik 1. Druk op de kloktoets NL Wijziging van de ingestelde gegevens . 2. Druk op de toetsen hoger en lager om de gewenste minuten in te stellen. Het annuleren van de ingestelde gegevens 1. Druk op de kloktoets . 2. Houd de toetsen hoger en lager tegelijkertijd ingedrukt. 3. Schakel de oven daarna handmatig uit indien er een bereiding bezig is. Selectie geluidssignaal Het geluidssignaal kan op 3 verschillende tonen worden ingesteld. 1. Houd de toetsen hoger en lager tegelijkertijd ingedrukt.
Gebruik Indicatieve tabel bereidingen Positie van de Temperatuur geleider vanaf (°C) onderaan 1 220 - 230 1 220 - 230 Gewicht (kg) Functie Lasagne Pasta uit de oven 3-4 3-4 Statisch Statisch Kalfsgebraad Varkenslende Worst Rosbief Gebraden konijn Kalkoenbout Coppa in de oven Gebraden kip 2 2 1,5 1 1,5 3 2-3 1,2 Circulatie Circulatie Geventileerde grill Circulatie Circulatie Circ/Ventilator Circulatie Circulatie 2 2 3 2 2 2 2 2 180 - 190 180 - 190 250 - MAX 200 180 - 190 180 - 190 180 - 190 180 - 1
Reiniging en onderhoud 4.1 Waarschuwingen Incorrect gebruik Beschadiging van de oppervlakken • Reinig het apparaat niet met een stoomreiniger. • Gebruik op de stalen delen of de delen waarvan het oppervlak met metalen afwerkingen werd behandeld (bijv. elektrolytische oxidatie, vernikkeling, verchroming) geen producten die chloor, ammoniak of bleekmiddel bevatten. • Gebruik geen schurende of bijtende middelen op de glazen onderdelen (bijv. poeders, ontvlekkers of metaalsponsjes).
Reiniging en onderhoud Barbecueplaat 4.3 Demontage van de deuren Deze plaat is bekleed met antikleef materiaal (Teflon). Deze folie is zeer delicaat, en mag niet beschadigd worden. Gebruik dus geen metalen keukengerei. Gebruik enkel houten of plastic gerei dat bestand is tegen hoge temperaturen. Om de reiniging van de oven te vergemakkelijken, kunt u de ovendeuren verwijderen en op een theedoek leggen. Voor een correcte demontage moet als volgt gehandeld worden: 1.
3. Om de deur weer te monteren, moeten de scharnieren in de daarvoor bestemde openingen in de oven geplaatst worden, zodat de gleuven A helemaal op de openingen steunen. Laat de deur zakken zodat ze geplaatst wordt, en verwijder de pinnetjes uit de openingen in de scharnieren. 4.4 Reiniging van de ruiten van de deur Er wordt aangeraden om deze steeds schoon te houden. Gebruik absorberend keukenpapier. Bij hardnekkig vuil moet u schoonmaken met een vochtige spons en een gewoon reinigingsmiddel.
Reiniging en onderhoud De zelfreinigende panelen en het frame voor roosters/ovenschalen Regeneratie van de zelfreinigende panelen (katalysecyclus) Als de geleiderframes worden verwijderd, kan de reiniging van de zijdelen makkelijker uitgevoerd worden. Deze handeling moet uitgevoerd worden wanneer de automatische reinigingscyclus wordt gebruikt (enkel op sommige modellen). Verwijder de geleiderframes.
Reiniging en onderhoud Verwijder opeenvolgend het deksel van de pizzaplaat (1) en de bodem (2) waarop het is geplaatst. De basis moet enkele millimeters worden opgetild, en daarna naar buiten getrokken worden. Til de onderste weerstand enkele centimeters op (3) en maak de ovenbodem schoon. Om de basis waarop de pizzaplaat rust weer terug te plaatsen, moet u hem volledig tegen het achterpaneel van de oven duwen en laten zakken tot het plaatje van de weerstand in de basis komt vast te zitten.
Reiniging en onderhoud Reiniging van de bovenkant De temperatuur in de ovenruimte kan tijdens het gebruik hoog oplopen Gevaar voor verbranding • De volgende handelingen mogen alleen worden uitgevoerd als de oven uit en volledig afgekoeld is. Het apparaat is voorzien van een weerstand die u voor een eenvoudigere reiniging van de bovenkant van de oven kunt kantelen. 1. Hef de bovenste weerstand voorzichtig op en draai de pal 90° zodat de weerstand vrijkomt. 2. Beweeg de weerstand voorzichtig helemaal omlaag.
• Sproei met een spray een oplossing van water en afwasmiddel op de binnenzijde van de oven. Sproei op de zijwanden, de bovenwand, het bodemvlak en de deflector. 2. Stel een bereidingsduur van 18 minuten in door middel van de procedure van de bereidingsduur die gedetailleerd wordt beschreven in de paragraaf “Geprogrammeerde bereiding”. 3. Ongeveer 6 seconden na de laatste handeling met de toetsen vanwege de gebruiker, begint de Vapor Cleanreinigingscyclus. 4.
Reiniging en onderhoud Het is aanbevolen om de deur te verwijderen om moeilijk bereikbare delen makkelijker schoon te maken. 4. Draai de lamp los en verwijder ze. 4.7 Buitengewoon onderhoud Delen onder elektrische stroom Gevaar voor elektrische schok • Schakel de stroomtoevoer naar het apparaat uit. Vervanging van de lamp voor de binnenverlichting 1. Verwijder alle accessoires uit de oven. 2. Verwijder de geleiderframes voor roosters/ovenschalen. 3. Verwijder de kap van de lamp met gereedschap (bijv.
Installatie 5.1 Gasaansluiting Gaslek Explosiegevaar • Controleer na elke ingreep of het aandraaimoment van de gasaansluitingen zich tussen 10 Nm en 15 Nm bevindt. • Gebruik, waar dit wordt gevraagd, een drukregelaar in overeenstemming met de van kracht zijnde norm. • Na de installatie moet u eventuele lekken opsporen met een zeepoplossing, maar nooit met een vlam.
Installatie Voer de aansluiting op het gasnetwerk uit met een rubberleiding conform de kenmerken van de van kracht zijnde norm (controleer of de afkorting van deze norm op de leiding gedrukt is). Draai de slangaansluiting 3 zorgvuldig vast op de gasverbinding 1 (schroefdraad ½” ISO 228-1) van het apparaat, en plaats de pakking 2. Afhankelijk van de diameter van de gebruikte gasleiding kan ook de slangaansluiting 4 vastgedraaid worden op de slangaansluiting 3.
Aansluiting met een flexibele stalen buis met bajonetsluiting Voer de aansluiting op het gasnet uit met behulp van een flexibele stalen buis met bajonetsluiting, in overeenstemming met B.S. 669. Breng isolerend materiaal aan op de schroefdraad van de gasleiding 4, en draai de adapter 3 vast. Draai het blok vast op de mobiele verbinding 1 van het apparaat, en voorzie steeds de bijgeleverde pakking 2.
Installatie Afvoer van de verbrandingsproducten Dit apparaat is niet aangesloten op een apparaat voor afvoer van de verbrandingsproducten. Het moet geïnstalleerd en aangesloten worden in overeenstemming met de geldende installatievoorschriften. Er moet speciale aandacht worden besteed aan de ventilatie-eisen. De afvoer van de verbrandingsproducten moet verzekerd worden door middel van afzuigkappen, die aangesloten zijn op een rookkanaal met een efficiënte trek of met een geforceerde afzuiging.
Installatie Regeling van het minimum voor vloeibaar gas Schakel de brander in, en stel in op de minimum positie. Verwijder de knop van de gaskraan, en handel op de regelschroef die zich naast het staafje van de kraan bevindt (afhankelijk van het model) tot een regelmatige minimum vlam wordt verkregen. Monteer de knoppen opnieuw, en controleer de stabiliteit van de vlam van de brander. Draai de knop snel vanaf de maximum positie naar de minimum positie: de vlam zou niet mogen uitgaan.
Installatie Type van gas en toebehorende landen Type van gas 1 Methaan G20 G20 20 mbar G20/25 20/25 mbar 2 Methaan G20 G20 25 mbar 3 Methaan G25 G25 25 mbar 4 Methaan G25.1 G25.1 25 mbar 5 Methaan G25 G25 20 mbar 6 Methaan G2.350 G2.
Installatie 1 Methaan G20 - 20 mbar AUX SR FB R UR2 Nominaal warmteverbruik (kW) 1.0 1.8 1.9 3.0 4.2 Diameter van de straalpijp (1/100 mm) 72 97 94 115 155 Voorkamer (gedrukt op straalpijp) (X) (Z) (X) (Y) (H3) 2 Methaan G20 - 25 mbar 400 AUX 500 SR 800 FB 800 R 1400 UR2 Nominaal warmteverbruik (kW) 1.1 1.8 1.9 3.0 4.2 Diameter van de straalpijp (1/100 mm) 72 94 94 110 145 Voorkamer (gedrukt op straalpijp) (X) (Z) (Y) (H8) (H3) 3 Methaan G25/G25.
Installatie 7 Vloeibaar gas G30/31 - 30/37 mbar AUX SR FB R UR2 Nominaal warmteverbruik (kW) 1.0 1.8 1.9 3.0 4.0 Diameter van de straalpijp (1/100 mm) 50 65 68 85 100 - - - - - Gereduceerd verbruik (W) 400 500 800 800 1400 Nominaal verbruik G30 (g/h) 73 131 138 218 291 Nominaal verbruik G31 (g/h) 8 Vloeibaar gas G30/31 - 37 mbar 71 AUX 129 SR 136 FB 214 R 286 UR2 Nominaal warmteverbruik (kW) 1.10 1.9 2.0 3.0 4.
Installatie Elektrische spanning Gevaar voor elektrische schok • Laat het apparaat aansluiten door gekwalificeerd technisch personeel. • Gebruik een persoonlijk beschermingsmiddel. • De aarding moet verplicht aangebracht worden volgens de voorziene veiligheidsnormen van de elektrische installatie. • Schakel de stroomtoevoer uit. • Trek nooit aan de kabel om de stekker uit het stopcontact te halen. • Gebruik kabels die bestand zijn tegen temperaturen van minstens 90 °C.
Installatie Toegang tot het klemmenbord 3. Installeer de voedingskabel. Om de voedingskabel te kunnen aansluiten is toegang tot het klemmenbord op de achterste plaat vereist: 1. Verwijder de schroeven die het klepje op de achterste plaat vastzetten. Draai de schroef van het kabelbevestigingsplaatje los, alvorens de voedingskabel te installeren. 2. Laat het klepje een stukje draaien en verwijder het van diens plaats. 50 4.
Vaste aansluiting Algemene informatie Installeer een schakelaar op de voedingslijn waarmee het apparaat van het omnipolaire netwerk kan worden losgekoppeld, met een openingsafstand tussen de contacten waarmee volledige afkoppeling mogelijk is in de omstandigheden van overspanningscategorie III, in overeenstemming met de installatievoorschriften.
Installatie Buitenafmetingen Plaats van de elektrische aansluitingen en gasaansluitingen (in mm). A B C D 81 mm 725 mm 191 mm 87 mm B - Klasse 2 subklasse 1 (Ingebouwd apparaat) Dit apparaat behoort naargelang het installatietype tot de klasse: C - Klasse 2 subklasse 1 (Ingebouwd apparaat) A - Klasse 1 (Apparaat vrije installatie) 52 Het apparaat moet geïnstalleerd worden door een bevoegd technicus, en volgens de van kracht zijnde normen.
Installatie 3. Bevestig de klem aan de ketting NL Bevestiging aan de muur (waar voorzien) Zwaar apparaat Gevaar voor beschadiging van het apparaat • Draai eerst de voorste pootjes vast, en daarna de achterste pootjes. Om de stabiliteit van het apparaat te verzekeren, moet het bijgeleverde bevestigingssysteem geïnstalleerd worden. Dit systeem, indien het correct wordt geïnstalleerd, zal beletten dat het apparaat kan kantelen. 1.
Installatie Montage van de plint De bijgeleverde plint is een integrerend deel van het product. Ze moet op het apparaat bevestigd worden voordat het apparaat zelf wordt geïnstalleerd. De plint moet steeds correct gepositioneerd en bevestigd worden op het apparaat. 1. Positioneer de plint op het vlak, en lijn de openingen A uit met de openingen B. 2. Bevestig de plint op het vlak door de schroeven C vast te draaien. 54 5.5 Voor de installateur • Na de installatie moet de stekker bereikt kunnen worden.