User manual

164 - INSTALLATIE 914779682/B
bevestigd op de achterzijde van het
apparaat.
Elektrische aansluiting
Algemene informatie
Controleer of de kenmerken van de netvoeding
overeenstemmen met de gegevens op het
identificatieplaatje.
Het identificatieplaatje bevat de technische
gegevens, het serienummer en de merknaam
van het apparaat en is zichtbaar op het
apparaat aangebracht.
Dit plaatje mag nooit verwijderd worden.
Zorg voor de aardverbinding met een kabel die
ten minste 20 mm langer is dan de andere
kabels.
Het apparaat kan op de volgende manieren
functioneren:
Vervangende beugel
Vervang de geïnstalleerde beugel door de
meegeleverde beugel voor een correcte
bevestiging van de kabel in het geval van
aansluiting met een 10mm
2
kabel.
Vaste aansluiting
Breng op de lijn een meerpolige
scheidingsschakelaar aan met een
contactopening die in overeenstemming met de
installatievoorschriften, de volledige scheiding
volgens overspanningscategorie III mogelijk
maakt.
Voor de Australische/Nieuw-Zeelandse
markt:
de geïntegreerde scheiding in de vaste
aansluiting moet in overeenstemming met de
norm AS/NZS 3000 zijn.
Toegang tot het klemmenbord
Om de voedingskabel te kunnen aansluiten is
toegang tot het klemmenbord op de
achterplaat vereist:
1. Verwijder de schroeven die het klepje op de
achterplaat vastzetten.
Zie Algemene
veiligheidswaarschuwingen.
220-240 V 3~
3 x 10 mm ²
driepolige kabel
220-240 V 3~
4 x 4 mm ²
vierpolige kabel
220-240 V 1N~
3 x 10 mm ²
driepolige kabel
380-415 V 2N~
4 x 4 mm ²
vierpolige kabel
380-415 V 3N~
5 x 2,5 mm ²
vijfpolige kabel
De waarden verwijzen naar de
diameter van de interne geleider.
De stroomkabels hebben afmetingen
die rekening houden met de
gelijktijdigheidsfactor (conform de norm
EN 60335-2-6).