User manual

Gebruik
206
De module probeert het maximale
leverbare vermogensniveau te behouden.
Op het display worden de niveaus
weergegeven die door het automatische
beheer zijn ingesteld.
Een knipperend vermogensniveau geeft
aan dat deze automatisch beperkt wordt tot
een nieuwe waarde die door de
vermogensbeheermodule geselecteerd
wordt.
Beperking van het vermogen van de
kookplaat
1. Koppel het apparaat van het
elektriciteitsnet af en wacht 10 seconden
alvorens de voeding weer in te
schakelen.
2. Draai tegelijkertijd de knoppen links- en
rechtsvoor linksom (respectievelijk op de
positie “M-A” en “A”) en houd ze 3
seconden lang in deze stand.
Op de displays van de zones links- en
rechtsachter worden “7.“ en “4
weergegeven.
3. Laat de knoppen los.
4. Draai de beide knoppen opnieuw
linksom en houd ze in deze stand.
Op de displays van de zones links- en
rechtsachter wordt het vermogen met de
waarden “4.” en “8” weergegeven.
5. Laat de knoppen los.
6. Draai de beide knoppen opnieuw
linksom en houd ze in deze stand.
Op de displays van de zones links- en
rechtsachter wordt het vermogen met de
waarden “3.” en “7” weergegeven.
7. Laat de knoppen los.
De laatst ingestelde zone heeft
prioriteit.
De inductieplaat is geconfigureerd
voor de werking met een
vermogen van 7,4 kW. Het
vermogen kan echter worden
beperkt tot 4,8 kW of 3,7 kW.
Stel het vermogen van de
kookplaat in binnen 2 minuten na
de aansluiting op het
elektriciteitsnet.
Wacht tot de displays uit gaan
wanneer u de knoppen heeft
losgelaten.
Binnen 4 minuten na de
uitschakeling van de displays kunt
u het vermogen opnieuw wijzigen
(zonder dat u het apparaat van
het elektriciteitsnet moet
afkoppelen).