Operation Manual

17
Draai de stoomknop (A9) (fig. 18)
(naar links of naar rechts).
Het display toont “STOOM DRUK OP OK”.
Druk op de toets OK (B9) (fig. 1).
Verdraai de stoomknop (A9) om de af-
gifte van stoom te onderbreken.
Dompel het cappuccinomondstuk (A10)
onder in het kannetje met melk (fig. 19) en
let hierbij op dat de lijn in reliëf op het cap-
puccinomondstuk niet ondergedompeld
wordt (aangegeven door de pijl in fig. 19).
De stoom komt uit het cappuccinomondstuk
en zorgt ervoor dat de melk gaat schuimen.
Om een romiger schuim te verkrijgen, dom-
pelt u het cappuccinomondstuk onder in de
melk en draait u het kannetje met langzame
op- en neergaande bewegingen. (Men advi-
seert om niet langer dan 2 minuten opge-
schuimde melk af te geven).
Onderbreek, zodra het gewenste schuim is
verkregen, de afgifte van stoom door de sto-
omknop (A9) te verdraaien.
Zet de koffie zoals hierboven beschreven,
door voldoende grote koppen te gebruiken
die vervolgens met de eerder bereide opge-
schuimde melk worden gevuld. De cappuc-
cino is nu klaar. Voeg naar wens suiker toe
en strooi eventueel een beetje cacaopoeder
op het schuim.
BELANGRIJK: reinig het cappuccinosysteem
altijd onmiddellijk na het gebruik.
Ga hiervoor als volgt te werk:
Verdraai de stoomknop (A9) en druk
op de toets OK (B9) om gedurende enkele se-
conden een kleine hoeveelheid stoom af te
geven. Dit zal het cappuccinomondstuk van
eventuele melkresten ontdoen.
BELANGRIJK: om de hygiëne te waarbor-
gen, wordt aanbevolen om deze procedure
elke keer dat een cappuccino wordt gezet
te volgen, om ophoping van melk in het cir-
cuit te voorkomen.
Wacht enkele minuten tot het cappuccino-
mondstuk is afgekoeld: houd vervolgens met
één hand de hendel van het cappuccinomon-
dstuk vast en draai met de andere hand het
cappuccinomondstuk los door het rechtsom
te draaien en naar beneden toe weg te trek-
ken (fig. 20).
Verwijder de spuitmond (A11) van het cap-
puccinomondstuk door hem naar beneden
toe weg te trekken (fig. 21).
Was het cappuccinomondstuk en de spuit-
mond zorgvuldig met warm water.
Controleer of de twee gaatjes aangegeven in
figuur 22 niet verstopt zijn.
Reinig ze indien nodig met behulp van een
naald.
Breng de spuitmond weer aan en draai hem
stevig naar boven in het cappuccinomon-
dstuk.
Plaats het cappuccinomondstuk door het
omhoog te duwen en linksom te draaien.
REINIGING EN ONDERHOUD
Alvorens reinigingswerkzaamheden uit te voeren,
moet het apparaat afgekoeld zijn en van het elek-
triciteitsnet afgekoppeld zijn. Dompel het appa-
raat nooit in water onder: het is een elektrisch
apparaat. Gebruik voor de reiniging van het ap-
paraat geen oplosmiddelen of schurende reini-
gingsmiddelen, Een vochtige, zachte doek
volstaat. Alle onderdelen van het apparaat mogen
NOOIT in de afwasmachine gewassen worden.
Reiniging van het apparaat
De volgende onderdelen van het apparaat moeten
periodiek gereinigd worden:
Bakje voor koffiedik (A4).
Drupbakje (A14).
Waterreservoir (A12).
Spuitmonden van de afgiftegroep koffie (A13,
de spuitmond van het cappuccinomondstuk
(A11) en het cappuccinomondstuk (A10).
Trechter voor inbrengen van voorgemalen
koffie (A21).
Binnenkant van het apparaat, alleen toegan-
kelijk nadat het deurtje is geopend (A2).
Zetgroep (A5).
Reiniging van het koffiedikbakje
Wanneer op het display het opschrift “KOFFIEDI-
KRESERVOIR LEGEN” verschijnt, moet dit gele-