Operation Manual

18
Reinigen van de trechter voor het inbrengen van
voorgemalen koe
Controleer regelmatig (ongeveer een keer per maand) of de trechter
voor het inbrengen van voorgemalen koe (A21) niet is verstopt.
Verwijder indien nodig koeaanslag met de bijgeleverde borstel (C5).
Reinigen van de koezeteenheid
De koezeteenheid moet minimaal een keer per maand worden
gereinigd.
Attentie! De koezeteenheid (A5) mag niet verwijderd
worden als het apparaat is ingeschakeld. Gebruik geen kracht bij
het verwijderen van de koezeteenheid.
1. Controleer of de machine correct is uitgeschakeld (zie
"Uitschakelen").
2. Open het servicedeurtje.
3. Verwijder het drupbakje en het koedikreservoir (g. 27).
4.
Druk de twee gekleurde ontgrendelingsknoppen naar binnen
en trek tegelijkertijd de koezeteenheid naar buiten (g. 32)
.
Attentie! Gebruik geen afwasmiddel om de
koezeteenheid te reinigen om te voorkomen dat het
smeermiddel binnenin de zuiger wordt verwijderd.
5. Laat de koezeteenheid ongeveer 5 minuten in water
weken en spoel hem af.
6.
Plaats de koezeteenheid (A5) na het reinigen terug door hem
op de interne steun en pin op de bodem te schuiven en druk het
PUSH-symbool volledig in tot het op zijn plaats vastklikt (g. 33).
Let heel goed op: Indien u bij het plaatsen van de
koezeteenheid moeilijkheden ondervindt, moet u het (alvorens
het te plaatsen) op de juiste maat brengen door er aan de onder- en
bovenzijde krachtig op te drukken, zoals getoond wordt in guur 34.
7.
Na plaatsing moeten de twee gekleurde ontgrendelings-
knoppen naar buiten zijn gesprongen (g. 35).
8. Plaats het drupbakje en het koedikreservoir terug.
9. Sluit het servicedeurtje.
Reinigen van het melkreservoir (D)
Reinig het melkreservoir na elke melkbereiding als volgt:
1. Til het deksel (D2) op en verwijder het.
2. Neem het melkreservoir (D3) uit de warmhoudbehuizing
(D6) door het vast te pakken aan de twee zijgrepen.
Attentie!
De warmhoudbehuizing mag niet gevuld worden met of
worden ondergedompeld in water: neem het af met een
vochtige doek.
3. Verwijder het afgiftepijpje voor melk (D5) en het
melkopvoerpijpje (D4).
4. Draai de knop voor de schuiminstelling met de klok mee
naar de stand "INSERT" (g. 36) en trek deze eruit.
5.
Reinig alle onderdelen van de opschuimer grondig met warm
water en een mild afwasmiddel. Alle onderdelen en het reservoir
zijn vaatwasserbestendig. Plaats ze bovenin de vaatwasser.
Controleer de holte en de groef achter de knop (
g. 37
)
extra goed op resten van melk: schraap resten met een
tandenstoker uit de groef.
6. Spoel de binnenzijde van de houder van de knop voor
de schuiminstelling (g. 38) en het connectorgat van de
melkopschuimer met stromend water.
7. Controleer ook of het opvoerpijpje en de afgiftegroep niet
verstopt zijn door melkresten.
8.
Plaats de knop terug en zorg dat de pijl goed is uitgelijnd met
het woord INSERT, de afgiftegroep en het melkopvoerpijpje.
9. Plaats het melkreservoir in de warmhoudbehuizing.
10. Plaats het deksel terug op het melkreservoir.
Reinigen van de spuitmond voor warm water en stoom
Reinig de spuitmond (A13) na elke melkbereiding met een spons
om melkresten van de afdichtingen (g. 23) te verwijderen.
ONTKALKEN
Attentie!
Lees voor gebruik de aanwijzingen en de etiketinformatie
op de verpakking van de ontkalker.
Gebruik uitsluitend een door de fabrikant goedgekeurde
ontkalker. Het gebruik van een ongeschikte ontkalker en/
of een verkeerd uitgevoerde ontkalking kan tot defecten
leiden die buiten de fabrieksgarantie vallen.
Het apparaat moet ontkalkt worden zodra op het display (B)
het bericht ONTKALKEN VEREIST DRUK OP OK OM TE STARTEN
(~45min.) WORDT GETOOND: druk op
om direct
te ontkalken en volg de aanwijzingen vanaf punt 4.
Druk op om het ontkalken uit te stellen tot een ander
moment: op het display herinnert het symbool eraan
dat het apparaat moet worden ontkalkt (dit bericht verschijnt
telkens als de machine wordt ingeschakeld).
Open het menu "Ontkalken" als volgt:
1. Druk op (B2) om het menu te openen.
2. Druk op (B10) of (B8) tot op het display
ONTKALKEN verschijnt.
3. Druk op om het ontkalken te starten en volg de
aanwijzingen op het display.
4.
VERWIJDER WATERONTHARDINGSFILTER (g. 39): neem de
watertank (A12) uit, verwijder het wateronthardingslter (C4)
(indien aanwezig) en leeg de watertank. Druk op .
5. ONTKALKER (TOT NIVEAU A) EN WATER (TOT NIVEAU B)
TOEVOEGEN (g. 40). Giet de ontkalker in de tank tot niveau