Operation Manual

Instructies voor de gebruiker
69
9. LEIDRAAD VOOR HET OPSPOREN VAN DE PROBLEMEN
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK WAARSCHIJNLIJKE OPLOSSING
Lawaaiige werking: - zie sectie “werkingsgeluiden”
De compressor treedt te vaak in
werking of draait continu:
- onvoldoende koeling van de
compressor en de condensator:
- toename van de
buitentemperatuur;
- frequente of langdurige opening
van de deuren;
- er is een excessieve hoeveelheid
aan vers voedsel in gezet.
- controleer of de achterkant correct
wordt gelucht zoals aangegeven
in de paragraaf “3.1 De keuze van
de juiste plaats” en of de
condensator niet overmatig vies
is;
- vries per keer minder voedsel in.
De compressor treedt niet in werking: - regelaar van de temperatuur op
stand 0;
- voedingskabel niet verbonden met
het elektriciteitsnet;
- het stopcontact levert geen
stroom.
- sluit de voedingskabel aan;
- wendt u zich tot de
elektriciteitsleverancier.
Onvoldoende afkoeling van de
koelruimte:
- de thermostaat voor de regeling
van de interne temperatuur staat
op een te lage stand (1-2)
(overeenkomstig een hogere
temperatuur in de ruimten);
- frequente of langdurige opening
van de deur;
- de deur sluit niet goed af
- toename van de
buitentemperatuur;
- Zet de speciale regelaar op een
tussenliggende stand (3-4);
- open de deur minder vaak en zo
kort mogelijk;
- controleer of het voedsel op
correcte wijze op de rekken is
gelegd en de correcte sluiting van
de deur niet belemmert en of de
koelkast correct waterpas staat op
de vloer;
- controleer of de pakking correct
sluit en niet beschadigd is.
Aanwezigheid van water onderin de
koelruimte:
- De “condensafvoersleuf” is
verstopt of dichtgevroren.
- Maak de "condensafvoersleuf"
vrij.
Deur gaat onmiddellijk na het sluiten
moeilijk open:
- wanneer u probeert om een deur
onmiddellijk na sluiting ervan weer
te openen moet u (vooral bij de
deur van de diepvriezer), veel
kracht gebruiken. Dit is het gevolg
van de decompressie als gevolg
van de afkoeling van de warme
lucht die in het compartiment is
binnengedrongen.