Operation Manual
33
Onderhoud van de oven 
Reiniging 
CONTROLEER OF DE OVEN UIT STAAT ALVORENS DIE TE REINIGEN. 
GEBRUIK GEEN BIJTENDE SCHOONMAAK-MIDDELEN 
BUITENKANT 
1. Reinig de buitenkant met een neutraal schoonmaakmiddel en lauw water, en droog het dan af met een 
vochtige doek. 
2. Let op dat er geen water in de ventilatiegaten komt. 
BINNENKANT 
1. Reinig de wanden van de oven na ieder gebruik met een vochtige doek. 
2. Let op dat er geen water in de het binnenste van de oven komt. 
3. Wanneer u na het koken ontdekt dat de binnenkant van de oven zeer vuil is, zet dan een glas water op 
het  draaiplateau  en  laat  de  oven  gedurende  4  minuten  op  het  maximumvermogen  draaien.  De 
vrijgekomen  stoom  zorgt  dat  de  vuilaanslag  loskomt  waardoor  die  gemakkelijk  met  een  zachte  doek 
verwijderd kan worden. 
4. Het draaiplateau kan gewoon met een vaatwasmiddel of in de vaatwasmachine gewassen worden. 
DEUR, DEURAFDICHTING EN DE VOORKANT VAN DE OVEN 
1. Deze zones moeten altijd goed gereinigd zijn, vooral de contactvlakken tussen de deur en voorkant 
van de oven om het lekken van microgolven te voorkomen. 
2. Neutrale schoonmaakmiddelen en lauw water gebruiken, en daarna afdrogen met een zachte doek. 
Vervangen van de lamp 
Bij sommige modellen kan de lamp door de gebruiker vervangen, hiervoor is er aan de linkerkant van de oven 
een klep aangebracht. 
Om de lamp te vervangen moet u als volgt te werk gaan: 
1. Sluit de stroomtoevoer van de oven af. 
2. Verwijder de klep van de lamp. 
3. Vervang de lamp door een nieuwe van 25 W. 
4. Zet de klep weer op zijn plaats. 
BELANGRIJK: Bij  alle modellen die geen  klep hebben  om de  lamp  te  kunnen vervangen, moet  deze 
handeling worden verricht door de Technische Dienst, aangezien hier speciaal gereedschap voor nodig is. 










