Operation Manual
Instructies voor de gebruiker
125
12.AANBEVELINGEN VOOR HET KOKEN
Elke functie beschikt over een heringestelde voorverwarming; tijdens deze voorverwarming knippert de
thermostaatlamp. Wanneer de vooraf bepaalde temperatuur wordt bereikt, licht de lamp vast op.
Tijdens het koken moet de ovendeur gesloten blijven.
12.1 Traditionele kookwijzen
FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR
THERMOSTAAT
50 ÷ 280 °C
Dit klassieke kooksysteem, waarbij de hitte van boven en van onderen komt, is geschikt voor het bakken
van voedsel op een enkel niveau. U moet de oven voorverwarmen tot de ingestelde temperatuur is
bereikt. Plaats het gerecht pas in de oven nadat het controlelampje van de thermostaat is uitgegaan.
Bijzonder vet vlees moet in de nog koude oven worden gezet.
Diepvriesvlees kunt u rechtstreeks, zonder vooraf ontdooien, in de oven zetten. Als enige
voorzorgsmaatregel moet u ongeveer 20 °C lagere temperaturen instellen en kooktijden gebruiken van
ongeveer een 1/4 langer ten opzichte van die voor vers vlees.
Gebruik recipiënten met een hoge rand om te voorkomen dat spatten de wanden van de oven bevuilen.
12.2 Koken met warme lucht
FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR
THERMOSTAAT
50 ÷ 280 °C
Dit systeem is geschikt voor het koken op meerdere niveaus, ook van voedsel van geheel verschillende
aard (vis, vlees, enz.) zonder dat de smaak of geur op elkaar overslaan.
De circulatie van de lucht in de oven garandeert een gelijkmatige verspreiding van de hitte
Het gelijktijdig koken van meerdere gerechten is mogelijk op voorwaarde dat de kooktemperatuur van
de verschillende gerechten overeenstemt.
12.3 Delicate kookwijzen
FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR
THERMOSTAAT
50 ÷ 280 °C
Geschikt voor gebak en taarten met vochtige afdekking, met weinig suiker en vochtig gebak in
bakvormen. Uitstekende resultaten worden tevens verkregen bij het afronden van het voedsel aan de
onderkant of bij kookwijzen waarvoor de warmte vooral van onderen moet komen. Wij raden aan om de
ovenschaal in de onderste stand te zetten.