Operation Manual

Table Of Contents
Instructies voor de gebruiker
115
12.6 Werkingsgeluiden
De afkoeling van de koelkast en diepvriezer vindt plaats door middel van een compressiesysteem. De
compressor treedt in werking om de geselecteerde temperatuur in de ruimten te bewaren, en als het moet
kan hij, afhankelijk van de noodzakelijke afkoeling, continu werken. Bij de inwerkingtreding van de
compressor is een gezoem hoorbaar dat na enkele minuten afneemt. Andere geluiden verbonden aan de
normale werking van de koelkast zijn een gegorgel en een geruis als gevolg van het stromen van de
koelvloeistof in de leidingen van het circuit. Dit zijn normale geluiden en geen teken dat het apparaat slecht
werkt. Eventuele te harde geluiden kunnen ook andere oorzaken hebben. U moet daarom controleren of:
- de koelkast correct waterpas op de vloer staat en niet trilt tijdens de werking van de compressor:
zorg voor een correcte regeling van de meegeleverde voetjes;
- de laden, aflegvlakken en de bakjes in de deur correct zijn aangebracht op de daarvoor bestemde
plaatsen: zorg ervoor dat ze allemaal correct zijn geplaatst;
- de flessen en bakken op de verschillende aflegvlakken stabiel zijn geplaatst en elkaar niet
aanraken: de trilling als gevolg van de werking van de compressor zou voor een bepaalde
lawaaierigheid kunnen zorgen;
- zorg ervoor dat de koelkast niet in aanraking komt met meubels of andere huishoudelijke
apparatuur.
12.7 Het opsporen en verhelpen van mogelijke defecten
Uw nieuwe koelkast is ontworpen en gefabriceerd aan de hand van strenge kwaliteitsstandaards. Met
deze sectie beogen wij u in staat te stellen om bij technische afwijkingen tijdens de werking zelf de
oorzaak van het probleem op te sporen, voordat u zich tot de erkende plaatselijke Servicedienst.
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK WAARSCHIJNLIJKE OPLOSSING
Lawaaiige werking - Zie paragraaf “12.6
Werkingsgeluiden”.
De compressor treedt te vaak in
werking of draait continu:
- onvoldoende koeling van de
compressor en de condensator:
- toename van de
buitentemperatuur;
- frequente of langdurige opening
van de deuren;
- er is een excessieve hoeveelheid
aan vers voedsel in gezet.
- Controleer of de achterkant
correct wordt gelucht zoals
aangegeven in paragraaf "4.
installatie en aansluiting" en of de
condensator niet overmatig vies
is;
- vries per keer minder voedsel in.
De compressor treedt niet in werking: - schakelaars uit;
- voedingskabel niet verbonden met
het elektriciteitsnet;
- er staat geen stroom op het
stopcontact;
- kamertemperatuur te hoog.
- Druk op de knoppen ;
- sluit de voedingskabel aan;
- wendt u zich tot de
elektriciteitsleverancier.
Onvoldoende afkoeling van de
koelruimte:
- de interne temperatuur staat op
een te hoge stand
(overeenkomstig een geringere
koeltemperatuur);
- frequente of langdurige opening
van de deur.
- Regel de temperatuur met de
toetsen of zoals beschreven
in de paragrafen “8.1.3
Drukknoppen voor het wijzigen
van de temperatuur”;
- open de deur minder vaak en zo
kort mogelijk.
Aanwezigheid van water onderin de
koelruimte:
- de "condensafvoersleuf" is
verstopt.
- Maak de "condensafvoersleuf"
vrij.