Operation Manual
33
GEBRUIK VAN HET KOELVAK
Dit apparaat is een automatische koelkast of een koelkast met een
vak met lage temperatuur met sterren.
Het koelvak wordt geheel automatisch ontdooid.
De koelkast functioneert bij omgevingstemperaturen tussen
+16°C en +32°C.
Ingebruikneming van de koelkast
Steek de stekker in het stopcontact.
De temperatuur van het koelgedeelte kan geregeld worden met
de thermostaatknop, waarbij de prestaties in het vak met lage
temperatuur gehandhaafd blijven.
Voor het instellen van de binnentemperatuur:
1.
Voor een correcte werking en de beste bewaring van het
voedsel raden wij aan de thermostaat in de stand
2-3.
2.
Indien u de temperatuur in de vakken wilt wijzigen, moet u aan
de regelknop van de thermostaat draaien:
•op een
lagere stand 1-2
als u wilt dat de temperatuur in de
vakken
MINDER KOUD IS.
•op de
hogere stand 3-4
om een
KOUDERE
temperatuur
te verkrijgen.
Thermostaat op • : de functies van het apparaat en de verlichting
worden onderbroken.
Opmerking:
De omgevingstemperatuur, de frequentie waarmee de deuren
worden geopend en de plaats van het apparaat kunnen van invloed
zijn op de temperatuur in de twee vakken.
De thermostaatstand dient op grond van deze factoren te worden
aangepast.
Bewaren van levensmiddelen in het koelvak
Plaats de levensmiddelen zoals in de afbeelding hiernaast
A.
Gekookt voedsel
B.
Vis, vlees
C.
Groente en fruit
D.
Flessen
E.
Eieren
F.
Boter, zuivelproducten, kaas
Opmerking:
•
De afstand tussen de schappen en de achterste binnenwand van
de koelkast zorgt voor een vrije luchtcirculatie.
•
Zet de levensmiddelen niet tegen de binnenwand van het vak.
•
Bewaar vloeistoffen in gesloten houders.
•
Het is normaal dat het bewaren van groente met een hoog
watergehalte (bv.: sla) condensvorming in de onderste laden en
op de middelste schappen veroorzaakt dit beïnvloedt het
correct functioneren van het apparaat niet. Wij raden u in elk
geval aan de groenten in te pakken om condensvorming te
voorkomen.
60833048NL.fm Page 33 Thursday, March 24, 2005 9:10 AM