Inhoudsopgave 1 2. 3. 4. 5. 6. Algemene veiligheidswaarschuwingen ______________________ 2 Installatie ____________________________________________ 10 Beschrijving van het bedieningspaneel _____________________ 16 Gebruiksaanwijzingen __________________________________ 22 Reiniging en onderhoud_________________________________ 23 Oplossingen voor storingen tijdens de werking _______________ 24 Wij wensen u van harte te bedanken voor uw keuze voor dit product van ons.
Aanwijzingen VERTALING VAN DE ORIGINELE AANWIJZINGEN 1 Algemene veiligheidswaarschuwingen Deze handleiding is een wezenlijk onderdeel van het apparaat. Ze moet voor naslag altijd in zijn geheel bij het apparaat bewaard te worden (ook in geval van doorverkoop). We adviseren om de in deze handleiding opgenomen aanwijzingen aandachtig door te lezen alvorens het apparaat in gebruik te nemen. Zij bevatten belangrijke informatie voor de installatie, gebruik en onderhoud van het apparaat.
Aanwijzingen Gebruik geen apparaten die transportschade hebben opgelopen! Neem bij twijfel contact op met uw verkoper. Dit apparaat moet geïnstalleerd en aangesloten worden volgens de aanwijzingen van de fabrikant. Gekwalificeerd personeel moet het apparaat installeren met inachtneming van de toepasselijke normen. Laat het verpakkingsmateriaal niet onbewaakt in de huiselijke omgeving liggen. Bewaar het verpakkingsmateriaal buiten bereik van kinderen.
Aanwijzingen Installeer het apparaat niet in de buurt van apparatuur met een hoge stralingstemperatuur (bv. gasbranders, haarden, enz.). Lees de aanwijzingen van de fabrikant van de apparatuur aandachtig door of informeer bij de fabrikant als het apparaat ingebouwd zal worden in een compartiment boven of onder ander apparatuur (bv. gasbranders, ovens, enz.).
Aanwijzingen Controleer of de netspanning en -frequentie overeenstemmen overeenkomt met de waarden die op de typeplaatje van het apparaat zijn aangegeven. De stekker aan de voedingskabel en het bijpassende stopcontact moeten van hetzelfde type zijn en voldoen aan de toepasselijke veiligheidsnormen voor elektrische installaties. Gebruik geen adapters of aftakdozen om mogelijke oververhitting of brand te voorkomen De stekker van het apparaat moet bereikbaar zijn na installatie.
Aanwijzingen De vaatwasser moet worden gebruikt door volwassenen. Het gebruik ervan door kinderen vanaf 8 jaar en personen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke en/of verstandelijke vermogens of met gebrek aan ervaring en kennis is uitsluitend toegestaan onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Houd kinderen uit de buurt van de vaatwasser als de deur open is.
Aanwijzingen Gebruik in het apparaat geen oplosmiddelen zoals alcohol en terpentine die tot ontploffingen kunnen leiden. Plaats geen met as, was of verf bevuilde vaat in het apparaat. Laat de deur van de vaatwasser niet open staan om te voorkomen dat u erover struikelt. De vaatwasser kan kantelen en/of beschadigd raken als op de deur geleund of gezeten wordt. Schakel de vaatwasser aan het einde van elk gebruik uit om onnodig energieverbruik te vermijden.
Aanwijzingen moet u deze laten vervangen door de fabrikant of een erkend servicecentrum. Sommige componenten zijn staan ook onder spanning als de aan/uit-schakelaar op uit is geplaatst. Koppel het apparaat van het elektriciteitsnet los, alvorens onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat te verrichten. De vaatwasser mag niet worden gereinigd met waterstralen of hogedruk- of een stoomreinigers. Modellen met “aquastop” Dit is een systeem dat bij lekkages overstromingen voorkomt.
Aanwijzingen 1.1 Verklaring van overeenstemming Het apparaat stemt overeen met de belangrijkste voorschriften van de volgende Europese richtlijnen: 2009/125/EG 2011/65/EU 2014/35/EU IEC/EN 62471, risicogroep 1 voor modellen met interne verlichting. IEC/EN 61770 1.2 Verwijdering Het apparaat moet gescheiden van ander afval worden verwijderd (richtlijnen 2012/19/EG).
Installeren 2. Installatie 2.1 Technische specificaties Toevoerwaterdruk Toevoerwatertemperatuur Inhoud Beschermingsgraad tegen vocht Bescherming tegen elektrische schokken Elektrische eigenschappen min. 0,05 - max. 0,9 MPa (min. 0,5 – max. 9 bar) max.
Installeren 2.2 Algemene informatie De vaatwasser kan tegen meubels of wanden worden geplaatst. Als de vaatwas machine naast een warmtebron wordt geplaatst moet een isolatiepaneel aangebracht worden om oververhitting en storingen aan het apparaat te vermijden. Om de installatie te vergemakkelijken kunnen de toeen afvoerleidingen in alle richtingen worden geplaatst. Zorg ervoor dat ze niet afgeklemd of geknikt worden en dat ze niet te strak gespannen komen te staan.
Installeren Het is ten strengste verboden om de vaatwasser onder een kookplaat in te bouwen. Het is tevens verboden om de vaatwasser rechtstreeks in aanraking met andere dan traditionele huishoudelijke apparaten voor de keuken (bijv. haarden, kachels enz.) te installeren. Bij installatie van de vaatwasser in een compartiment die aan andere huishoudelijke apparaten grenst, zult u zich nauwkeurig aan de voorschriften van de fabrikant van die apparaten moeten houden (minimumafstanden, installatiewijzen, enz.).
Installeren 2.3 Aansluiting op de waterleiding AANSLUITING OP DE WATERKRAAN Sluit de toevoerslang, na plaatsing van het bij de vaatwasser geleverde filter A, aan op een koudwaterkraan met een schroefdraad van ¾" gas. Draai de slang met de hand stevig vast en draai hem nog circa een kwartslag na met een tang. Bij de met “ACQUASTOP” uitgeruste modellen is het filter al in de ring met schroefdraad aangebracht. De vaatwasser kan aangesloten worden op een warm waterleiding van maximaal 60°C.
Installeren AANSLUITING OP DE AFVOER Plaats de afvoerslang in een afvoerpijp met een minimum diameter van 4 cm, de slang kan ook in de gootsteen worden gehangen met behulp van de bijgesloten slanghouder, waarbij rekening gehouden moet worden dat het niet geknikt zit of afgeklemd wordt. Het is belangrijk dat de slang niet kan losraken en vallen. Om deze reden heeft de slanghouder een gat voor het vastbinden aan de muur of kraan.
Installeren 2.4 Elektrische aansluiting Controleer of de voltage en frequentie van het elektriciteitsnet overeenstemmen met die vermeld op het typeplaatje van het apparaat op de rand aan de binnenzijde van de deur. De stekker aan de voedingskabel en het bijpassende stopcontact moet van hetzelfde type zijn en voldoen aan de regelgeving welke van kracht is. De stekker moet bereikbaar zijn na installatie. Trek nooit de stekker uit het stopcontact door aan de kabel te trekken.
Gebruiksaanwijzingen 3. Beschrijving van het bedieningspaneel 3.1 Het bedieningspaneel Alle bedieningsorganen en controle-instrumenten van de vaatwasser zijn samengebracht op het bedieningspaneel aan de voorzijde. De programmering en de keuze van de opties is uitsluitend mogelijk bij een gesloten deur.
Gebruiksaanwijzingen Waarschuwingsindicator glansspoelmiddel tekort Waarschuwingsindicator zout tekort Einde van de cyclus signaal “Kinderslot” optie waarschuwingslicht 000 Vertraagde start indicator, was cyclus duur en alarmen Programma fases waarschuwingslichten INSCHAKELEN Met de ON/OFF drukknop schakelt u de vaatwasser in en gaat het controlelampje branden. Ongeveer 3 seconden na deze handeling zal op de DISPLAY een melding verschijnen afhankelijk van de staat van de vaatwasser.
Gebruiksaanwijzingen Waarschuwing: tijdens de beginfase van het wassen programma hoort u de sproeiarmen niet omdat zij pas 5 minuten na het starten beginnen te draaien. Dit is de normale wascyclus-sequentie. EIND VAN HET PROGRAMMA Aan het einde van het programma toont het DISPLAY “Time to end”. Door het indrukken van een programma knop wordt “Time to end” uitgezet en is de wasmachine klaar om een nieuw cyclus te starten.
Gebruiksaanwijzingen P5 MIX 65° INTENSIVE 70° koud - - - - 15 3,5 0,02 - 45°C 2 koude 55°C (2) /70°C ● 125 (2)/ 75 12 1,15 - 48°C koud 44°C (2) /70°C ● 280 (2)/ 185 8,5 0,74 koud 65°C koud 55°C (2) /70°C ● 150 (2)/ 110 12 1,35 heet 70°C 2 koude 70°C ● 155 14,7 1,60 - 38°C - 50°C - 27 6,5 0,70 koud 50°C 2 koude 55°C (2) /70°C ● 135 (2)/ 85 14,7 1,15 - 55°C koud 55°C (2) /65°C ● 270/ 245 (2) 9 1,25 - 65°C koud 70°C ● 60 9 1,40 heet 70
Gebruiksaanwijzingen Automatische deuropening – Dry Assist Automatische deuropening is beschikbaar in de programma's met ** in de eerste kolom. (*) Standaardprogramma overeenkomstig de norm EN60436. De optie DRY ASSIST (als de toets aanwezig is) moet geactiveerd zijn. (1) Verbruik en programmaduur worden gemeten volgens de bepalingen van de EN 60436 norm. De waarden kunnen veranderen afhankelijk van verschillende factoren, zoals de temperatuur van de watertoevoer en de hoeveelheid vaatwerk.
Gebruiksaanwijzingen Programmabeschrijving: WEKEN Spoelen van het vaatwerk in afwachting van het wassen. DELICAAT Licht bevuilde wijnglazen en gemengd vaatwerk. ECO Programma met lager wateren energieverbruik, aanbevolen voor normaal bevuild vaatwerk, ook met droge resten. MIX 65° Normaal bevuild gemengd vaatwerk en pannen, ook met droge resten. INTENSIVE 70° Sterk bevuilde borden en pannen, ook met droge resten.
Gebruiksaanwijzingen 4. Gebruiksaanwijzingen Verwijder na het installeren van de vaatwasser de eindstoppen van de manden. 4.1 Zout bijvullen Het zout vermijdt dat kalk kan ontstaan. Draai de dop van het reservoir. Vul het reservoir uitsluitend bij het eerste gebruik met een liter water. Voeg het zout toe met de geleverde trechter (ongeveer 1 kg). Draai de dop weer vast en verwijder eventuele zoutresten. Raadpleeg de volledige handleiding op de website om de waterhardheid aan te passen.
Gebruiksaanwijzingen 5. Reiniging en onderhoud Haal de stekker uit het stopcontact of onderbreek de spanning met de meerpolige schakelaar, voordat u onderhoud aan het apparaat verricht. SCHOONMAKEN VAN HET WATERTOEVOERFILTER Sluit de tapkraan, schroef het uiteinde van de watertoevoerslang los, verwijder het filter A en reinig dit onder een stromende waterstraal. Plaats het filter A terug in de houder en schroef de slang er voorzichtig weer op.
Gebruiksaanwijzingen 6. Oplossingen voor storingen tijdens de werking De vaatwasser is uitgerust met een auto-diagnose systeem dat een vooraf geprogrammeerde reeks van mogelijke storingen van de vaatwasser kan opsporen en signaleren. TABEL VAN DOOR HET AUTO DIAGNOSE SYSTEEM GECONSTATEERDE STORINGEN STORING BESCHRIJVING Error 01 De overstromingsbeveiliging (indien aanwezig) is in werking getreden. Error 02 Het systeem dat het waterniveau in de vaatwasser beperkt heeft ingegrepen.