Operation Manual

Instructies voor de gebruiker
74
7. Gebruik van de kookplaat
Vergewis u ervan dat de vlamverdelerkransen, de kapjes en
de roosters correct gemonteerd zijn.
De stiften A van de vlamverdelerkransen moeten in de
uitsparingen B van de branderringen vallen en de stiften C
van de roosters moeten geblokkeerd worden in de
respectievelijke behuizingen in de plaat.
7.1 Ontsteking van de branders met veiligheidsvoorziening
Ter hoogte van elke knop wordt de bijbehorende brander aangegeven (het voorbeeld
hiernaast correspondeert met de brander links voor).
Het apparaat is voorzien van een elektronische ontsteking. Het is voldoende de knop
in te drukken en tegelijkertijd tegen de klok in te draaien op het symbool van de
kleinste vlam , totdat de ontsteking heeft plaatsgevonden. Houd de knop ongeveer 2
seconden ingedrukt om de vlam brandend te houden en om de veiligheidsvoorziening
te activeren. Het kan gebeuren dat de brander uitgaat op het moment dat u de knop
loslaat. In dat geval moet de handeling worden herhaald en de knop langer ingedrukt
gehouden worden.
Als de branders per ongeluk uitgaan, blokkeert de veiligheidsvoorziening na ongeveer
20 seconden de gastoevoer, ook als de kraan open staat.
7.2 Praktische wenken voor het gebruik van de branders
Voor een beter rendement van de branders en een minimaal
gasverbruik moeten er pannen met een vlakke, regelmatige bodem
worden gebruikt en met een deksel, met de juiste afmeting ten
opzichte van de brander (zie paragraaf “7.3 Diameter van de
pannen”).
Vermijd tijdens het koken brandwonden of beschadiging van het
werkblad door alle schalen of (grill)pannen binnen de omtrek van de
kookplaat te houden met een minimum afstand van 3-4 cm tot de
knoppen.
7.3 Diameter van de pannen
BRANDERS
1 Hulpbrander
2 Halfsnelle
3 Gemiddelde
4 Snelle grote
5 UR
Ø min. en max. (in cm)
7-18
10-24
18-24
20-24
20-28