User manual

Gebruik
126
Praktisch advies voor het gebruik van de
kookplaat
Voor een optimaal rendement van de
branders en een minimaal gasverbruik
moeten pannen gebruikt worden met een
deksel en die geschikt zijn voor de brander,
om te voorkomen dat de vlam langs de
zijkanten lekt. Wanneer de vloeistof begint
te koken, moet de vlam laag gedraaid
worden om te vermijden dat de vloeistof
overkookt.
Om brandwonden te vermijden en schade
aan de kookplaat of het werkblad te
voorkomen, moeten tijdens de bereiding
alle pannen en vleesroosters binnen de
omtrek van de kookplaat blijven.
Gebruiksbeperkingen van de
vleesroosters
Wanneer u een vleesrooster wilt gebruiken,
moet het volgende advies opgevolgd
worden:
• De vleesroosters mogen niet uitsteken
buiten de omtrek van de kookplaat;
• Om schade aan het apparaat en de
teflon bekleding te vermijden, mogen de
aluminium vleesroosters met teflonlaag
maximaal 5 minuten leeg worden
opgewarmd. Breng vervolgens het
voedsel aan op het vleesrooster en
bereid het. Gebruik het vleesrooster
maximaal 40 minuten lang;
• Gebruik geen vleesroosters of platen voor
de bereiding of de verwarming van
voedsel op de ultrasnelle brander (UR3).
Als een van de branders nabij de houten
achterwand een ultrasnelle brander is
(UR3), moet u tussen het vleesrooster en
die wand een afstand van 160 mm
aanhouden.
Let erop dat de vlammen van de brander
niet onder de rand van het vleesrooster
uit komen.
• Houd de zijwand op minimaal 160 mm
van de rand van het vleesrooster.
• Plaats het vleesrooster niet op meerdere
branders tegelijk.
• Gebruik het vleesrooster maximaal
40 minuten.
Diameter van de pannen:
AUX: 16 - 26 cm.
SR: 22 - 26 cm.
UR2: 26 - 34 cm.
Na elk gebruik moet steeds
gecontroleerd worden of de
bedieningsknoppen zich in de
positie (uit) bevinden.