Operation Manual
Instructies Voor de Installateur
AANSLUITING OP DE WATERKRAAN
Sluit de toevoerslang, na plaatsing van het bij de
vaatwasser geleverde filter
A
, aan op een koudwaterkraan
met een schroefdraad van ¾" gas.
Draai de slang met de
hand stevig vast en draai hem nog circa een kwartslag
na met een tang.
Bij de met ACQUASTOP uitgeruste modellen is het
filter al in de ring met schroefdraad aangebracht.
De vaatwasser kan worden gevuld met water van
maximaal 60°C.
Bij
gebruik van warm water zal de wastijd met circa 20 minuten worden
teruggebracht, hoewel de efficiëntie iets minder zal zijn. De aansluiting
moet worden uitgevoerd op de warmwaterleiding van het huis en op
dezelfde wijze als beschreven voor het koude water.
AANSLUITING OP DE AFVOER
Plaats de afvoerslang in een
afvoerpijp met een minimum-
diameter van
4 cm
; de slang kan
ook in de gootsteen worden
gehangen met behulp van de
bijgesloten slanghouder, waarbij er
echter voor moet worden opgelet
dat hij niet wordt geknikt of
afgeklemd. Het is belangrijk dat de
slang niet kan losraken en vallen.
Om deze reden heeft de
slanghouder een gat waarmee hij
met behulp van een touwtje aan de
pijp of kraan kan worden bevestigd.
Het vrije eind moet op een hoogte tussen de
30
en
100 cm
worden
aangebracht en mag nooit onder water staan. Horizontaal geplaatste
verlengstukken mogen maximaal 3 m lang zijn en in dat geval moet de
afvoerslang maximaal
85 cm
van de grond af worden aangebracht.
2.2 Elektrische aansluiting
Steek de steker in een passend stopcontact en in overeenstemming met
de instructies van hfst. "1. Aanwijzingen voor veiligheid en gebruik".