GEBRUIKSAANWIJZING LEIDRAAD VOOR HET GEBRUIK VAN DE VAATWASSER
Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. Beschrijving van het bedieningspaneel_______________________ 2 Gebruiksinstructies _____________________________________ 13 Schoonmak en onderhoud _______________________________ 25 Oplossingen voor storingen in de werking ___________________ 30 Wij wensen u van harte te bedanken voor uw keuze voor dit product van ons.
Instructies voor de gebruiker 1. Beschrijving van het bedieningspaneel 1.1 Het frontpaneel Alle bedieningsorganen en controle-instrumenten van de vaatwasser zijn samengebracht op het frontpaneel aan de voorzijde. De programmering en de keuze van de opties is uitsluitend mogelijk bij een gesloten deur. Het afgebeelde paneel dient slechts ter indicatie; afhankelijk van het model zullen de vorm, controlelampjes en drukknoppen kunnen afwijken. 1 DRUKKNOP ON/OFF 2 DRUKKNOP PROGRAMMAKEUZE (P1...
Instructies voor de gebruiker << OPTIES (6)>> In deze zone vindt u, afhankelijk van het model, de informatiedisplay en één of meer van de volgende, aan symbolen herkenbare opties die verderop in de handleiding worden verklaard. Alle opties, uitgezonderd de “Flexi Tabs”, worden op het eind van de wascyclus gedesactiveerd. Om de optie “Flexi Tabs” te desactiveren moet u het drukknopje indrukken (het controlelampje gaat uit).
Instructies voor de gebruiker PROGRAMMATABEL PROGRAMMA NUMMER EN SYMBOOL 1 WEKEN DUUR LADEN VAN VAAT EN BESTEK Pannen en vaatwerk in afwatching van de Koud voorwassen voltooiing van de belading 2 KRISTAL WERK BELADING WATER LITER ENERGIE KWh (1) 9 5 0,02 Wassen op 45°C Koud spoelen Spoelen op 70°C Drogen 59 12 0,90 Normaal vieze vaat, ook met opgedroogde resten.
Instructies voor de gebruiker DUUR PROGRAMMA NUMMER EN SYMBOOL LADEN VAN VAAT EN BESTEK 6 SNEL 27’ + 7 NORMAAL + 8 DAGELIJKS + 9 KRACHTIG en SNEL PROGRAMMA’S VERBRUIK MINUTEN (1) WATER LITER ENERGIE KWh (1) Weinig vieze vaat die onmiddellijk na het gebruik wordt gewassen Wassen op 38°C Spoelen op 50°C 27 6,5 0,70 Normaal vieze vaat, ook met opgedroogde resten.
Instructies voor de gebruiker OPMERKINGEN EN VERWIJZINGEN Gebruik het weken uitsluitend bij een gedeeltelijke belading. De opties kunnen niet met het weken programma worden gebruikt. Standard wasprogramma volgens de EN 50242 norm. * ** Zie bijgevoegd blad (1) Het verbruik en de duur van het programma zijn gemeten overeenkomstig de voorschriften van EN 50242. De waarden kunnen afwijken afhankelijk van de temperatuur van het vulwater en de omgeving en van het type en de hoeveelheid vaat.
Instructies voor de gebruiker 1.2 Wasprogramma’s Alvorens een wasprogramma te starten moet controleren of: • de waterkraan geopend is; • er regeneratiezout in het reservoir aanwezig is; • er voldoende afwasmiddel in het bakje is gedaan; • de korven op de juiste wijze zijn beladen; • de sproeiarmen vrij, onbelemmerd kunnen draaien; • De vaatwasserdeur op correcte wijze is gesloten. u INSCHAKELEN Met de ON/OFF (1) drukknop schakelt u de vaatwasser in en gaat het controlelampje (4) branden.
Instructies voor de gebruiker STARTEN VAN HET PROGRAMMA Om de vaatwasser te starten moet u de drukknop START/PAUZE (3) enkele seconden lang indrukken tot het controlelampje van de eerste fase van het geselecteerde programma begint te knipperen (biep ter bevestiging). De hier afgebeelde tijsduur, die tijdens de cyclus wordt aangepast, is “indicatief”, want beïnvloed door de wasomstandigheden, zoals de hoevelheid en aard van de vaat, de aanvoertemperatuur van het water enz.
Instructies voor de gebruiker ONDERBREKING VAN HET PROGRAMMA Om een lopend programma te onderbreken, moet u: • • het drkknopje START/PAUZE (3), indrukken, het controlelampje van de lopende fase gaat uit; de druktoets ingedrukt houden tot de controlelampjes FASEN/PROGRAMMA (7) gaan branden (biep ter bevestiging).
Instructies voor de gebruiker HYCLEAN Het "HYCLEAN" programma verlengt de laatste spoelbeurt om een verdere vermindering van het aantal bacteriën te garanderen. Indien tijdens die fase van het wasprogramma de temperatuur niet constant wordt gehouden (vanwege bijvoorbeeld het openen van de deur of een stroomuitval), zullen het controlelampje van de optie en die van de programma's knipperen om aan te geven dat deze extra fase van het wasprogramma niet naar wens is afgerond.
Instructies voor de gebruiker UITSTEL VAN HET PROGRAMMA Met de drukknop UITSTEL PROGRAMMA kunt u de start van het wasprogramma met 3, 6 of 9 uur uitstellen. Met deze functie kunt u de vaatwasser gedurende de gewenste tijdspanne laten draaien. Nadat u het uitstel heeft geselecteerd moet u het programma starten (zie de daaraan gewijde paragraaf). De vaatwasser zal een voorwas afronden waarna de ingestelde "programma-uitstel" in werking zal treden (het controlelampje dat hoort bij resp.
Instructies voor de gebruiker OM ENERGIE TE BESPAREN! … EN VOOR HET BEHOUD VAN HET MILIEU • Gebruik de vaatwasser altijd met een volledige belading. • Probeer om de vaatwasser altijd volledig gevuld te gebruiken. • Was de vaat niet onder stromend water. • Gebruik het voor de aard van de vaat meest geschikte programma. • Spoel niet vooraf eerst af. • Sluit, indien mogelijk, de vaatwasser aan op een warmwaterleiding tot 60°C.
Instructies voor de gebruiker 2. Gebruiksinstructies Na de vaatwasser op correcte wijze te hebben geïnstalleerd zijn de volgende handelingen noodzakelijk om hem te kunnen gebruiken: • • • Regeling van de ontharder; Vullen met het regeneratiezout; Vullen met glansspoelmiddel en afwasmiddel. 2.
Instructies voor de gebruiker • • Gebruik geen keukenzout, omdat dit niet-oplosbare substanties bevat die na verloop van tijd het onthardingssysteem kunnen beschadigen. Vul het zout bij vóór u het wasprogramma start; op deze wijze zal de overtollige zoutoplossing onmiddellijk door het water worden verwijderd; een langdurige aanwezigheid van zout water in de waskuip kan tot corrosievorming leiden.
Instructies voor de gebruiker TABEL HARDHEID VAN HET WATER Duitse Graden (°dH) Franse graden (°dF) 0-6 0 - 11 7 - 10 12 - 18 11 - 15 19 - 27 16 - 21 28 - 37 22 - 28 38 - 50 29 - 35 51 - 62 36 - 50 63 - 90 REGELING Alle controlelampjes uit (geen zout) Éen controlelampje aan Twee controlelampjes aan Drie controlelampjes aan Vier controlelampjes aan Vijf controlelampjes aan Twee controlelampjes aan Vraag het waterleidingbedrijft om de informatie betreffende de hardheidsgraad van het water.
Instructies voor de gebruiker TOEVOEGING VAN HET GLANSSPOELMIDDEL Het glansspoelmiddel zal het opdrogen van de vaat versnellen en de vorming van vlekken en kalkafzettingen voorkomen; het wordt automatisch tijdens de laatste spoelbeurt aan het water toegevoegd. Om het glansspoelmiddel toe te voegen: • Open de deur. • Draai de dop van het reservoir ¼ slag linksom en verwijder hem. • Vul het glansspoelmiddel bij tot het bakje vol is (circa 140 c.c.). Het venstertje naast de dop moet helemaal donker worden.
Instructies voor de gebruiker VULLEN MET AFWASMIDDEL Om het deksel van het bakje te openen moet u drukknop P een weinig indrukken. Voeg het afwasmiddel toe en sluit het deksel zorgvuldig af. Tijdens het wassen zal het bakje automatisch worden geopend. • • • • • • Wanneer u een programma met warme voorwas kiest (zie de programmatabel), moet u een extra hoeveelheid afwasmiddel in de holte G/H (afhankelijk van de modellen) doen. Gebruik uitsluitend specifieke afwasmiddelen voor vaatwassers.
Instructies voor de gebruiker De aanwezigheid van, ook vloeibaar afwasmiddel, in glansspoelmiddelreservoir zal de vaatwasser beschadigen. 2.3 het Waarschuwingen en algemene aanbevelingen Vóór de eerste ingebruikneming van de vaatwasser verdient het aanbeveling om eerst de onderstaande aanbevelingen met betrekking tot de aard van de te wassen vaat en de plaatsing ervan te lezen.
Instructies voor de gebruiker LET OP! • • • • • Controleer of de couverts goed stevig staan en niet kunnen omvallen en de draaiing van de sproeiarmen tijdens de werking niet belemmeren; plaats geen hele kleine voorwerpen in de korven die bij het vallen de sproeiarmen of de waspomp zouden kunnen blokkeren; vaat zoals bijv.
Instructies voor de gebruiker 2.4 Gebruik van de korven De vaatwasser heeft een capaciteit van 10 couverts inclusief het opdienservies. DE ONDERSTE KORF De onderste korf is ervoor bestemd om de vuilste vaat te bevatten. Alle beladingscombinaties en -variaties zijn toegestaan, op voorwaarde dat het servies, de pannen en de koekenpannen zo zijn geplaatst dat alle vuile oppervlakken de van onderen afkomstige waterstralen ontvangen.
Instructies voor de gebruiker ACCESSOIRES ONDERSTE KORF Sommige modellen hebben praktische accessoires voor de onderste korf die een betere droging van de borden verzekeren. U vindt deze accessoires in het daarvoor bestemde zakje; om ze te gebruiken hoeft u ze alleen maar in de speciale openingen te steken zoals afgebeeld in de tekening.
Instructies voor de gebruiker BOVENSTE KORF Het wordt aangeraden om de bovenste korf te vullen met klein of middelgroot serviesgoed, zoals bijvoorbeeld glazen, kleine borden, koffie- en theekopjes, platte schotels en lichte, hittebestendige plastic voorwerpen. Bij gebruik van de bovenste korf in de laagste stand kunnen er ook dienborden in worden geplaatst, mits slechts licht bevuild. De bovenste korf beschikt over twee "bestekcontainer" flappen die naar wens kunnen worden geopend of gesloten.
Instructies voor de gebruiker REGELING VAN DE BOVENSTE KORF De bovenste korf kan in de hoogte worden afgesteld, afhankelijk van de behoeften en de afmetingen van de vaat in de onderste korf. Regel- en extractiesysteem • • • • draai de blokkeringen E van beide geleiders, rechts en links, 90°; trek de korf eruit; til de korf op en steek de laagste wielenparen in de geleiders; zet de blokkeringen E weer terug in de beginstand.
Instructies voor de gebruiker Quicklift regelsysteem: regeling in 3 standen (1 minimumhoogte, 3 maximumhoogte). De regeling geschiedt «trapsgewijs», door het gelijktijdig opheffen van beide zijden van de korf. Om terug te keren naar de minimumstand moet u vanuit iedere stand de korf opheffen tot het eind van zijn baan en hem weer laten gaan.
Instructies voor de gebruiker 3. Schoonmaken en onderhoud Voordat u onderhoud gaat uitvoeren op het apparaat moet u de stekker uit het stopcontact verwijderen of de spanning onderbreken met de meerpolige scheidingsinrichting. 3.1 Waarschuwingen en algemene aanbevelingen Vermijd het gebruik van schurende of bijtende schoonmaakmiddelen.
Instructies voor de gebruiker REINIGING VAN DE ONDERSTE OSCILLERENDE SPROEIARM ● Pak het onderste sproeiarmsamenstel beet en trek hem naar boven om hem los te maken. ● Scheid de oscillerende arm A van sproeier B. ● Keer de oscillerende arm A om, zodat het tandwiel C loskomt terwijl u de tanden D indrukt en linksom draait. ● Trek wiel C weg en was alle onderdelen onder stromend water. Monteer het sproeiarmsamenstel weer in omgekeerde volgorde.
Instructies voor de gebruiker SCHOONMAKEN VAN DE FILTERGROEP • Het verdient aanbeveling om regelmatig het centrale filter schoon te maken. Om hem te verwijderen moet u het sproeiarmsamenstel beetpakken en naar boven trekken; • Draai microfilter M linksom om hem los te haken en te verwijderen. Til vervolgens het roestvrijstalen filter F op. • Druk van onderen tegen het centrale filter H om hem uit het microfilter te verwijderen.
Instructies voor de gebruiker WAARSCHUWINGEN EN AANBEVELINGEN VOOR EEN GOED ONDERHOUD: • De filters moeten met een harde borstel onder een waterstraal worden schoongemaakt. • Controleer bij het verwijderen van het filter of er geen etensresten op zijn achtergebleven. Eventuele in het putje gevallen resten zouden bepaalde hydraulische onderdelen kunnen blokkeren of de mondstukken van de sproeiers kunnen verstoppen.
Instructies voor de gebruiker Indien de vaat niet schoon mocht blijken, moet u controleren of: • • • • • • • er (voldoende) afwasmiddel is ingevoerd; er regeneratiezout in het speciale reservoir zit; de vaat op de juiste wijze is geplaatst; het geselecteerde programma geschikt was voor het type en de aard van vervuiling van de vaat; alle filters schoon zijn en op de juiste wijze in hun houders zijn geplaatst; de wateropeningen van de sproeiarmen niet verstopt zijn; de draaiing van de sproeiarmen niet erge
Instructies voor de gebruiker 4. Oplossingen voor storingen in de werking De vaatwasser is in staat om een aantal storingen te melden door het gelijktijdig oplichten van meerdere controlelampjes met de volgende betekenis: STORING E1 E2 E3 E4 E5 E6 30 BESCHRIJVING Storing aquastop De overstromingsbeveiliging is in werking getreden (uitsluitend voor de hiermee uitgeruste modellen). Hij treedt in werking bij waterlekkages. U moet zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Instructies voor de gebruiker STORING E7 E8 E9 Controlelampje uit BESCHRIJVING Afwijking aan het schoepenwieltje (uitsluitend voor de hiermee uitgeruste modellen) De binnengestroomde hoeveelheid water wordt niet precies gemeten. Onderbreek het lopende programma en schakel de vaatwasser uit. Schakel de vaatwasser weer in, programmeer hem opnieuw en start de wascyclus. Wanneer het probleem aanhoudt moet u zich wenden tot de technische dienst van de klantenservice.
Instructies voor de gebruiker TECHNISCHE GEGEVENS Breedte Diepte, gemeten vanaf de buitenzijde van het bedieningspaneel Hoogte (afhankelijk van de modellen) Capaciteit Druk van het toevoerwater Elektrische gegevens 32 497 ÷ 499 mm Vrijstand: 6000 mm Geïntegreerd: 570 mm Vrijstand: van 850 mm tot 870 mm Geïntegreerd: van 820 mm tot 870 mm 10 Standaardcouverts min. 0,05 - max. 0,9 MPa (min. 0.5 – max.