Operation Manual
Instructies voor de gebruiker
25
3. Schoonmaken en onderhoud
Voordat u onderhoud gaat uitvoeren op het apparaat moet u de
stekker uit het stopcontact verwijderen of de spanning onderbreken
met de meerpolige scheidingsinrichting.
3.1 Waarschuwingen en algemene aanbevelingen
Vermijd het gebruik van schurende of bijtende schoonmaakmiddelen.
De buitenoppervlakken en de contradeur van de vaatwasser moeten met
regelmatige tussenpozen met een zachte met een normaal
schoonmaakmiddel voor geverfde oppervlakken bevochtigde doek worden
schoongemaakt. De pakkingen van de deur moeten met een vochtige spons
worden schoongemaakt. Periodiek (één of twee keer per jaar) verdient het
aanbeveling om al het vuil dat zich op de kuip en de afdichtingen heeft
gevormd met een zachte doek en wat water te verwijderen.
SCHOONMAKEN VAN HET WATERTOEVOERFILTER
Het na de kraan geplaatste toevoerfilter voor het water A moet
regelmatig worden schoongemaakt. Sluit de waterkraan, draai het
uiteinde van de toevoerslang los, verwijder het filter A en maak hem
voorzichtig onder een straal water schoon. Plaats het filter A weer in
diens houder terug en draai de watertoevoerslang zorgvuldig vast.
SCHOONMAKEN VAN DE
SPROEIARMEN
De sproeiarmen kunnen
gemakkelijk worden verwijderd om
de mondstukken periodiek te
reinigen en mogelijke
verstoppingen te voorkomen. Was
ze onder een straal water en
plaats ze weer zorgvuldig in hun
houders terug en controleer of
hun draaibeweging op geen
enkele wijze wijze wordt
belemmerd.
Om de bovenste sproeiarm te
verwijderen moet de stelring R
worden losgedraaid.