User manual
10
4
4.3
4.4
4.2
Een ingebouwd controlesysteem geeft informatie via lichtsignalen of
tekstmeldingen op het display.
Een informatiemelding wordt altijd met een vast brandende tekst weer-
gegeven en een storingsmelding met een knipperende tekst. Het ge-
luidssignaal dat enkele storingsmeldingen vergezelt, kan afgezet worden
door de toets Alarm op het hoofdbedieningspaneel aan te raken.
De lijst van storingsmeldingen is achterin deze handleiding opgenomen.
Inschakeling en uitschakeling van de apparatuur
Elk model is zorgvuldig getest voordat het de fabriek verlaat en zoda-
nig afgesteld dat hoge prestaties en een optimaal verbruik zijn verze-
kerd. Gewoonlijk is het dus niet nodig om deze instellingen te wijzigen.
Maar in geval van bijzondere behoeften, kunnen de temperaturen als
volgt opnieuw worden ingesteld:
Koelkastcompartiment
Vriezercompartiment
(Multizone)
+2°C t/m +8°C (35.6°F t/m 46.4°F), de aanbevolen temperatuur is vooraf
ingesteld op +5°C (41°F).
Raak, om te wijzigen, de toetsen Up/Down
lichtjes aan.
Bij de eerste aanraking verschijnt de ingestelde temperatuur op het dis-
play.Raak de toetsen opnieuw aan om deze temperatuur te wijzigen tot-
dat de gewenste temperatuur wordt bereikt.
Vriezercompartiment -15°C t/m -22°C (5°F t/m -7,6°F), de aanbevolen
temperatuur is vooraf ingesteld op -18° (0°F).
Raak, om te wijzigen, de toetsen Up/Down
lichtjes aan.
Bij de eerste aanraking verschijnt de ingestelde temperatuur op het dis-
play. Raak de toetsen opnieuw aan om deze temperatuur te wijzigen
totdat de gewenste temperatuur wordt bereikt.
Indien het compartiment gebruikt wordt als koelkastcompartiment of als
0°C-compartiment (Multizone functie), zullen de aanbevolen en vooraf
ingestelde temperaturen de temperaturen zijn die met de betreffende
compartimenten overeenkomen.
De weergegeven temperatuur kan iets afwijken
van de ingestelde temperatuur, wegens het con-
tinu openen van deuren of inbrengen van voedsel
op kamertemperatuur of in grote hoeveelheden.
Er kunnen 6 tot 12 uur nodig zijn om de geselec-
teerde temperatuur te bereiken.
Activering van de Ice Maker
De toets Ice Maker op het hoofdbedieningspaneel zorgt voor acti-
vering van de automatische ijsmaker.
Wanneer deze in werking is, is de toets verlicht.
Controleer, alvorens de Ice Maker voor de eerste keer te activeren, of
het waterlterelement geïnstalleerd is en voer een spoeling van het
hydraulische circuit uit.
Bedien hiervoor de toetsen Enter en Ice Maker .
Na enkele minuten kan de Ice Maker geactiveerd worden.
Informatie en storingen op het display
De temperatuur op basis van de diverse behoeften regelen
Activeer de Ice Maker niet als de apparatuur
niet op de waterleiding is aangesloten.