User manual

PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
Wat moet u doen als ...
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgescha‐
keld.
Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch ap‐
paraat op het stopcontact aan.
Bel een gekwalificeerd elektri‐
cien.
De deur is open gelaten. Sluit de deur. Zie "Deur open
alarm"
Er verschijnt een of -
symbool in plaats van getal‐
len op het temperatuurdis‐
play.
Probleem met de tempe‐
ratuur van de sensor.
Neem contact op met de klan‐
tenservice (het koelsysteem
blijft werken om uw levensmid‐
delen koud te houden, maar
de temperatuur kan niet aan‐
gepast worden).
Het lampje werkt niet. Het lampje staat in stand-
by.
Sluit en open de deur.
Het lampje is stuk. Neem contact op met de
dichtstbijzijnde klantenservice.
De compressor werkt conti‐
nu.
De temperatuur is fout in‐
gesteld.
Zie "Werking".
Er worden veel producten
tegelijk geplaatst.
Wacht een paar uur en contro‐
leer dan nogmaals de tempe‐
ratuur.
De kamertemperatuur is te
hoog.
Zie het typeplaatje voor de kli‐
maatklasse.
Het voedsel dat in het ap‐
paraat werd geplaatst,
was te warm.
Laat voedsel afkoelen tot ka‐
mertemperatuur voordat u het
opslaat.
De deur is niet goed ge‐
sloten.
Zie 'De deur sluiten'.
14