User manual
Instructies voor de gebruiker
75
7.6 Alarmen
Er zijn alarmen aanwezig die melden wanneer de limietwaarden van de sensor van de lage temperatuur
en de hoge temperatuur worden overschreden.
Het alarm produceert een geluidssignaal en op het display wordt een waarschuwing weergegeven.
- Alarm hoge temperatuur: geluidssignaal + weergave op het display van afwisselend “H
W$” en de
effectieve temperatuur
- Alarm lage temperatuur: geluidssignaal + weergave op het display van afwisselend “LW$” en de
effectieve temperatuur
De temperatuuralarmen zijn afhankelijk van de referentiewaarden.
Het geluidssignaal kan gedesactiveerd worden door op eender welke knop van de thermostaat te
drukken. Druk op de knop on/off om het alarm te wissen dat wordt weergegeven op het display, en druk
nogmaals op de knop om de compressor weer in te schakelen.
7.7 Bewaartemperatuur
Zoals u ongetwijfeld weet moet iedere wijn bij een specifieke temperatuur worden bewaard en genuttigd
om de organoleptische kwaliteiten ervan op passende wijze te kunnen appreciëren. Onderstaand vindt u
een tabel met de juiste temperaturen afhankelijk van de wijn
WIJN
TEMPERATUUR
Jonge witte wijnen 10° - 12° C
Rijpe witte wijnen 12° - 14° C
Jonge en lichte rosé’s 10° - 12° C
Rijpe en volle rosé’s 12° - 14° C
Rode primeurwijnen 10° - 14° C
Jonge rode wijnen, licht, met weinig
tannine
14° - 16° C
Rijpe en volle rode wijnen, rijk aan tannine 16° - 18° C
Lang gerijpte en geraffineerde rode wijnen 16° - 18° C
Zoete en aromatische mousserende wijnen 8° C
Rode, zoete, aromatische mousserende
wijnen
10° - 12° C
Mousserende wijnen “Charmatproces” 8° - 10° C
Mousserende wijnen “Lang
Charmatproces”
10° - 12° C
Mousserende wijnen “méthode
traditionelle" zonder jaarvermelding
8° - 10° C
Mousserende wijnen “méthode
traditionelle" met wijn uit één jaar”
10° - 12° C
Passito- en zoete wijnen 10° - 18° C
Versterkte of likeurwijnen 10° - 18° C