Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. WAARSCHUWINGEN VOOR HET GEBRUIK ................................... 116 INSTRUCTIES VOOR DE AFVALVERWERKING - ONZE ZORG VOOR HET MILIEU ........................................................................................ 117 WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID.................................. 118 LEER UW OVEN KENNEN................................................................. 119 VÓÓR DE INSTALLATIE ............................................
Waarschuwingen voor het gebruik 1. WAARSCHUWINGEN VOOR HET GEBRUIK DEZE HANDLEIDING IS EEN INTEGREREND ONDERDEEL VAN HET APPARAAT. HIJ MOET GEDURENDE DE VOLLEDIGE LEVENSDUUR VAN DE OVEN INTACT EN BINNEN BEREIK WORDEN BEWAARD. WIJ BEVELEN AAN OM DEZE HANDLEIDING EN ALLE ERIN OPGENOMEN AANWIJZINGEN AANDACHTIG DOOR TE LEZEN ALVORENS HET APPARAAT IN GEBRUIK TE NEMEN. DE INSTALLATIE ZAL MOETEN WORDEN UITGEVOERD DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL EN IN OVEREENSTEMMING MET DE GELDENDE NORMEN.
Instructies voor het verwerken 2. INSTRUCTIES VOOR DE AFVALVERWERKING ONZE ZORG VOOR HET MILIEU Wij gebruiken voor de verpakking van onze producten niet-vervuilende en dus milieuvriendelijke en recyclebare materialen . Wij vragen om uw medewerking door te zorgen voor een juiste verwerking van het verpakkingsmateriaal. De adressen van de centra voor het verzamelen, de recyclage of de verwerking zijn beschikbaar bij uw wederverkoper of bij de plaatselijke betrokken instanties.
Waarschuwingen voor de veiligheid 3. WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID RAADPLEEG DE INSTALLATIE-INSTRUCTIES VOOR DE VEILIGHEIDSNORMEN VOOR ELEKTRISCHE OF GASAPPARATEN EN VOOR DE VENTILATIEFUNCTIES. IN UW BELANG EN VOOR UW VEILIGHEID IS WETTELIJK BESLOTEN DAT DE INSTALLATIE EN DE ASSISTENTIE VAN ALLE ELEKTRISCHE APPARATEN MOET WORDEN UITGEVOERD DOOR GEKWALIFICEERD PERSONEEL MET INACHTNEMING VAN DE VAN TOEPASSING ZIJNDE NORMEN.
Instructies voor de gebruiker 4. LEER UW OVEN KENNEN BEDIENINGSPANEEL OVENLAMPJE OVENVENTILATOR (ALLEEN OP BEPAALDE MODELLEN) SUPPORTEN VOOR ROOSTERS EN OVENSCHALEN 5. VÓÓR DE INSTALLATIE Laat de resten van het verpakkingsmateriaal niet onbeheerd achter in de huiselijke omgeving. Scheid de verschillende van de verpakking afkomstige afvalmaterialen en lever ze af bij het dichtstbijzijnde centrum voor de gedifferentieerde verzameling van het afval.
Instructies voor de gebruiker 6. BESCHRIJVING VAN DE BEDIENINGSORGANEN VAN HET BEDIENINGSPANEEL Alle bedieningsorganen en controle-eenheden van de keuken bevinden zich op het bedieningspaneel. In de onderstaande tabel vindt u een beschrijving van de gebruikte symbolen.
Instructies voor de gebruiker THERMOSTAATKNOP U kunt de kooktemperatuur instellen door de knop rechtsom te draaien op de gewenste stand, tussen 50° en 250°C. Bij het model met glazen bedieningspaneel is de maximumtemperatuur 260°C.
Instructies voor de gebruiker CONTROLELAMPJE THERMOSTAAT Het branden ervan wijst erop dat de oven wordt opgewarmd. Wanneer het uitgaat is de vooraf ingestelde temperatuur bereikt. Het regelmatig knipperen wijst erop dat de temperatuur in de oven continu op het ingestelde niveau wordt gehouden. BEDIENINGSKNOP KOOKPLAAT Met deze knop regelt u de verwarming naar de kookplaat, door hem rechtsom te draaien in de gewenste stand, tussen 2 en 12.
Instructies voor de gebruiker 7. ELEKTRONISCHE PROGRAMMEEREENHEID LIJST VAN FUNCTIES DRUKKNOP KOOKWEKKER DRUKKNOP DUUR KOOKTIJD DRUKKNOP EINDE KOOKTIJD DRUKKNOP AFNAME WAARDE DRUKKNOP TOENAME WAARDE DRUKKNOP MANUELE WERKING 7.1 Instellen van de juiste tijd Bij het eerste gebruik van de oven, of na een stroomonderbreking, zal de display met regelmatige onderbrekingen knipperen en aangeven. Wanneer u toets indrukt wordt het knipperen van de display beëindigd.
Instructies voor de gebruiker 7.2 Halfautomatisch koken Deze instelling dient er alleen maar voor om de oven automatisch uit te laten schakelen op het eind van de kooktijd. Wanneer u toets indrukt zal de display oplichten en de cijfers tonen; houd hem ingedrukt en gebruik tegelijkertijd de toetsen voor de wijziging van de waarde of om de duur van de kooktijd in te stellen.
Instructies voor de gebruiker Wanneer u na de instelling de resterende tijd wenst te zien moet u toets indrukken. Bij het gebruik van de programmeereenheid als kookwekker zal de werking van de oven na het verstrijken van de ingestelde tijd niet worden onderbroken. 7.5 Einde kooktijd Op het eind van de kooktijd zal de oven automatisch worden uitgeschakeld en zal tegelijkertijd een intermitterend geluidssignaal afgaan.
Instructies voor de gebruiker 8. GEBRUIK VAN DE OVEN Alvorens de oven in gebruik te nemen moet u zich ervan verzekeren dat op de display het symbool de juiste tijd”). 8.1 verschijnt (zie paragraaf “7.1 Instellen van Waarschuwingen en algemene aanbevelingen Bij de eerste ingebruikneming van de oven en de grill moet u ze net zolang op de maximumtemperatuur verhitten tot de eventuele olieachtige resten van het fabricageproces, die kwalijke luchten op het voedsel zouden kunnen overbrengen, zijn verbrand.
Instructies voor de gebruiker 8.2 Koelventilatie (uitsluitend op sommige modellen) Het apparaat is uitgerust met een koelsysteem dat bij het ontsteken van de oven in werking treedt. De ventilator zal een gewone luchtstroom veroorzaken die, afhankelijk van de modellen, boven de deur (Fig. 1) of onder deur (Fig. 2) naar buiten komt en die ook nog kort na het uitschakelen kan doorgaan. 8.
Instructies voor de gebruiker 9. BESCHIKBARE ACCESSOIRES De oven heeft 4 geleiderails om de ovenschalen en roosters op verschillende hoogten op te kunnen plaatsen. Rooster: nuttig om recipiënten met te koken voedsel op te zetten. Rooster voor ovenschaal: om bovenop een ovenschaal te zetten voor het bereiden van voedsel dat kan lekken. Ovenschaal: nuttig voor het opvangen van het vet dat van het voedsel op het erop geplaatste rooster druipt. Bakblik: handig voor het bakken van taarten, pizza's en gebak.
Instructies voor de gebruiker 10. AANBEVELINGEN VOOR HET KOKEN Voor de voorverwarming raden wij altijd de geventileerde functie en een temperatuur van 30/40°C boven de kooktemperatuur aan. Hiermee kunt u de kooktijden en het energieverbruik aanzienlijk verminderen en zullen de kookresultaten beter zijn. Tijdens het koken moet de ovendeur gesloten blijven. 10.
Instructies voor de gebruiker 10.3 Delicate kookwijzen FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR THERMOSTAAT 50 ÷ 250 °C Deze kookwijze, waarbij het voorverwarmen van de oven in de geventileerde stand nadrukkelijk wordt aanbevolen, is bij uitstek geschikt voor het afronden van gerechten aan de onderkant of voor kookwijzen waarbij de warmte vooral van onderen moet komen. Wij raden aan om de ovenschaal in de onderste stand te zetten. 10.
Instructies voor de gebruiker Houd tijdens het koken met de grill de ovendeur gesloten. Het grilleren met een open deur kan de oven permanent beschadigen en er de veiligheid tijdens de werking van in gevaar brengen. 10.6 Ontdooien FUNCTIEKEUZESCHAKELAAR THERMOSTAAT 0 Uitsluitend de verplaatsing van de lucht door de ventilator zal voor een snellere ontdooiing van het voedsel zorgen. De in de oven circulerende lucht is op omgevingstemperatuur.
Instructies voor de gebruiker 10.7 Aanbevolen kooktabellen De kooktijden en speciaal die van het vlees, zullen variëren afhankelijk van de dikte en de kwaliteit van het voedsel en de persoonlijke smaak en verwijzen naar een voorverwarmde oven. TRADITIONELE KOOKWIJZEN STAND GELEIDERAIL VAN ONDEREN TEMPERATUUR °C TIJD IN MINUTEN 2-3 2-3 210 - 230 210 - 230 30 40 2 2 170 - 200 210 - 240 30 - 40 X Kg. 30 - 40 X Kg. 2 2 2 2 2 2 170 - 200 170 - 200 170 - 200 140 - 170 170 - 200 170 - 200 30 - 40 X Kg.
Instructies voor de gebruiker KOKEN MET WARME LUCHT STAND GELEIDERAIL VAN ONDEREN TEMPERATUUR °C TIJD IN MINUTEN 2 2 2 190 - 210 190 - 210 190 - 210 20 - 25 25 - 30 20 - 25 2 150 - 170 65 - 90 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 150 - 160 160 - 170 160 - 180 130 - 150 170 - 180 170 160 - 170 150 - 160 150 - 160 160 - 170 140 - 170 70 - 100 65 - 90 35 - 45 100 - 130 40 - 45 70 - 90 100 - 160 160 - 240 80 - 100 30 - 50 15 - 25 VIS 2-3 150 - 170 Afhankelijk van de grootte PIZZA BROOD TOAST 2-3 2-3 1-2 210 -
Instructies voor de gebruiker 11. SCHOONMAKEN EN ONDERHOUD Vóór alle werkzaamheden moet u de elektrische voeding van het apparaat loskoppelen. Maak de binnenkant van de oven niet schoon met een straal stoom. 11.1 Het reinigen van roestvrij staal Voor een goed behoud van het roestvrij staal moet u het na ieder gebruik en nadat hij is afgekoeld schoonmaken. 11.
Instructies voor de gebruiker 11.4 De oven reinigen Voor een goed behoud van de oven moet u hem regelmatig en nadat u hem heeft laten afkoelen schoonmaken. Verwijder alle losse onderdelen. • • Maak de roosters schoon met warm water en niet-schurende detergenten, daarna afspoelen en afdrogen. Om het schoonmaken te vergemakkelijken kunt u de deur verwijderen (zie paragraaf “12.2 Demontage van de deur”). 11.
Instructies voor de gebruiker 11.5.3 Demontage van de zelfreinigende panelen Verwijder alle accessoires uit de ovenruimte en ga als volgt te werk: 1 Verwijder de geleiderails aan de zijkant (fig.1); 2 Trek de zijpanelen naar buiten “F” e “G” (fig. 2); 3 Verwijder het paneel aan de achterkant “A” na de ring met schroefdraad te hebben losgedraaid “C” (fig. 2); 4 Plaats de panelen weer in de oorspronkelijke stand terug. 11.6 Reiniging van de ruiten van de deur Wij raden aan om ze altijd goed schoon te houden.
Instructies voor de installateur 12. BUITENGEWOON ONDERHOUD Van tijd tot tijd moeten er kleine onderhoudswerkzaamheden worden uitgevoerd op de oven of moeten aan slijtage onderhavige onderdelen, zoals pakkingen, lampen, enz. worden vervangen. Onderstaand vindt u de specifieke instructies voor alle werkzaamheden van dit type. Vóór alle werkzaamheden op onder spanning staande onderdelen moet u de elektrische voeding van het apparaat loskoppelen. 12.
Instructies voor de installateur 12.2 Demontage van de deur Trek de lipjes B omhoog en pak de deur met twee handen aan beide zijden vast in de buurt van de scharnieren A. Til de deur op en creëer een hoek van ongeveer 45° en trek hem eruit. Om hem weer terug te plaatsen moet u de scharnieren A in de daarvoor bestemde gleuven steken en de deur laten zakken en de lipjes B loshaken. 12.3 Verwijdering van de pakking Om de deur goed te kunnen schoonmaken kan de deurpakking worden verwijderd.
Instructies voor de installateur 13. INSTALLATIE VAN HET APPARAAT 13.1 Elektrische aansluiting het typeplaatje met de technische specificaties, het serienummer en het merkteken is zichtbaar aangebracht op de lijst van de ovendeur. Het plaatje mag nooit worden verwijderd. Een aardaansluiting, in overeenstemming met de wijzen voorzien door de veiligheidsvoorschriften van de elektrische installatie, is verplicht.
Instructies voor de installateur 13.1.1 Ovens met bedieningsknoppen van de kookplaat De ovens met bedieningsknoppen van de kookplaat worden geleverd zonder voedingskabel. U moet een rubberkabel H05RR-F of H05RN-F gebruiken en bij het plaatsen ervan voor zorgen dat hij niet in aanraking komt met metalen delen van de ommanteling van het apparaat. Voor toegang tot het klemmenbord moet u het carter aan de achterkant van het apparaat verwijderen door er de bijbehorende schroeven van los te draaien.
Instructies voor de installateur 13.2 Plaatsing van de oven Het apparaat is bestemd voor inbouw in meubelen van elk materiaal mits bestendig tegen hitte. Houdt u zich aan de afmetingen van de figuren 1, 2, 3. Voor plaatsing onder werkbladen moet u zich houden aan de afmetingen aangegeven in figuur 1-3. Bij plaatsing onder werkbladen met kookplaatcombinaties moet u een minimumafstand ten opzichte van de eventuele zijwand aanhouden van 110 mm zoals aangegeven in figuur 1.
Instructies voor de installateur Gebruik de deur niet als hefboom om de oven mee in het meubel te plaatsen. Oefen geen overmatige druk uit op de geopende deur. 13.3 Aansluiting kookplaat - oven Na installatie zal de kookplaat moet worden aangesloten op de oven.