Operation Manual
122
Instructies voor de gebruiker
CONTROLELAMPJE THERMOSTAAT
Het branden ervan wijst erop dat de
oven wordt opgewarmd. Wanneer het
uitgaat is de vooraf ingestelde
temperatuur bereikt. Het regelmatig
knipperen wijst erop dat de temperatuur
in de oven continu op het ingestelde
niveau wordt gehouden.
BEDIENINGSKNOP KOOKPLAAT
Met deze knop regelt u de verwarming naar de
kookplaat, door hem rechtsom te draaien in de
gewenste stand, tussen 2 en 12.
BEDIENINGSKNOP KOOKPLAAT MET DUBBELE VERWARMING
Met deze knop regelt u de verwarming
naar de kookplaat van de zones met
dubbele verwarming. Wanneer u de
knop rechtsom draait tussen 2 en 12 zal
alleen de zone binnen de kleine
diameter worden verwarmd. Wanneer u
de knop
op symbool of zet en loslaat (hij zal terugkeren naar
12
) verkrijgt u
de verwarming van beide diameters. Om de verwarming te regelen moet u
de knop linksom draaien op de gewenste stand. Om terug te keren naar
alleen de verwarming binnen de kleine diameter moet u de knop op de
stand
0
draaien en vervolgens tussen
2
en
12
zetten.
BELANGRIJK (BIJ DE MODELLEN MET WEGGEWERKTE
BEDIENINGSKNOPPEN)
Om de bedieningsknoppen te kunnen gebruiken
moet u ze uit hun behuizing halen; u hoeft er alleen
maar op te drukken en ze zullen vanzelf naar
buiten en in de werkstand komen (Fig. A). Tijdens
het gebruik van de oven zullen ze in deze stand
moeten blijven om een overmatige verhitting ervan
te voorkomen. Om ze weer in de ruststand te
zetten hoeft u ze alleen maar volledig in te
drukken. Om de ovendeur te openen moet u de
handgreep uit diens behuizing halen; u hoeft er
alleen maar op te drukken en hij zal vanzelf de
juiste stand innemen (Fig. B). Tijdens het gebruik
van de oven zal hij in deze stand moeten blijven
om een overmatige verhitting ervan te voorkomen.
A)
B)