User manual

Gebruik
362
Een programma starten
3. Selecteer het gewenste gerecht in het
menu SMART COOKING (bijvoorbeeld
GROENTE ”).
4. Selecteer het subtype gerecht dat u wilt
bereiden (bijvoorbeeld „GEM.
GEGRILDE GROENTEN ”).
5. Loop door de waarden om het gewicht
van het te bereiden levensmiddel in te
stellen (bijvoorbeeld „ 0.7 Kg”).
6. Bevestig de ingevoerde instellingen door
de toets BEVESTIGEN aan te raken.
7. Raak START aan om de SMART
COOKING-bereiding te starten.
De bereiding wordt met de programma-
instellingengestart.
Voorverwarming
De bereiding wordt voorafgegaan door
een voorverwarmingsfase die de
ovenruimte op de ingestelde temperatuur
brengt.
Deze fase wordt aangeduid door het
progressief stijgen van de temperatuur.
Na afloop van de voorverwarming wordt
een geluidssignaal afgegeven en het
display meldt dat het te bereiden gerecht in
de ovenruimte geplaatst kan worden.
Nu kunnen de ingestelde
waarden als een eigen recept
worden opgeslagen (zie het
hoofdstuk „3.7 Mijn recepten“).
U kunt de parameters van de
temperatuur en duur van de
bereiding op ieder gewenst
moment wijzigen, ook als de
bereiding al is opgestart.
Tijdens het gebruik van de Smart
Cooking-programma’s kan de
voorverwarming niet
gedeactiveerd worden.