User manual
Reiniging en onderhoud
221
NL
• Sproei met behulp van een spuitflacon
een oplossing van water en afwasmiddel
op de binnenzijde van de ovenruimte.
Sproei op de zijwanden, de
bovenwand, het bodemvlak en de
deflector.
• Sluit de deur.
• Tijdens de geassisteerde reinigingscyclus
moeten de zelfreinigende panelen
(indien aanwezig), die eerder
verwijderd werden, apart met lauw
water en weinig reinigingsmiddel
gereinigd worden.
Instelling van de reinigingscyclus Vapor
Clean
1. Selecteer de reinigingscyclus Vapor
Clean door de functieknop in te
drukken en eraan te draaien. Op het
display verschijnen de tijdsduur en de
temperatuur van de reinigingscyclus.
2. Druk op de functieknop om de
automatische reinigingscylus te starten.
Er wordt aanbevolen om
maximaal 20 maal te sproeien.
Als de binnentemperatuur hoger is
dan diegene die wordt voorzien
voor de reinigingscyclus Vapor
clean, wordt de cyclus
onmiddellijk gestopt en wordt
op het display
weergegeven. Laat het apparaat
afkoelen voordat de functie van de
geassisteerde reiniging wordt
geactiveerd.
De parameters van de temperatuur
en de tijdsduur kunnen niet
gewijzigd worden door de
gebruiker.