User manual
Gebruik
137
NL
Restwarmte
Als de bereidingszone na uitschakeling nog
warm is, wordt het symbool op het
display weergegeven. Als de temperatuur
40°C of minder bedraagt, verdwijnt het
symbool.
Functie „Melting”
De functie „Melting” activeren nadat de
kookplaat is geactiveerd:
1. Druk een keer op de toets speciale
functies van de gewenste
bereidingszone. Op het display
worden en het symbool
weergegeven.
De functie „Melting” deactiveren:
• Druk drie keer op de toets speciale
functies .
Warmte behouden-functie
De Warmte behouden-functie activeren
nadat de kookplaat is geactiveerd:
1. Druk twee keer op de toets speciale
functies van de gewenste
bereidingszone. Op het display
worden en het symbool
weergegeven.
De Warmte behouden-functie deactiveren:
• Druk twee keer op de toets speciale
functies .
Functie „Simmering”
De functie „Simmering” activeren nadat de
kookplaat is geactiveerd:
1. Druk drie keer op de toets speciale
functies van de gewenste
bereidingszone. Op het display
worden en het symbool
weergegeven.
De functie „Simmering” deactiveren:
• Druk een keer op de toets speciale
functies .
Incorrect gebruik
Gevaar op verbranding
• Let goed op voor kinderen omdat ze de
aanduiding van de restwarmte niet
goed kunnen zien. De bereidingszones
blijven na gebruik voor een bepaalde
periode zeer warm, ook al zijn ze
uitgeschakeld. Houd kinderen dus uit de
buurt, zodat ze hun handen niet
verbranden.
Met deze functie kunt u gerechten
ontdooien.
Met deze functie kunt u al bereide
gerechten warmhouden.
Met deze functie kunt u de
vloeistof in de pan aan de kook
houden.